Voetangels en klemmen
op begel'ij'dingsweg oorlogsgetroffenen
De geschiedenis van PELITA gaat terug
tot 1947. Toen werd, midden in de
turbulente Bersiapperiode, door uit Ne-
derlands-lndië afkomstige mensen het
besluit tot oprichting van onze stichting
genomen. Het initiatief vond zijn oor
sprong in de 'na-oorlogse' situatie. Er
was opvang nodig voor de
honderdduizenden mensen die door de
omstandigheden werden gedwongen hun
heil in Nederland te zoeken. In eerste
instantie zag Pelita zich voor de taak ge
steld de 'repatrianten' te helpen hun
plaats in de Nederlandse samenleving te
vinden. Het werk bestond ondermeer
uit het zoeken van behuizing, de juiste
scholing voor de kinderen en het weg
wijs maken van de mensen in de Neder
landse bureaucratie. Na verloop van tijd
vond er een verschuiving plaats van de
werkzaamheden. Langzamerhand werd
Pelita steeds meer ingeschakeld bij de
uitvoering van de verschillende wetten
voor oorlogsgetroffenen. Van overheids
wege werd Pelita verzocht de begelei
ding op zich te nemen van mensen uit
Nederlands-lndië die een aanvraag de
den in het kader van de Wet Uitkerin
gen Vervolgingsslachtoffers (WUV), de
Wet Uitkeringen Burgeroorlogsslacht
offers (WUBO) en later de Wet Indisch
Verzet (WIV). Zo kwam uiteindelijk in
1989 Pelita in haar huidige vorm tot
stand.
Pelita I9nu
Het moderne Pelita kent twee afdelingen
die zich direct met de belangen
behartiging van oorlogsgetroffenen uit
Nederlands-lndië bezighouden.
De afdeling Immaterieel (mevrouw Fer-
dinandus) gespecialiseerd in de maat
schappelijke dienstverlening aan mensen
die een aanvraag hebben gedaan voor
één van de eerder genoemde wetten bij
de Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR) in
Leiden en de afdeling Wetsuitvoering
(de heer Kuypers), verzorgt de sociale
rapportage van dezelfde aanvragen. Voor
wat betreft deze laatste activiteit blijkt
uit de praktijk steeds weer, dat nadere
uitleg een vereiste is. Uit de uitspraken
van de PUR, die bij uitsluiting de
beslissingsbevoegdheid heeft bij het al
dan niet toekennen van een gevraagde
erkenning of uitkering, blijkt namelijk,
dat het voor mensen uit het voormalig
Nederlands-lndië van groot belang is om
zich, wanneer zij een aanvraag doen, te
laten begeleiden door hun eigen Indische
stichting, Stichting Pelita. De know-how
en service van Pelita die uitsluitend aan
gewend worden om uw kansen bij de
PUR te vergroten, kunnen door geen
enkele andere instelling aan Indische
mensen worden aangeboden.
Pelita's positie temidden van de in
stellingen voor oorlogsgetroffenen
Zoals u misschien weet, behoort Pelita
met organisaties als de Stichting Burger
oorlogsslachtoffers (SBO), de Stichting
1940-1945 en de Stichting Joods Maat
schappelijk Werk (JMW), tot de zoge
naamde basisstichtingen. Het woord
basisstichtingen verwijst naar de rol en
plaats van deze stichtingen en de proce
dures die gevolgd moeten worden bij
het doen van aanvragen in het kader van
de wetten voor oorlogsgetroffenen. De
diensten die deze instellingen aanbieden,
liggen aan de basis van bedoelde proce
dures. Door het opstellen van de rap
portages worden immers de gegevens
geleverd waarop de PUR haar beslissing
baseert of een aanvrager al dan niet valt
onder de termen van de wet. Op deze
manier worden de verantwoordelijkhe
den duidelijk gescheiden. De vier belan-
genbehartigende organisaties verwoor
den de claims van aanvragers uit hun
verschillende doelgroepen. Na formule
ring van de aanvraag door de basisin
stellingen neemt de PUR vervolgens als
objectieve derde de beslissing van al dan
niet toekennen. De genoemde scheiding
van verantwoordelijkheden zou borg
moeten staan voor een faire afhandeling
van een aanvraag. Helaas botst de hier
geschetste theorie de laatste tijd steeds
vaker met de harde uitvoeringspraktijk.
Theorie versus uitvoeringspraktijk
van de oorlogswetgeving
Begin 1991 werd Pelita in eerste instan
tie aangenaam verrast door een voorstel
van de kant van de PUR om te komen
tot de oprichting van de
zogenaamdeVapporteurspool'. Deze
pool zou onder de verantwoording van
de PUR komen te vallen en werd in het
leven geroepen om het hoofd te kunnen
bieden aan de op dat moment ver
hoogde instroom van WUBO-aanvragen.
De gedachtengang was, dat fluctuaties in
de aantallen nieuwe aanvragen opgevan
gen konden worden zonder dat de basis
instellingen hun rapportage-capaciteit
hoefden aan te passen. Pelita werd om
medewerking gevraagd om de pool-rap-
porteurs te scholen in het rapporteren
van Indische aanvragen. Ons werd te
verstaan gegeven, dat de pool in voorko
mende gevallen uitsluitend als overloop
ventiel dienst zou doen. Inmiddels was
duidelijk, dat, hoewel het aantal Indische
aanvragen sterk steeg, het totaal van alle
aanvragen terugliep. Met andere woor
den Indische aanvragen werden, bij ge
brek aan andere aanvragen, ineens van
groot belang voor andere uitvoerende
instanties, in het bijzonder de PUR. De
ontwikkeling die de pool de laatste tijd
te zien geeft bevestigt dit. Onder druk
van het ABP verlegt de PUR haar activi
teiten steeds meer van het voornamelijk
beslissen op gerapporteerde aanvragen
naar het ook rapporteren daarvan. Het
gaat zelfs zover, dat de PUR niet alleen
zelf rapporteert en vervolgens op basis
van het eigen rapport beslist, maar ook
aanvragers helpt bij het opstellen van
een bezwaarschrift tegen de eigen beslis
sing. Een belangenvermenging die in de
ogen van Pelita, misschien nog niet tot
onacceptabele beslissingen heeft geleid,
maar dat gevaar wel levensgroot in zich
meedraagt.
Afsluitend
Het opstellen van sociale rapportages
door Pelita voor aanvragen van mensen
die oorlog en Bersiap in het voormalig
Nederlands-lndië hebben moeten mee
maken is een verworven recht voor de
doelgroep en biedt bescherming tegen
willekeur. Wij vragen u als Indische aan
vrager ons hierin te steunen. Mocht u
van zins zijn in de nabije of verre toe
komst een WUV, WUBO of WlV-aan-
vraag in te dienen, of heeft u dat net ge
daan laat u dan de PUR in uw aanvraag-
brief of in een nagezonden schrijven we
ten, dat u uw aanvraag gerapporteerd
wil zien door Stichting Pelita. Dat is dé
manier waarop u de door Pelita verwor
ven ervaring op het gebied van de
Indische oorlogsgetroffenen veilig kunt
stellen en ervoor kunt zorgen, dat
Indische belangen ook in de toekomst
door een Indische stichting om de juiste
redenen en op de juiste wijze worden
behartigd. In het verleden hebben we
vaak gezegd, dat uw belang ons belang is,
ditmaal hoop ik u duidelijk te hebben ge
maakt, dat ons belang uw belang is. Be
nut uw keuzemogelijkheid daarom zo
verstandig mogelijk!
HANS VAN DER HOEVEN
Stichting Pelita
Javastraat 52
2585 AR DEN HAAG
070-3305 I I I
12