BRIEVEN0 OVER... 75 jaar Opgewarmd eten Marineluchtvaartdienst HIERBIJ VERZOEK IK U BELEEFD... 7 De verhalen 'Op Uw Gezondheid' van mijn collega Stolk lees ik altijd met ge noegen, hij dient de wetenswaardig heden op een gezellige manier op. Dat ik het niet altijd met hem eens ben doet hieraan niets af. Maar wat lees ik in Moesson van 15 de cember 1991 'Opgewarmd eten heeft nauwelijks voedingswaarde meer...'. Dat moet een drukfout zijn! Want opge warmd eten heeft namelijk nauwelijks voedingswaarde verloren. Er verdampt water en enkele milligrammen vluchtige oliën (nootmuskaat, kruidnagel etc.) en natuurlijk gaat de vitamine C, die na het koken is overgebleven, bijna geheel ver loren. De andere vitaminen zijn warmte- resistent en blijven behouden. Met een tabletje is het verlies aan vitamine C ge makkelijk en voldoende aangevuld. Ove rigens is het in deze tijd van milieuver vuiling wel verstandig om meer vitamine C te nemen, bijvoorbeeld 3 x 100 mg per dag na het eten. Vitamine C in ta bletten is gelijkwaardig aan die in sinaas appels, lombok, etc. maar wel honderd maal goedkoper; gemakkelijk te eten, maar niet zo lekker natuurlijk. De andere voedingsstoffen; koolhydra ten, eiwitten, vetten, vitaminen, minera len en vezelstoffen gaan bij het opwar men niet verloren. Opgewarmd eten een geduchte infectie bron? Met niet zelden fatale voedsel vergiftiging? Ga nou gauw! Ja, vroeger in het warme Indië, toen maar enkelen zich de luxe van een koelkast konden ver oorloven. Tegenwoordig heeft iedereen een koelkast, waarin restanten vele da gen goed blijven en in het vriesvak of in de diepvries zelfs vele weken resp. maanden. Bij fatale voedselvergiftigingen is het rauwe vlees, vis of zijn garnalen al besmet met salmonella, botulisme, etc. Bij goed bewaren en opwarmen komt dat niet voor. Kassian die lui, die na het lezen van het artikel hun restanten eten hebben weggegooid; jammer van de tijd, de moeite, het geld en de lekkerheid! In de supermarkten is een overvloed aan kant en klare maaltijden te koop, in blik of diepgevroren, die -mits goed bewaard en opgewarmd- na jaren nog genuttigd kunnen worden. Het moderne leven is zonder opgewarmd voedsel niet meer denkbaar. Bewaar dus je berkat in de diepvries, dan kan je er maanden later zonder vrees nog van smullen. Dr.J.Ph. BUSCHKENS anesthesist Tot mijn grote verwondering en ontroe ring zag ik dat bij de foto van de B-25 Mitchell in Moesson van 15 mei jl. (pag. 33) helemaal vooraan, derde van rechts, mijn broer Koos IJsselstein zat. De drie anderen van zijn bemanning herkende ik ook. Mogelijk is het de laatste foto die van hun gemaakt is want op 8 juni 1944 ste gen twee vliegtuigen vlak na elkaar op en botsten even ten zuiden van Londen in de lucht tegen elkaar, waarbij alle acht de bemanningsleden omkwamen. Mw. C. SCHRÖDER-IJSSELSTEIN vervolg van pagina 6 denken en antwoordde dat hij ze als toerist zag... 'what's wrong with that?'. Misschien is het niet verkeerd als Indo nesiërs 'de tweede generatie' gewoon als toeristen zien, zeker zij die in Neder land zijn geboren komen toch eigenlijk ook als toerist. Gebrek aan tijd deed me besluiten om op dat moment niet verder op het onderwerp door te gaan; een in teressante vraag blijft het echter wel. MADELEINE GABELER Onrecht kan knagen. En dat knagen wordt als maar heftiger wanneer nie mand luistert. Of wanneer iedereen luistert maar niets doet of kan doen. Op een gegeven moment kun je dan tegen jezelf zeggen 'laat maar', of je kunt proberen om tot het uiterste te gaan om je recht te halen. Of beter: om onrecht te bestrijden. Neven staande brief van de heer J.A. de Ceuninck van Capelle te Den Haag aan de Nationale Ombudsman is zo'n voorbeeld van een eenzame strijd tot het einde, een strijd waarvan wij u op de hoogte houden. de Nationale Ombudsman Stadhouderslaan 2 2517 JL DEN HAAG onderwerp: oorlogsinvaliditeitspensioen 's-Gravenhage, 29 april 1992 Hoogedelgestrenge Heer, Hierbij verzoek ik u beleefd te willen bemiddelen in een voor mij zeer gevoelige zaak over het oorlogsinvaliditeitspensioen. Na bijna vijftig jaar na de tweede wereldoorlog is deze kwestie nog steeds niet afgehan deld. Voor, tijdens en na de tweede wereldoorlog heb ik in het voormalig Ne derlands -Indië gediend bij de Koninklijke Marine. Gedurende de oorlogs jaren is mij bij diverse 'verhoren' door de Japanse militaire politie (Kempetai) onherstelbaar lichamelijk letsel toegebracht. Dit letsel is van dien aard dat het voor mijn verdere leven hier in Nederland onmoge lijk is gebleken een dienstbetrekking te verkrijgen overeenkomstig mijn studieresultaten. Hierbij sluit ik twee afschriften in uit 1947 van de Nederlandse Koninklijke Marine, waarin werd bevestigd dat ik onherstel baar letsel heb opgelopen in en door de militaire dienst en t.z.t. op een pensioen kon rekenen. Tot op heden is dat pensioen uitgebleven en daar ik reeds tot de bejaarden hoor, zou ik in de korte tijd dat ik nog te leven heb toch nog van dat meer dan verdiende pensioen willen genie ten. Alle Nederlanders wier wieg in Nederland heeft gestaan en hetzelfde is overkomen, is een oorlogsinvaliditeitspensioen toegekend. In een schrijven aan de Minister van Defensie heb ik deze zaak voorge legd met de vraag waarom dit pensioen mijwiens wieg in het voormalig Nederlands-Indie heeft gestaan, nog steeds niet is toegekend. Ben ik een tweederangs Nederlands burger alleen omdat ik NIET in Nederland ben ge boren? Heb ik niet voor het Koninkrijk der Nederlanden dezelfde vijand moeten bevechten en mijn leven, dat evenveel waard is als elk ander le ven van een Nederlander, in de waagschaal gesteld? Tot dusver heeft de Minister van Defensie niet eens de moeite genomen om mij over de ont vangst van mijn schrijven te berichten, een gewone vorm van beleefdheid. Met vriendelijke groeten, hoogachtend, J.A. de Ceuninck van Capelle

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 7