Een historicus voelt zijn handen bij zo'n vondst trillen en kijkt schichtig om zich heen. Hoe komt zoiets nu uit de handen van de Kerkhovens? Lezers van 'Heren van de Thee' kunnen op de foto's iets zien van 'Ardja Sari' in later tijd, omstreeks 1920. Verder blijkt uit het jaarverslag van de onderneming over het jaar 1924 dat de vertrouwde namen van weleer dan nog altijd circuleren. Op 5 maart van dat jaar, was de directeur A.E. Kerkhoven komen te overlijden, nadat hij geduren de bijna 44 jaar leiding aan de onderne ming had gegeven. Deze broer van Rudolf Eduard waren wij bij Wormser al tegengekomen. In de raad van commis sarissen zaten in 1924 Ir A.R.W. Kerk hoven en R.A. Kerkhoven en Dr J. Bos scha - ook al zo'n bekende naam in theekringen - als voorzitter. Nieuw in 1924 was in ieder geval het optreden van protesterende werkne mers. In 'Heren van de Thee' is niet nog niet veel sprake van onrust onder de werkende bevolking. En die ene keer dat dit wel het geval was speelde dit zich elders af. Door verkeerd optreden van landeigenaren kwam het tot een bloedi ge rel, waarbij veertig doden te betreu ren waren en zeventig gewonden. Als oorzaak wordt bij Haasse de berechting door de Landraad genoemd van enige honderden opgezetenen wegens werk verzuim en kleine vergrijpen. Op de ondernemingen van de Kerkhovens was van onrust geen sprake. Het jaarverslag schrijft over 1924 echter dat in september van dat jaar een demonstratie had plaats gevonden die door de communistische 'Sarikat Rajat' was opgezet. Aanleiding was 'als gevolg van, wegens sabotage, noodzakelijk gebleken ontslag van werkvolk, waaron der leden dier vereeniging'. Het verslag Een bezoekend echtpaar (de heer en mevrouw Van der Hoeven) gaat dan verder met de beschrijving hoe aan die beweging een einde was gemaakt. 'Dat die demonstratie zonder vernielingen of bepaalde wanordelijkhe den is verloopen, was vermoedelijk voor een groot deel toe te schrijven aan de bedachtzame en humane, doch welbe sloten houding van onzen Wd. Administrateur, die zich onder alleszins gewaardeerde medewerking onzer employés, te juister tijd over het reeds genoemde ontslag van ongewenschte Een loods met thee sorterende vrouwen elementen onder het werkvolk, in ver binding stelde met onzen Vertegen woordiger, met wiens sanctie hij verder tijdig de aanwezigheid van den Wedana van Bandjaran en lagere omwonende Inlandsche bestuursambtenaren, bene vens de noodige veldpolitie wist te ver krijgen, als gevolg waarvan dit voorval niet uitgroeide tot het eenigszins beden kelijk karakter, dat daarvan in de dagbla den is vermeld. De rust op de onderne ming, noch de werkzaamheden, hebben verder in het verslagjaar eenigen hinder van die voorvallen gehad, het werkvolk bleef geregeld uitkomen; het meeren- deel der bevolking op de onderneming blijft naar het oordeel van onzen Verte genwoordiger, ons zeer goed gezind, zoodat er bij flink een bezadigd optre den, geen reden is voor ongerustheid'. Het optreden van de wedana van Bandjaran, dezelfde of diens voorganger figureert in 'Heren van de Thee', droeg er dus toe bij dat in 1924 de vlam niet in de pan sloeg. Maar het opstootje had, volgens het jaarverslag van 'Ardja Sari' niet veel om het lijf, wat de dagbladen ook beweerden. TH. STEVENS 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1993 | | pagina 13