15 AUGUSTUS O EEN MINISTER SPREEKT ZICH NIET UIT Het einde van de Tweede Wereldoorlog werd ook dit jaar onder meer in Den Haag herdacht en ook dit keer had de organiserende Stichting Her denking 15 Augustus 1945 zich zichtbaar ingespannen om er een waardig gebeuren van te maken, 's Morgens was er de bijeenkomst in het Congres gebouw waarprof.dr J. Bastiaans de herdenkingsrede hield. Vervolgens werd de audio-visuelepresentatie Indisch Verleden '41-'45 ver toond. Vergeleken met andere goed bedoelde documentaires over de oorlog in Indië lieten de beelden eindelijk eens meer zien dan uitsluitend Neder landers in kampen en werden de beelden zakelijk, doch indringend en ver trouwd door Philip Bloemendaal van commentaar voorzien. Via het bamboe dat naast het Indisch Monument bij de Haagse Waterpartij groeit, werd in de tijd terug gegaan, de filmbeelden van de Duitse inval in Ne derland gingen over in beelden van de laatste Indische Koninginnedagviering. Pearl Harbor, de Japanse aanvalsroutes, de Slag in de Javazee, het leven in en bui ten de kampen, de romusha's, de gealli eerden, de bom en de capitulatie. Deze audio-visuele presentatie, een pro- duktie van de Stichting Herdenking 15 augustus 1945, kan als voorbeeld dienen hoe men met eenvoudige middelen voor een breed publiek een stuk Indische his torie objectief kan verbeelden. Na de middag was er de plechtigheid bij het Indisch Monument. Namens de regering waren vice-premier Kok en minister van WVC d'Ancona aanwezig. De aandacht op het NOS- journaal voor de herdenking was weer eens minimaal en dat in tegenstelling tot het nieuws op RTL 4, waar begrepen wordt dat ook buiten Nederland een oorlog heeft gewoed. We zouden het bij dit berichtje kunnen laten, maar er is iets dat toch wel hardop gezegd moeten worden. Dit na melijk: is de organisatie goed, al is er niks fout, hoe komt het dan toch dat wij ons de laatste jaren steeds minder thuis voelen op deze herdenking? Is het mis schien omdat het geheel niet meer Indisch is. Geen sfeer, geen Indische tjap? En zou dat dan weer komen, mis schien, omdat alles toch wordt toege spitst op kampen en kampervaringen en trauma's? Omdat het geheel, vooral bij het monument, toch behoorlijk een militairistisch karakter heeft? Omdat er relatief weinig Indo's aanwezig zijn; mis schien omdat zij denken er niet (meer) bij te horen omdat niet iedereen in een kamp heeft gezeten? Omdat alles naar binnen is gericht, naar eigen leed en er varingen? Zo wordt er zelden of nooit een woord richting geallieerden gespro ken. We weten wel: de bevrijding van Indië was een andere dan die van Ne derland, maar er zijn toch jongens ge weest die het nodige hebben gegeven om ook in Azië een einde aan de oorlog te maken? Is het misschien ook omdat veel te weinig aandacht wordt besteed aan het lot van de Indonesische bevol king? Alles en iedereen legt kransen, be halve de Ambassadeur van Indonesië! En misschien ook omdat er steeds meer mensen rondlopen die erg hoog en be langrijk schijnen te zijn, maar die moeite zullen hebben om op een blinde kaart Java aan te wijzen. De 15 augustus-herdenking zal en moet blijven bestaan en het is goed dat het be stuur eraan werkt om de tweede gene ratie actief bij deze dag te betrekken. Hopelijk zal dat echter niet, zoals dit jaar is gebeurd, gaan betekenen dat jonge au teurs de dag aangrijpen om hun nieuw ste boek, al gaat dat over de oorlog, aan te prijzen. Da's commercie en geen her denking! In de komende jaren zal veel gedacht en gesproken moeten worden over de invulling van de 15 augustus-her denking, een dag die weer een dag voor de hele Indische gemeenschap moet worden. Een dag die het niet verdraagt om partijschap, egotripperij of persoon lijk gewin te botvieren. Redactie De inhoud van brieven die minister Relus ter Beek met betrekking tot Indische zaken stuurt blijft vreemd. Als antwoord op Moessons vragen wat hij met inheemse dienstplichtigen bedoelt, waarom de tekst in zijn eer ste antwoord aan de heer De Ceuninck van Capelle (zie Moesson 15 juli en verder terug) zo onduidelijk is en tot misinterpretatie kan leiden, zegt de bewindsman het volgende: ANTWOORD VAN TER BEEK: "Naar aanleiding van deel ik u het volgende mede. In mijn brief aan de heer De Ceuninck van Capelle heb ik uiteen gezet dat er een verschil in rechts positie is tussen militairen van de Nederlandse krijgsmacht en die van het voormalig KNIL en hoe de ver antwoordelijkheden terzake liggen. Ik heb daarbij de termen inheemse en indische dienstplichtigen alleen gebruikt om aan te geven dat deze dienstplichtigen behoorden tot het voormalig KNIL en niet tot de Ne derlandse krijgsmacht. Wellicht is dit niet geheel duidelijk verwoord in mijn brief. Ik wil dat hiermede dan ook gaarne rechtzetten." Jah ilah, ilah. Dat er een verschil is tussen de rechtspositie van militai ren van de Nederlandse krijgsmacht en van het voormalig KNIL is één. Waarom een van ons als Indische dienstplichtige bij de Kon. Marine jongen in het verleden door verwezen is en nog steeds wordt naar Binnenlandse Zaken omdat die KNIL-pensioenen behandeld is twee. Waarom blijft de minister toch doorgaan over inheemse en indische dienstplichtigen die tot het voorma lig KNIL behoorden en niet tot de krijgsmacht. De Ceuninck van Capelle is een Indische jongen die als dienstplichtige bij de Kon. Marine als matroos kwam. In de oorlog is hem blijvend letsel toegebracht. Zoveel jaar later dient hij een verzoek in voor een oorloginvaliditeitspensioen bij het ministerie van Defensie en krijgt een antwoord over inheemse dienstplichtigen, het KNIL, en Bin nenlandse Zaken. Dat de huidige toestand in de wereld Ter Beek meer bezighoudt dan zin nig antwoord geven op een brief van een inwoner van Nederland is een trieste zaak. Van onze kant wordt geprobeerd uit te zoeken hoe het zit met de rechts positie van Indische (Indo-Europese) jongens die in het voormalig Neder- lands-lndië, of elders buiten Neder land in dienst bij de Kon. Marine kwamen, hoe het met eventuele pensioenaanspraken zit en mocht hierover opheldering komen dan zul len wij dit melden. Red. 5

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 5