Van choke naar Tschuk s .WOUTERS 13 Jakarta, 25 september 1993. De Bluebird taxi brengt ons naar het Ereveld Menteng Pulo. Om het ereveld te bereiken moeten we eerst de islamitische en christelijke begraafplaats passeren. Tussen de graven wonen mensen en zijn kraampjes gestald. Er wordt vreemd gekeken naar de Belanda's die over het kerkhofterrein rijden. Dan duiken plots de toegangspoort en de kerktoren van Ereveld Menteng Pulo op. Ik ben licht gespannen. De taxichauffeur beloofd ons na een uur op te halen zodat wij rustig de tijd hebben de laatste rustplaats van opa te bezoeken. De poort is gesloten, bezoe kers moeten zich via het luiden van de bel melden. De bel galmt over het terrein. Geen reactie. Even denk ik dat we er niet in kunnen en voor niets zijn gekomen. Ik krijg het ineens heel warm. Gelukkig komt na verloop van tijd een vriendelijke wachter de poort openen. Na de registratie lopen we direct naar het columbarium. We hoeven niet geleid te worden. We lijken de weg te kennen, want we lopen recht op ons doel af, links en rechts graven passerend. Ik lees de naam onder de urn met de stoffelijke resten van mijn opa. Ik ben direct ontroerd door deze herkenning. De galerij laat een diepe indruk achter. Wat is het hier mooi. Een bijzondere plek in een hectische, chaotische en vieze stad. Jakarta werkte al gauw op onze zenuwen, maar deze oase van rust doet dat alles vergeten. We plaatsen een zijden roos en een foto van opa bij de urn en filmen en fotografe ren zodat de familie in Nederland er ook bij kan zijn. Als we het ereveld verlaten wachten we tevergeefs op onze taxichauffeur. Hij komt niet opdagen, maar dat geeft niets, want we hebben gezien waarvoor we zijn gekomen. Surabaya, 8 oktober 1993. Mijn schoonvader heeft gevraagd of we een foto willen maken van de mariniers- graven op het Ereveld Kembang Kuning. Om het ereveld te bereiken moet eerst de christelijke begraafplaats doorkruist wor den. We besluiten eerst de registers van de christelijke begraafplaats te raadple gen. Misschien is mijn overgrootmoeder hier ook begraven. De vriendelijke mede werkers van de begraafplaats zijn zeer behulpzaam. Binnen een mum van tijd vinden we de gegevens. Het graf van mijn overgrootmoeder is gauw gevonden. Het ziet er goed onderhouden uit, wat er op wijst dat iemand de zorg van dit graf op zich heeft genomen. Bij het graf wor den we omringd door nieuwsgierige men sen. Eén Indonesische jongen volgt ons met belangstelling. Als we de foto's op het Ereveld hebben gemaakt en aanstalten maken om weg te rijden komt hij op ons afgerend. Of we willen wachten want er is op de begraaf plaats een familielid dat ons wil ontmoe ten. Mijn hart klopt in mijn keel. Welk familielid dan? In de verte komt een oudere vrouw aangelopen. Zij blijkt de weduwe te zijn van een jonger broertje van mijn oma die vandaag op de verjaar dag van haar overleden man een bezoek aan zijn graf heeft gebracht. Als ik haar vertel wie ik ben omhelzen we elkaar. Voor ons beiden is deze ontmoe ting een lot uit de loterij. Patrick Wouters Vincent Mahieu Tschuk 'Als Herr Da Cunha am nachsten Tag um eins von der Arbeit kam und beim Haus von Douwes die Haupstrasse verliess, um über den schmalen Kampongweg und die kleine Holzbrücke über den Kali Tjipinang an der Mesigit vorbei nach Hause zu gehen, sah er Vic, Frans und Ventie aufdem Brückegelander sitzen. Die drei standen auf, Frans und Ventie lehnten sich mit verschrënkten Armen an das schrage Gelander, Vic steilte sich mitten auf die Brücke. Herr Da Cunha lachte spöttisch. Er spürte wieder etwas von der alten herausfordernden Spannung der Hinterhalte in der Atjeher Blang und den Tempelmauern von Lombok'. Herkent u deze passage Aan de namen die er in voorkomen moet dat wel als u het verhaal 'Areola' uit Vincent Mahieu's bundel Tjoek heeft gelezen. Mocht u zin hebben om alle tien verhalen in het Duits te lezen, dan kan dat, want vorige maand is Tjoek vertaald en heet Tschuk (Twenne Verlag, Berlijn 1993). Fraai gebonden (harde kaft) uitgave, heeft gun stige kritieken gehad ook op de radio en wordt in Duitsland aan bibliotheken aan bevolen. Tjalie heeft vrij veel Duits gelezen, maar had hij ooit gedacht dat zijn boeken nog eens in Duitsland zouden worden gele zen Het enige dat ik hem vaak heb horen zeggen was: 'Donnerwetter noch mal an I', als zijn stokoude schrijfmachine het weer eens liet afweten of als hij de kinderen op iets stouts betrapte en ze aan het schrikken wilde maken. Misschien zou hij dat nu ook zeggen als hij Tschuk in handen kreeg Jammer dat er in deze Duitse uitgave geen inleiding is waarin uitgelegd wordt dat tschuk (tjoek) is afgeleid van 'choke', en dat dat te maken heeft met een geweerloop. Nu lijkt Tschuk op de naam van een stad in Bosnië. Dit voorjaar verschijnt bij Querido in de serie 'Salamander Klassieken' een her druk van Tjoek in een nieuwe omslag. 'Djangan takoet, ik word nog eens beroemd na mijn dood', gniffelde Tjalie wel eens. Beter laat dan helemaal nooit, denk ik altijd. (De Duitse Tschuk is niet verkrijgbaar bij Moesson. U kunt het boek bestellen via boekhandel Van Stockum, Venestraat 11-13, 2511 AR Den Haag. Tel. 070 - 365 68 08 Het boek kost ca. DM 29,00) LD Ls.Sld-lnP.KNIL- *29-12-01 t22-3-««

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1994 | | pagina 13