GELEZEN.. pox T£^0£<-, BIJ DE VOORPLAAT (foto: uit het pas verschenen boek: Batik Belanda Batik Belanda 1840 -1940 Sommige dingen maken zo'n deel uit van de achtergrond van je dagelijks leven, dat ze als vanzelf sprekend zijn geworden. Zoals bij voorbeeld een schilderij aan de wand of het patroon van de tegels in de keuken. Ze zijn er iedere dag, maar je ziet ze niet meer. En dat is jammer, want vaak. is dat ware kunst, waardoor je jezelf gelukkig mag prijzen dat er ooit iemand was wiens handen het hebben gecreëerd. Batik is zo 'n ware kunstvorm, die voor zovelen net zo vertrou wd is als bloemen in de vensterbank of een fluitketel op het gasstel. Ook voor de jongere generatie, van wie de ouders het interieur aanvulden met tafelkle den, kussenovertrekken en gor dijntjes met een batikmotief. Het hoeft nietje persoonlijke smaak te zijn, maar als het wel de smaak van je ouders was, komt het meest al vroeger of later toch bij je in huis. Nu de avonden langer worden en het buiten kouder wordt, blijft men veelal meer binnenshuis. Daardoor krijgen de meesten van ons meer tijd en behoefte om wat te lezen. In deze Moesson daarom ook. meer aandacht voor nieuwe boeken, waar we op een aangena me manier ook deze komende wintermaanden mee kunnen doorkomen. Om te beginnen met een onlangs verschenen Engelstalig batik-boek. Vivian Boon 1840-1940) Als ik over dit boek wil spreken, moet ik teruggrijpen naar de tijd toen ik bezig was met het schrijven van mijn publika- tie "de Batikkerij Van Zuylen te Pekalongan" in 1979, waarvoor Harmen mij doeken ter beschikking stelde om te fotograferen en hij mij hielp bij de date ring van de batiks. Ik besefte dat ik voor mijn doel meer illustratiemateriaal nodig had dan de familie Van Zuylen mij kon bezorgen. Ik sprak er met mevrouw Veldhuisen-Djajasoebrata over, conser vator Indonesië van het Museum voor Volkenkunde te Rotterdam. Nadat zij mijn artikel gelezen had, zei zij: "Zoudt u (wij tutoyeerden elkaar toen nog niet) misschien kennis willen maken met mijn man, hij heeft namelijk Van Zuylens". Wie schetst mijn verbazing toen ik een volbloed totok zag, luisterend naar de naam Harmen, in het bezit van ongeveer duizend batiks waarvan het merendeel afkomstig was van de Noordkust van Java. Vanwaar deze interesse? Hij vertelde dat hij tijdens hun huwelijksreis op Java in 1971 de batik en de geschiedenis ervan ter plekke met zijn vrouw kon bespre ken. Zij was, van huis uit, meer toege spitst op de hofstijl en de diverse onder nemers en afnemersgroepen. Vooral de Europese en Chinese invloed intrigeerde hem. Het echtpaar belandde hierdoor in een discussie die aan het begin van deze eeuw door Nederlandse batikdeskundi gen (Rouffaer en Jasper) was gestart. Deze beschouwden de Vorstenlandse batiks als de enig zaligmakende, in de ingetogen kleurencombinatie van blauw en bruin op een crème ondergrond met een repeterend patroon, waarvan ver schillende patronen voorbehouden waren aan de regerende vorsten. Weliswaar kon men aan de Noordkust van Java batikkerijen aantreffen, die veel al gedreven werden door Indische of Chinese onderneemsters, die sarongs en kain panjangs vervaardigden met tradi tionele Noordkust-patronen of met vrije composities in alle denkbare kleuren combinaties, de zogenaamde 'Batik Pasisir' (pasisir strand). De batiks met herkenbare Europese invloed in de patronen werden op Java 'Batik Belanda' genoemd. Belanda is afgeleid van het Portugese woord Ollanda, hetgeen Holland betekent. Uit het verre 'vaderland' kwamen won derbare dingen: boeken met illustraties, ansichtkaarten, poëzie-albumplaatjes, modebladen en al deze dingen hebben als voorbeeld gediend voor batikont- werpen van Indische batikonderneem sters. De reeds vermelde Nederlandse auteurs vonden deze batiks niet-Javaans en smakeloos. Zij vreesden dat zij een verderfelijke invloed zouden hebben op de 'eigenlijke' batik van Java. Dat daar eerder veel vraag naar was en dat er een rijke handel in gedreven werd tot zelfs buiten Java en de Indische archi pel, kon hun zienswijze niet veranderen. Harmen heeft een andere mening. Deze batiks nemen voor hem een belangrijke plaats in, in de geschiedenis van de Javaanse batik, hetgeen hij in zijn boek uitvoerig toelicht. Als socioloog legt hij zich toe op de sociaal-economische geschiedenis van deze kunstuiting: producenten, verande ringen in producenten en afnemersgroe pen. Voor mij is wat deze onderneemsters lieten vervaardigen door de batiksters die bij hen in dienst waren zeker kunst. Na de publikatie van mijn boek in 1980 werd er gesproken over een volgende publikatie over andere Indische batikon derneemsters uit Pekalongan. Ik was reeds begonnen gegevens te verzame len, maar mij bleek, dat ik dit nieuwe project veel beter aan Harmen kon overlaten. Door het verzamelen van batiks zowel in Nederland als in Indonesië was hij in een bevoorrechte positie om achtergrondinformatie te verzamelen. Dus heb ik besloten mijn archief aan hem over te dragen en nieuw verkregen informatie aan hem door te geven. Een fascinerend onder werp dat ruimschoots de aandacht kreeg in briefwisseling, telefoongesprek- lees verder pagina 22 Ons reservefonds voor moeilijke dagen! Moesson wil geen subsidie. Het wil voortbestaan alleen als u dat wilt. Met uw steun poekoelen wij teroes! Hieronder laten wij onder hartelijke dankzegging aan alle schenkers, de verantwoording volgen van de giften die zijn binnengekomen voor het reservefonds voor Moesson over september 1993. D P. Bossche-Erdbrink fl. 25,50; W. Boverhof fl. 25,-; A. Burg fl. 10,-; J.W. de Graaf fl. 10,-; M.D. Hanegraaf-Manot fl. 10,-; T. Heyman fl. 10,-; H.C. Hooper fl. 350,-; C.J. Hulst fl. 30,-; Hr. Huygens Tholen Australia fl. I 17,-; R. Mariouw fl. 70,-; M.E. Martens fl. 19,50; Hr. en mw. v. Ostade-de Bruyn fl. 90,-; Hr. v.d. Star-Valberg elo mw. W. Dijkstra-v.d. Star fl. 7,50; M.J. Walter fl. 15,25; J. Willem- sen-Sterckx fl. 10,M.Ch. Wensel e/o P.R. Baudoin fl. 20,-. Totaal ontvangen voor Poekoel Teroes fl. 819,75 Totaal ontvangen voor Bruine Bus fl. 45, 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1993 | | pagina 2