De geschiedenis van Archipel in jaartallen de Indonesische samengesteld door Charles Manders In cleze vierde aflevering komen aan de orde de Islamitische rijken: Demak, Pajang, Mataram, Banten (het vroegere Bantam) en Cirebon, die in de 16e eeuw ontstonden na de ondergang van Majapahit op Java. Opkomst van Islamitische rijken op Java DEMAK EN PAJANG Raden Patah vestigt zich in de streek ten zuiden van het Muriagebergte in Midden-Java. Volgens de overlevering is hij een zoon van de laatste vorst van Majapahit en Putri Cina, die zoals de naam zegt, een prinses van Chinese afkomst is. Raden Patah voert aanvankelijk namens Majapahit het bewind over di gebied; sticht een kraton in Demak, middelpunt van een nieuw rijk. Hij overlijdt in I 5 I 8 en wordt opgevolgd door zijn oudste zoon, Pangeran Sabrang Lor (Pati Junus). Regering van Pangeran Sabrang Lor, die in 1512 zonder succes de Portugezen bij een tocht naar Malakka heeft bestreden. Regering van Tranggana, broer van Pangeran Sabrang Lor, onder wiens bewind het rijk Demak zijn hoogtepunt bereikt. Dit strekt zich dan uit over bijna heel Java en een belangrijk deel van de buitengewesten. Tranggana voert de sultanstitel, die hij waarschijnlijk heeft gekregen van Falatehan (Sunan Gunung Jati). Op Oost-Java wordt het Hindoeïstische staatje Supit Urang onderworpen, dat waarschijnlijk Malang tegenstreven) tot hoofdstad heeft, maar een aanval op Panarukan, het voornaamste bolwerk van het rijk Balambangan, mislukt. In Midden-Java geeft hij de legendarische Jaka Tingkir (wiens voorouders over het rijkje Pengging regeerden, dat zich erop beroemt het machtige Majapahit weerstaan te hebben) Pajang als regentschap. Jaka Tingkir neemt de titel Pangeran Adiwijaya aan en huwt met een dochter van sultan Tranggana. Tranggana wordt vermoord en wordt opgevolgd door zijn zoon sultan Prawata. Het rijk Demak valt na zijn dood uiteen. De vazalstaten maken zich zelfstandig. Prawata wordt vermoord door Pangeran Aria Penangsang van Jipang (Bojonegoro), die een greep naar de macht doet. De menarah (minaret) van de oude moskee van Kudus, een van de oudste moskeeën van Java, nog geheel in Hindoe-Javaanse stijl gebouwd. Adiwijaya wordt, na Aria Penangsang te hebben verslagen, sultan van Pajang. Als beloning voor verleende hulp in deze strijd geeft hij Kyai Gede Pamanahan het landschap Mataram (gelegen ten zuiden van het huidige Yogyakarta). Deze vestigt zich in Kota Gede (waar de restanten van de eerste kraton van de Mataramse vorsten nog te zien zijn) in een toen nog woeste streek en sticht met kolonisten een kleine staat. Dit is de oorsprong van het Mataramse rijk. Hij overlijdt in 1575. Kyai Gede Pamanahan, ook wel Kyai Gede Mataram genoemd, is de stamvader van het Mataramse huis, dat in Midden-Java een belangrijke rol zal gaan spelen. Volgens de 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1992 | | pagina 12