Meditations
from
Florida
Spam
O
19
In de supermarkt liep er een man hetzelf
de gangetje af te zoeken als ik. Hij bleef
maar heen en weer lopen tot er een win
kelbediende de hoek omkwam, aan wie
hij vroeg waar of hij de 'spam' kon vin
den. Die vraag riep mij het volgende ver
haal met haarscherpe duidelijkheid voor
de geest.
We hebben allemaal, vlak na de
Bersiaptijd vooral, vaak genoeg spam
gegeten, Spam, weetje nog wel, vlees in
blik. Je at het op allerlei mogelijke manie
ren. In plakjes gesneden en gebakken, in
stukjes gesneden in de nasi gorèng, in
stukjes gesneden als sambal gorèng, in
heel dunne reepjes in een dadar (ome
let), of zelfs zomaar regelrecht uit het
blik, koud of warm. Het smaakte altijd
wel. Ik heb nog steeds een blikje Spam in
de spen staan voor je-kan-nooit-weten.
Spam bestaat uit varkensvlees, ham,
zout, water en suiker samengeperst in
een donkerblauw blikje waarvan de
afmetingen 8 3/4 x 8 3/4 x 5 cm zijn en
waarop in grote gele letters het woord
SPAM staat. Ze noemen het hier 'lun
cheon meat'.
Spam is een alledaags begrip, iedereen
kent het en zowat iedereen heeft het wel
eens gegeten of eet het geregeld, het
kwam voor het eerst op de markt in 1937.
De naam komt niet van de afkorting
(Sp)iced H(am) zoals abusievelijk wordt
beweerd en zoals het zelfs in verscheide
ne woordenboeken staat maar kreeg de
naam als volgt. Het schijnt dat op een
Oudejaarsavondfeestje, het moet 1936
zijn geweest, een vriend van de heer
Hormei (de fabrikant) met de naam voor
een nieuw Hormei vleesprodukt voor de
dag kwam, zo maar, de naam was kort,
gemakkelijk te onthouden en dus goed
voor een onbekend produkt. Weinigen
kennen de naam van deze man. Het was
een zekere Kenneth Daignaiu (dègnjoe)
die zonder het te weten de naam van één
van de nu meest bekende handelsmer
ken in de wereld verzon. Noch de heer
Hormei, noch de heer Daignaiu hadden
er enig idee van hoe wijd en zijd bekend
dit produkt worden zou. De fabrikant was
en is nog steeds de Hormei Foods
Corporation.
Spam werd een hit in het Amerika tijdens
de economische crisis. Hier was iets dat
goed smaakte en erg weinig geld kostte.
Men at het op allerlei manieren, het werd
in de oven gestopt en als een echte ham
gekruid en gebakken, er werden hambur
gers van gemaakt, het werd in plakken
gesneden en gebakken, in slaatjes ver
werkt, noem maar op, met Spam kon je
van alles doen. Toen brak de Tweede
Wereldoorlog uit en Spam ging mee de
oorlog in. De G.l.'s (militairen) kregen
blikjes Spam in hun voedselrantsoenen
en aten het tot het hun de oren uitkwam.
In één woord er was bijna geen levens
middel dat zo geliefd en tezelfdertijd zo
gehaat was als Spam.
Niet lang voor onze evacuatie naar
Semarang uit het Bersiapkamp, lang na
de 'bevrijding', kregen we voedselpakket
ten in het kamp. Een pakket moest onder
vier personen verdeeld worden. Mijn
moeder, mijn jongere broertje en ik
waren er drie, dus moest er nog één bij
en die ene was een klein dik dametje, al
op leeftijd die altijd honger had en die
doorlopend naar eten zocht en het nog
vond ook. In elk geval was ze gedurende
ons jaar in het kamp niet veel afgevallen.
Op haar verzoek was zij nummer vier van
ons groepje. Ze wist dat mijn moeder
altijd erg beleefd was en ze wist ook dat
Ma niet erg zou protesteren als zij, Tante
S., eens wat meer wou hebben dan haar
eigenlijk toekwam, zelfs al werd alles ver
deeld door middel van lootjes trekken. Ik
wist natuurlijk wat er van dit verzoek
komen zou en waarschuwde Ma om op
alles voorbereid te zijn. 'Ach kassian
toch,' zei Ma. De avond vóór de distribu
tie van voedselpakketten zagen we Tante
S. voor haar bed op de knieën liggen en
we hoorden het geroezemoes van haar
bidden. Mijn vriendin en ik (watje al niet
doet als je 16-17 jaar oud bent!) besloten
dichterbij te sluipen om uit te vinden waar
het gesprek tussen Tante S. en God over
ging. We luisterden met gespitste oren
en we hoorden haar smeken om...Spam.
'Heer', bad ze, 'laat me morgen als het U
belieft het blikje Spam trekken.' We kon
den onze oren niet geloven, maar dan,
voedsel was immers zo heel erg belang
rijk en vlees hadden we in geen tijden in
geen enkele vorm gezien en iedereen
wist dat er o.a. een blikje spam in zo'n
pakket zat en iedereen hoopte het blikje
te trekken. Ik rende naar Ma toe en ver
telde haar het hele verhaal.
'Kassian', zei mijn moeder weer.
De volgende dag stonden we met z'n vie
ren om een olijfgroenkleurig pakket
(Amerikaans legervoedselpakket mis
schien) dat mijn moeder verdelen moest.
Het pakket was verpakt in een kartonnen
doos en zag eruit alsof het in was was
gedoopt, helemaal verzegeld dus zodat
het droog bleef. Het werd open gemaakt
en uitgepakt en alles werd op tafel uitge
stald. Ik herinner me nog een paar artike
len zoals een lap olijfgroene stof, een blik
Canadian bacon, een grote plak chocola
de, crackers, blikjes smeerkaas met klei
ne stukjes ham er in, notabene een zakje
Bull Durham tabak, compleet met de
papiertjes om er sigaretten van te rollen
en dan dat blikje van 83/4x8 3/4 x 5 cm,
de Spam. Ik zag Ma het blikje in haar
handen nemen en toen, zonder in mijn
richting te kijken, zei mijn moeder: 'Tante
S. voordat we lootjes trekken, dit blikje
Spam is voor U.' Het gezicht van het
dikke mensje was een foto waard, ze
huilde haast van blijdschap.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik die blijd
schap niet deelde op dat moment. Tante
S. heeft nooit geweten dat Ma en ik maar
Gods werktuigen waren, zogezegd, ze
wist alleen dat haar vertrouwen groot en
haar gebed verhoord was. Mijn wijze
moeder wilde dat vertrouwen niet teleur
stellen, weet ik nu. Zo deed die zoekende
man in de supermarkt me denken aan
mijn moeder, Tante S. en het sinds 1937
onveranderde en onvolprezen blikje
Spam dat nog heden ten dage zoveel
mensen over de hele wereld voedt.
Juul Lentze