POIERIÉ'S
PERIKELEN
©Mg
Het is eigenlijk idioot, maar als op TV de
reclamespot van die tijgerkop wordt ver
toond, gaan mijn nekharen overeind
staan. Vooral als ze koffie op die kop gie
ten en hij onder akelig gerol van ogen
verandert in een domme koffiemok. Of
ik het nou wil of niet, op het moment
dat die kop op het scherm verschijnt,
word ik bijna zestig jaar teruggeslingerd
in de tijd en zit ik weer naast die katjang
etende zenuwlijer in de bioscoop. Kun je
nagaan hoeveel er in de ijzeren pot van
ons geheugen zit te wachten totdat iets
of iemand het deksel even oplicht. Ik
kende die zenuwlijer niet eens, maar
vond hem wel meteen vervelend. Nog
voor het licht uitging begon hij me te ir
riteren met zijn gesnuif en heen en weer
geschuif. Als hij er niet zo weerbaar had
uitgezien had ik hem toen al direct de
wacht aangezegd. Nou moet ik erbij ver
melden dat de film eigenlijk voor volwas
senen bestemd was en ik die status nog
lang niet bereikt had. Hij wel. De film
heette trouwens 'De Menseneter', erg
spannend. Zelf had ik het knap moeilijk
met die film, maar met mijn buurman
was het nog erger. In het begin zat hij
nog gewoon een beetje nerveus katjang
te eten, maar naarmate de tijd vorderde
en de spanning steeg, raakte hij zo in de
ban dat hij soms vergat te kauwen. Om
dan ineens een flinke krachtterm uit te
stoten. Ik kan me niet meer herinneren
welke, maar wèl dat als je zoiets tegen
de djongos zei, hij daar witheet over
werd.
De film ging trouwens over een moedige
broodjager die achter een tijger aanzat.
Een enorm kwaadaardig beest, dat een
paar dorpjes terroriseerde en al heel
wat geiten, karbouwen, wassende vrou
wen en van hun sawahs huiswaarts ke
rende tani's te grazen had genomen.
Zoals in die tijd de gewoonte was, rie
pen de alleen maar over enkele nietige
speren en goloks beschikkende dorpsbe
woners de hulp in van een aan de drank
geraakte blanke jager (Douglas Fairbanks,
geloof ik), die met een goede daad zijn
zelfrespect terug kon winnen en een
blonde schoonheid aan de haak slaan.
Lukte ook altijd. Maar deze keer moest
de held toch wel tot op de bodem van
zijn kunnen gaan om zijn happy-end te
verdienen. De tijger was zo sluw, dat hij
zijn toch erg geroutineerde belager tot
bijna aan het eind van de film zo om de
tuin wist te leiden, dat je zelfs als toe
schouwer vaak niet wist wie op wie aan
het jagen was. Douglas kon soms zelfs
kantje boord het vege lijf redden door in
een hoge boom te klimmen, of in een
kali te springen. Op het laatst kreeg je
echt zoveel ontzag voor de tijger dat je
zowat partij voor hem koos en stiekem
hoopte dat hij zou ontkomen. Maar dat
gebeurde natuurlijk niet; want dan was
die jager weer aan de drank geraakt. En
de blonde schoonheid een oude vrijster
geworden.
De katjangeter raakte dus emotioneel
betrokken bij die tijgerjacht. Zozeer zelfs
dat toen de jager een keer niet in de
gaten had dat de tijger zich opmaakte
om hem van achter te bespringen, de
spanning hem te machtig werd. De
sprong mislukte gelukkig, maar mijn
buurman stootte een ijselijke kreet uit
en trok schielijk zijn blote voeten op de
zitting; alsof hij door die beweging aan de
maaiende klauwen van de tijger kon ont
komen. De zak katjang viel in barrels op
de grond. Daarna was de boot aan. Elke
keer als de tijger zijn woeste kop door
de alang-alang stak, of schuimbekkend
om een boom heen de donkere zaal in
loerde, begon die kerel zachtjes te jam
meren. Trok het beest zich terug, dan
slaakte hij een zucht van verlichting en
begon in het donker rond te tasten naar
nog hele katjangs. Eens, Douglas stond
met aan flarden gescheurde kleren en de
Mauser in de knuisten vanaf een groot
rotsblok naar de rimboe beneden hem
te turen, sprong mijn buurman van zijn
stoel en nam geheel in trance dezelfde
martiale houding aan. Maar helemaal ge
rust was hij nooit, dat kon je goed mer
ken. Was de jager in het voordeel, dan
rekte hij zijn nek uit om het hele doek af
te speuren naar mogelijke hinderlagen;
en bevond de tijger zich in een riante
positie, dan drukte hij zich kreunend
tegen de rugleuning en gluurde angstig
tussen zijn opgetrokken knieën door
naar het doek. Ik weet trouwens niet
meer precies waar de tijger een fout
maakte. Wel, dat hij onder bloedstollend
gebrul ter aarde stortte en Douglas er
goed verfomfaaid uitzag toen hij zijn ge
liefde eindelijk over de net geonduleerde
haren kon strijken. Achter die twee kon
je de dorpsbevolking om het kadaver
van de tijger zien dansen. Eind goed al
goed, maar die katjang-eter had het pas
goed slecht. Bij het aanfloepen van het
licht hing hij als een wrak in zijn stoel.
Het zweet stond hem op zijn voorhoofd
en zijn voeten lagen slap tussen de kat-
jangresten. Van zijn weerbaarheid was
niets over. Ikzelf heb toen alleen maar
een paar nachten niet kunnen slapen van
de koppijn. Ma wou ook niet meer heb
ben dat ik naar zulke films ging. "Veel te
spannend voor snotjochies", zei ze. En
nou vertonen ze zo'n akelige tijgerkop
een paar keer per dag op TV. Als 't maar
geld opbrengt.
I I