BRIEVENa
OVER...
Weerzien met Indië (1)
Weerzien met Indië (2)
Radio Nederland Wereldomroep
Asielzoekers
De inhoud van ingezonden brieven
valt buiten de verantwoordelijkheid
van de redactie.
De mededeling op pagina 5, middenko
lom in het blad 'Weerzien met Indië' (deel
1) was voor mij reden om met directe
ingang mijn abonnement op te zeggen.
De 'deskundige' redactie heeft daar
Indische Nederlanders weer eens in dis
krediet gebracht, door zwart op wit te ver
kondigen dat het bovenstaande plaatje
Indische (dus Indische Nederlanders)
hulpsoldaten van het Japanse leger
toont. Dat kan uitgelegd worden als ver
raad aan de geallieerde (Nederlandse)
zaak door het verlenen van hand- en
spandiensten aan de Jap (door Indische
Nederlanders)!!
Het komt mij voor, dat de 'deskundigheid'
van de redactie, zeker wat betreft het
voormalig Nederlands-lndië, met een kor
rel zout genomen dient te worden. Een
rectificatie zal niet veel meer uitrichten
aangezien de hierboven gesignaleerde
stommiteit al met vele duizenden exem
plaren door Nederland werd verspreid.
Als deze blaadjes over Indië al met zo'n
enormiteit beginnen, vraag dan niet wat
in de andere 51 nummers voor kapitale
bokken geschoten kunnen worden door
de 'uiterst deskundige' redactie.
G.J.K. Pesch, Wageningen
De eerste aflevering van bovengenoemd
tijdschrift geeft mij aanleiding een opmer
king te maken over de kanttekening op
bladzijde 29 bij de foto van 6 maart 1958,
waarbij aan gerepatrieerde kinderen
speelgoed werd uitgedeeld. Er staat: 'In
de jaren vijftig en zestig kwamen duizen
den repatrianten uit Indonesië aan in
Nederland. Al spoedig werden ze 'spijt
optanten' genoemd'. Dit laatste zinnetje
is mijns inziens onjuist en misleidend.
Spijtoptanten zijn die Nederlanders, die
bij de soevereiniteitsoverdracht van
Nederlandsch-lndië aan Indonesië in
1949 geopteerd hebben voor de
Indonesische nationaliteit; dit was overi
gens procentueel slechts een kleine
groep die hiervoor geopteerd had. Deze
6
ex-Nederlanders, destijds de 'Warga
Negara's' genoemd, kregen later spijt
van hun (soms) vrijwillig verkozen nieuwe
nationaliteit, omdat zij evenals de
Nederlanders werden bedreigd en
geboycot door de Indonesische bevolking
tijdens de rellen in 1957, ontstaan door
het Nieuw-Guinea-conflict tussen
Nederland en Indonesië. Dit conflict was
de reden dat Soekarno in november
1957 alle Nederlandse bedrijven en con
sulaten (ik was werkzaam bij het
Nederlands consulaat in Soerabaya) ont
eigend respectievelijk heeft gesloten, en
Nederlanders werd aangezegd het land
te verlaten. In de 'jaren vijftig' zijn derhal
ve ruim 300.000 Nederlandse repatrian
ten uit Indonesië naar Nederland moeten
vertrekken, terwijl in de 'jaren zestig' dan
pas de kleine groep 'spijtoptanten' (ex-
Nederlanders) met veel moeite mondjes
maat Nederland mocht binnenkomen.
Dat wilde ik even kwijt om de geschiede
nis van de Nederlanders uit Indië zuiver
te houden.
A.B.M. Geenen, Rotterdam
De bezuinigingsgolf heeft nu ook Radio
Nederland Wereldomroep (RNW) bereikt.
Het is nu aan RNW om - zoals dit in de
huidige terminologie heet- een 'goed
produkt' te leveren, 'markt- en procesge
richt' te werken, een andere 'bedrijfscul
tuur' te ontwikkelen, aan 'klantenbinding'
te doen, etc. Bij de Wereldomroep zullen
vier afdelingen worden weggesneden: de
uitzendingen in het Arabisch, Frans,
Indonesisch en Portugees zullen per 1
januari 1995 worden beëindigd. Het heeft
mij pijnlijk verrast dat de afdeling
Indonesië op gelijke manier wordt behan
deld als b.v. de Arabische of Portugese
afdelingen, alsof niet 350 jaar lang
Nederland en Indonesië op een zeer spe
ciale manier met elkaar verbonden zijn
geweest en nog steeds verbonden zijn!
Er wordt voorbij gegaan aan het feit dat
ongeveer een op de tien Nederlanders
op een of andere wijze een bijzondere
band heeft met Indonesië. Er wordt een
voudigweg vergeten dat van ruim
1.000.000 Indische Nederlanders
(500.000 repatrianten plus tweede en
derde generatie!) de roots direct in
Indonesië liggen. De relaties van vele
Indonesische afgestudeerden uit Leiden,
Delft, Wageningen, Amsterdam,
Enschede etc. met Nederland zijn buiten
gewoon belangrijk. Zij bekleden belangrij
ke functies in de Indonesische samenle
ving en hebben door de blijvende oriënta
tie op Nederland en de intensieve betrek
kingen die zich tijdens deze opleiding
gevormd hebben uitermate grote invloed
op de Indonesisch-Nederlandse verhou
dingen.
Dat de Indonesische burger in zijn eigen
taal informatie krijgt uit een land in het
verre Europa maakt op hem grote indruk
en wordt als een uniek fenomeen erva
ren. De daarmee opgebouwde sympathie
en goodwill is voor Nederland van
onschatbare waarde en geeft ons een
enorme voorsprong op andere Europese
landen wat de culturele, wetenschappelij
ke en commerciële betrekkingen betreft.
'Verkeerde zuinigheid bedriegt de wijs
heid', luidt een oud gezegde. De uitzen
dingen op Indonesië vormden sinds de
oprichting voor een groot deel de legiti
mering van het bestaan van de
Wereldomroep. De bezuiniging op een
van de pijlers van RNW, de afdeling
Indonesië, staat in geen verhouding tot
het verlies van de sinds jaren opgebouw
de goodwill en daarmee de teruggang
van de goede relaties en betrekkingen
met Indonesië. De Wereldomroep zou
door de geplande reorganisatie in haar
karakter en reputatie geschaad worden.
Ook vanuit dit perspectief gezien lijkt het
opgeven van de afdeling Indonesië een
niet te verantwoorden operatie!
H.J. de Valk, Laren (NH)
In een uitzending van Radio Wereld
omroep Nederland werd door een schrij
ver van een uit te geven boek gezegd dat
de Indo's, die vanuit Indonesië naar
Nederland zijn gerepatrieerd, te vergelij
ken zijn met de huidige asielzoekers.
Weet de schrijver wel wat hij zegt?
Wij werden als gerepatrieerden destijds
ondergebracht in contractpensions en
moesten alle kosten voor transport vanuit
Indonesië naar Nederland en ons levens
onderhoud zelf betalen, omdat wij bij
aankomst gedwongen werden een over
eenkomst te tekenen met het BBMZ
(Ministerie van Maatschappelijk werk),
dat wij alle kosten zouden terugbetalen
aan het ministerie, ook voorgeschoten
kleding moest worden terugbetaald.
Werkenden in het contractpension moes
ten 60% van hun inkomen afdragen aan
het BBMZ.
Asielzoekers worden in Nederland onder
gebracht zonder dat zij de kosten van
opvang moeten terugbetalen. Ik hoop dat
Indische organisaties tegen deze uit
spraak bezwaar maken en van de schrij
ver en eventuele uitgever van het boek
een rectificatie eisen. Het is toch bescha
mend dat zo'n schrijver zo'n uitspraak
doet en gerepatrieerden als asielzoekers
beschouwt.
E. la Bastide, Alicante