Waarom mr. Hazelhoff Roelfsema niet langer zwijgen kon O Wat Amerikaansche kranten vertelden De heer Hazelhoff -Roelfsema, die als directeur van den Voorlichtingsdienst der Nederlandsche regeering te Montreal ontslagen werd, omdat hij de leugen en laster in Amerika uareerde met een openhartige uiteenzetting over den wa ren aard van de „republiek" op Java, heeft blijkens de „Nieuwe Crt." over zijn houding nog het volgende meegedeeld: Onmiddellijk na mijn aankomst in Amerika, in October 1945, was ik ge noodzaakt van nabij mee te maken hoe de Nederlandsche naam ten gevolge van de Indonesische kwestie in het buiten land kelderde. Dit kan men zich niet ernstig genoeg voorstellen. Ik zal mijn voorbeelden tot enkele bepalen. In de periode van 1 November '45 tot 1 Maart '46 las ik o.a. de volgende verklaringen in Amerikaansche kranten: „Koningin Wilhelmina is gekant te gen de onafhankelijkheid van Indone sië, omdat ZU «vóór den oorlog 10 pet. van de opbrengst van alle pandhuizen in eig«i zak stak. Door de bevolking arm, en daardoor afhankelijk van pand huizen te houden, wist Zy zich tot de rijkste vorstin ter wereld op te werden," „De Indonesische bevolking is een stemmig van oordeel dat, hoewel het le ven onder den japanschen duivel een hel was, het vergeleken bij de Neder landsche onderdrukking een hemel leek". „Eén van de illusies, die vóór den oor log in Amerika zoo vast wortel had ge schoten, fs thans weer immer de wereld uit geholpen, n.l. dat de Nederlanders een heldhaftig volk zijn met een harts tocht voor vrijheid, en dat zij de dra gers zijn van een verlichte beschaving" etc. etc. Dit zijn slechts enkele voorbeelden uit een eindelooze stroom, en het feit dat sommige ervan in minder serieuse bla den verschenen, doet aan den ernst niets af. Immers ook een krant als de „New York Daily News", een blad van slechte reputatie, wordt door twee millioen men- schen per dag gelezen. En daartegen over stond volslagen niets, want zoover mij bekend, heeft geen enkele publicatie in de Ver. Staten het Nederlandsche standpunt verdedigd. My is in die gan- sche periode zegge en schrijve één ar tikel onder oogen gekomen, dat de Ne derlandsche positie althans ten deele aannemelijk trachtte te maken. Negatieve berichtgeving in de Amerikaanse pers. (Uit "De Verre Tamboer van E.H.R kaar voor landverrader uitmaken is hun goed recht, maar de Amerikanen, die hun koloniale probleem hebben opgelost door de Indianen systematisch om zeep te brengen hebben daar geen recht toe, vind ik. De omstandigheden om in Ne derland te blijven na de oorlog waren voor mij gunstig. Koningin Wilhelmina wilde mij graag in dienst houden, maar zoals altijd in mijn leven, voelde ik dat er iets moest gebeuren, iets heel anders. Ik heb de koningin uitgelegd dat ik naar Amerika wilde om iets aan te doen aan voorlichting over Nederland. Ze heeft mij ontslag verleend en ik kreeg zonder veel moeite een aanstelling bij de Rege- rings Voorlichtings Dienst (RVD) in New York. Vol goede moed en inspiratie ver trok ik met mijn kersverse Engelse vrouw, die ik in de oorlog had leren kennen." "De uitspraak van de Amerikaanse schrijver Jack London hangt al sinds mijn studententijd aan de muur in het huis waar ik woon. Overal is het mee naar toe verhuisd. 'It's the lightning-flash that guides a man..." - Het is de bliksem schicht die een mens door zijn leven leidt. Bij het licht van de blauwe flits moet hij zijn koers uitstippelen, en die dan in het duister volgen. En als hij aan het einde komt, bliksemt het altijd op nieuw.' Zo heb ik altijd geleefd." "Toen ik me meldde bij de RVD in New York, vroegen de mensen daar zich af, wat ik nou eigenlijk kwam doen. Ze wa ren heel vriendelijk hoor, daar niet van, maar na een aantal weken rondhangen, werd ik ongeduldig en verveelde me een ongeluk. Inmiddels ging de vergruizing van Nederland gewoon door in de pers, bekwaam gevoed door het hoofd van de Indonesische Informatiedienst, de Brits- Indiër dr. Charles Tambu. De RVD deed er niets aan. Ik heb toen contact gezocht met landgenoten, vooral in handel en in dustrie, die zich ook ernstig zorgen maakten over de goede naam van Ne derland die inmiddels te grabbel lag. Zij brachten de centen bijeen voor een onofficiële actie. Ik had er zin in. Hield lezingen, schreef artikelen, sprak op de radio enz. Er ontwikkelde zich een ver beten, bij voorbaat voor mij verloren, strijd tussen mij en Tambu. De RVD was hier niet echt gelukkig mee. Ik werd door de Indonesiërs van de kaart ge veegd, had natuurlijk geen schijn van kans. Geld was het sleutelwoord en met mijn bijelkaar geschraapte middelen was ik geen partij. Maar, het noodlot heeft gevoel voor humor, want drie jaar la ter aan het andere eind van de we reld kon ik het Tambu dubbel en dwars betaald zetten." "Natuurlijk hoorden ze in Den Haag van mijn officieuze acties en minister president Beel eiste mijn ontslag. We kenlang was dit voorpaginanieuws en zo namen de RVD en ik afscheid van elkaar. Ik stond er ineens alleen voor, zonder inkomsten, een buitenlander met vrouw en zoon die inmiddels was geboren. En dat in de keiharde USA. Met hangende pootjes terug naar Ne derland trok mij niet echt aan. Ik moest het kunnen rooien. Als je nooit een baan hebt gehad valt het niet mee. Geheim agent, oorlogs vlieger, koninklijk adjudant, onofficieel voorlichter, het heeft niets met geld te maken. Inmiddels was ik dertig en moest bij het begin beginnen. We ko zen Californië als startplaats en schreef me in bij het staatsarbeids- bureau. Daar werden mijn kwalifica ties van meester in de rechten, talen- kennis en piloot de grond in geboord. Uiteindelijk werd ik ingeschreven als ongeschoold arbeider. Kwam in de film wereld terecht, voor mij geen succes want wachten en af en toe iets doen, kan ik niet goed. Door het winnen van een literaire prijs kon ik een goed betaalde baan krijgen bij de televisie. We zijn toen teruggegaan naar New York en hebben ons gevestigd in Rye, een voor stadje. Eindelijk een zeker bestaan, jonge Erik groeide op en we waren tevreden. Leefden als een doorsnee Amerikaans gezin. Maar ik wist dat ik oogkleppen droeg. In de kranten las ik over Ling- gadjati. Ik wist dat vandaag of morgen de zeepbel zou barsten. Op een avond kreeg ik een telegram van admiraal Helfrich dat hij ons kwam bezoeken. Ja nuari 1950 was het. 'Ik verheug me op uw komst', telegrafeerde ik terug. Een nietszeggende zin waardoor ik in de Molukse zaak werd betrokken. (wordt vervolgd) S.T.E. (Sekolah Theologia Extension) 0.1.v. Dr. H.L. SENDUK P.O. Box 67 WK Jakarta 10350, Indonesia 1Gelegenheid voor allen die nog Indonesisch lezen en begrijpen. 2. Theologie (volledige Bijbelkennis eenvoudig en praktisch verklaard). 3. Geeft U in zes semesters (6 module cursus sen) een sterke geloofsbasis in het Christe lijk geloof, zodat U met blijdschap en over vloedige zegen de HERE kunt dienen. Vraag direct gratis brochure: Secr. STE (Europa) Stichting Bethel, Baljuwslaan I, 1943 BH Beverwijk. CHRISTIAN GUESTHOUSE "PETRA" Jl. Wahid Hasyim 67, Jakarta 10350 Tel. (62-21) 325 149 - 365946 - Zal in sept. 1992 totaal gerenoveerd worden. - De nieuwbouw zal ongveer 10 mnd. duren. - Inmiddels zullen wij onze gasten in onze "Petra villa's" aan de rand v. Jakarta opvangen. Eigen transport beschikbaar. - Een rustige en koele buurt met shopping-centre in de nabijheid. - Wij behouden onze volledige service en vriende lijke familie-atmosfeer. Boekingen gaarne I maand tevoren. Schrijf ons voor nadere inform.: Vert, in Nederland Baljuws laan I, 1943 BH Beverwijk. Tel. 02510 - 10929 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 12