Pe&te Pa en Mae!
W
(Deel 2)
Glen Falloch, 27 October 1897
Beste ouders!
Ik geloof dat ik u nog van Batavia ge
schreven heb dat ik den 20ste een tel.
van Johan Berkus kreeg den volgenden
dag naar Soerabaja te vertrekken. Ik heb
dus dienzelfden dag nog afscheid geno
men van mijne Bat. vrienden en ben den
volgenden dag op het spoor gaan zitten.
Ik ging des morgens om zes uur op reis
en was na een paar uur sporen op
Buitenzorg. Tot mijne verwondering
bleek mij dat mijn trein een sneltrein
was, een, die zelfs zeer hard reed. Men
had mij altijd gezegd dat de Ind. spoor
zoo slecht was, doch is dit op de lijn
Soerabaja-Batavia toch niet het geval.
Wel is het onaangenaam dat men om de
warmte alles steeds moet open hebben
en wordt men dus door het vuil en de
rook uit de locomotief erg vuil. Doch
daar is wasschen goed voor. Tot Buiten
zorg is er weinig te zien. Alles rijstvelden
en palmboomen. Om de diverse merk
waardigheden op te merken bestaat
geen tijd. Daarvoor rijdt men over het
geheel te hard. Zoowat 75 km in het
uur. De Preanger is bepaald zeer mooi.
Jammer dat men zoo vlug gaat, je ziet
niets en de vele boomen langs den
spoorbaan doen je op het laatst de
oogen pijn. Het moet echter een prach
tig land zijn. Soms, over een of ander via
duct rijdende, kreeg ik eenigszins een
blik in het zoo beroemde
Preangerlandschap. Trotsche, hooge ber
gen overal, allen begroeid, de hoogste
toppen bijna allen gehuld in een waas van
wolken. Mooie heldere beekjes in de
met eene Zuidelijke, tropische flora be
groeide dalen. Zeer schoone heesters, of
boomen met groote roode bloemen
overal. Dan de pisang met zijne groote
bladeren, maar bovenal de prachtige
waringi's, de grootste eiken die ik ooit
gezien heb in omvang en schaduwrijkheid
overtreffend. Daar tusschen altijd weer
in groote hoeveelheden de hooge
cocospalmen, alles nog meer verfraaid
door de duizende variëteiten van
boomen en heesters, lianen, klimop, va
rens en ik weet niet al.
Maar genoeg daarvan, ik zou u toch geen
indruk kunnen geven van het overweldi
gend schoone dat deze streek oplevert.
De Preanger is beroemd, en met recht.
Die streek nog eens te voet of te paard
te doorkruisen zal bepaald de moeite
waard zijn.
Des avonds 6.45 kwamen wij te Maos
aan en daar de treinen in Indië tusschen
7 uur des avonds en 5 uur 's morgens
niet mogen rijden daar de machinisten
steeds Javanen en derhalve niet al te be
trouwbaar voor nachtwerk zijn, moesten
wij, of liever ik en de andere passagiers
aldaar overnachten, wat ook zeer goed
gaat, daar de Staats Spoorweegen er een
zeer goed en ruim hotel heeft laten zet
ten. Den volgenden dag om half zes
weer op weg. Ik heb den ganschen weg
langs zoowat niets gedaan dan lezen en
slapen daar er langs den ganschen spoor
baan niets bijzonders is te zien. Niets
dan moerassen, en bergen in de achter
grond, zoo nu en dan eens een rijstveld.
Ook ziet men veel suikerriet met hier en
daar eene fabriek. Blij was ik toen wij
eindelijk ten zes uur des avonds te
Soerabaja arriveerden. Boven verwach
ting werd ik afgehaald door Johan Berkus
die 5 minuut vroeger van Djember was
aangekomen. Ik herkende hem direct. Hij
lijkt sprekend op de oude heer. We had
den elkaar dus spoedig bij de hand. Twee
karretjes genomen, wij in het eene en de
bagage in het andere, en zoo naar het lo
gement. (Mijne groote kist heb ik als
vrachtgoed per stoomboot gestuurd van
Batavia naar Banjoewangi.)
Soerabaja lijkt in sommige straten be
paald op oud-Amsterdam. Men ziet er
tusschen de Chineesche en Javaansche
huizen nog onze ouderwetsche luifeltjes.
Kleine huisjes, ramen met kleine ruitjes
etc. etc. Echt typisch. De buitenwijken
lijken veel op Batavia. Het is echter op
Soerabaja veel drukker op straat.
Des avonds hebben wij een rijtuig geno
men en zijn wij wat gaan rijden, hebben
veel gekletst en zijn, daar wij beide ver
moeid van de reis waren, vroeg naar bed
gegaan.
Des vrijdags (d.i. den volgende morgen)
zijn we eerst wat inkopen gaan doen.
Daarna gerijsttafeld en des middags den
directeur van Glen Falloch een bezoek
gebracht. Hier heb ik mij wel eenigszins
P/ïOtNG
£r
-x^jjjsoember koelocs
!ecïokombo
•Xjl'berido
Lemb!
MAJANG
Kalipoero*
Bajoe'orè
Imans^ri
vti,iin*4T
Goenoengwongso
BANJOEW,
i^MBIPOEDJI
Ka'anganjaf
[Lengkong
'^Songgon
loeml
ei9
I -f V
C. MAJANG
■•Djalirono
:aubaroe
iroenl
Sempoe#
^OGODJAMPI
G'adag
f Dja1isarif,|
'Amboeftft^ I -
[Oembergönao
laloelempit*'-
(oenoeni
rjoefahnonako
G. SABRANG
lenljoe'oek
Gedeelte van kaart VII van de Auto-wegen atlas Java-Madoera-Bali. Iets ten oosten
van Kalibaroe, 'huisje' 129 Glen Falloch (IWI)
18