LOGEERA ORESSENSERVICE BIJ DE VOORPLAAT (foto: A. Damme) Ergens op een huiserf in een Balisch dorp is de jonge beeldhouwer aan het werk. Een eenvoudige schuur met een dak tegen de regen en de aangestampte aarde als werkvloer, is alles wat hij nodig heeft. De blokken lava steen vormen het ruwe materiaal en het noodzakelijke gereedschap van allerhande beiteltjes ligt op een stuk papier klaar voor gebruik. Zo maakt de hedendaagse Balische beeldhouwer zijn kunstwerken in steen, zoals generaties vóór hem dat ook al hebben gedaan. Simpeler kan het haast niet. Het is verbazingwekkend hoe op deze manier de mooiste resultaten worden bereikt. Het lijkt wel of je op Bali als kunstenaar wordt geboren, of het talent van vader op zoon wordt overgeërfd. Als kind scharrel je al rond in de werkplaats van je vader. Je ziet hoe de ouderen uit een vormeloze steenmassa de eer ste herkenbare contouren hakken. Hoe zij vervolgens de menselijke gestalte eruit beitelen om daarna de vele details uit te werken. Zo raak je spelenderwijs vertrouwd met de vereiste verhoudingen, de stand van armen en benen, de gelaatsuitdrukking en de kleding en opsmuk, die alle bepalend zijn voor het individuele karakter van elk beeld. Of dat nu een godheid, een wayangheld of een demonische raksasa is. Al deze klassieke uitbeeldingen zijn aan vaste regels gebonden, niets wordt aan het toeval overgelaten. Als je wat ouder bent geworden wil je zelf ook wel eens iets proberen Maar eerst begin je met polijsten en glad- schuren van de halfvoltooide beelden. Geleidelijk aan mag je simpele details uitbeelden. En als je talent blijkt te hebben mag je zelf iets eenvoudigs maken. Ja, en als je het dan werkelijk in de vingers hebt, begin je je talenten zelfstandig te ontwikkelen. De jongeman op de voorplaat is blijkbaar al zover. Het beeld dat hij onder handen heeft, beantwoordt helemaal aan de traditionele regels van de Balische beeldhouw kunst. Iedere Baliër herkent hierin onmiddellijk de edele aap Subali, broer van de apenkoning Sugriwa, die in het Ramayana-epos met zijn apenleger, prins Rama te hulp komt om diens geliefde, prinses Sinta te bevrijden, die door de reuzenkoning Rahwana van Alengka werd geroofd. De beide andere beelden op de achtergrond zijn Nakula en Sadewa, tweelingbroers en de jongsten van de vijf Pandawa-broers, die in het Mahabharata-epos een centrale plaats innemen. René Wassing 15e JAARGANG No.1 1994 PRIJS 17,50 J*kNKe, Het boekje bevat ca. 450 adres sen verdeeld over ruim 160 plaat sen in Indonesië en Maleisië. Het boekje, vervat in een kleuren omslag en voorzien van een ring band, bevat tevens veel prakti sche reisinformatie. Van veel plaatsen is een beknopte beschrijving bijgevoegd. Het boekje zal twee keer per jaar, januari en juli, herzien worden met het oog op mutaties. Het logeeradressenboekje kost Fl. 17,50 inclusief BTW. U kunt dit boekje ook verkrijgen door Fl. 20,- over te maken op girorekening 6685 ten name van TJALIE ROBINSON B.V. onder vermelding van logeeradressen. Voor bestelling buiten Europa dient evenwel Fl. 35,- overge maakt te worden op bankreke ning ABN/Amro reknr. 51.56.15.730 in Den Haag indien u gebruik maakt van een cheque. Het beste kunt u betalen via uw tussenpersoon. De kosten voor het boekje bedragen dan Fl. 30,- incl. verzendkosten. Betaalt u via een rekening in Nederland, dan kost dit boekje Fl. 25,- incl. verzendkosten. 2

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1994 | | pagina 2