'of op het bot
Een interview met Yvonne Keuls
door Tiny Francis
'Iedere vrouw heeft andere tactieken als
het erom gaat haar leed op een man te
projecteren. Lowietje heeft een dominan
te moeder, een lijdende moeder ook nog.'
We praten over het laatste boek van
Yvonne Keuls: Lowietjes Smartegeld of
het gebit van mijn moeder.
'Het boek is eigenlijk het verhaal van mijn
tante Marie, die van de Jap een
aframmeling had gekregen', vertelt
Yvonne Keuls. 'Ze had altijd aange-
zichtspijn. De nonchalance waarmee ze
door de Nederlandse regering werd
behandeld, door de artsen en door de
familie zat haar hoog. Die familie, daar
hoor ik óók bij. Ik hoor ook bij het gezeur
van die tante Marie. 'Wanneer houdt dat
mens nou eindelijk 's op met dat zemelen
over de Jap' dacht ik vroeger, want ik was
als jong kind naar Nederland gegaan. We
vonden haar zó vervelend dat we thuis
onder elkaar afspraken wie er dit keer
zou luisteren, want wie had er nou zin in
tante Marie's verhalen over 'de Jap'? Zo
van: 'Ik heb geen tanden meer, ik voel
me zo beroerd, ik vergeet 't nooit'. Het
heeft veertig jaar geduurd voordat ik
besefte dat ik haar nooit heb aangehoord.
Niemand heeft haar aangehoord. Dat
mens heeft tientallen brieven geschreven
naar alle instanties om haar verhaal kwijt
te kunnen raken. Maar ze werd afge
scheept met standaardbriefjes. Dan na
veertig jaar komt er eindelijk een berichtje
in de krant, waarin sprake is van smar
tegeld. En dat was het begin van de
bewustwording van het Nederlandse volk.
Lowietje Boudrie uit mijn boek was de
enige in die familie die wel luisteren
moest. En ook zijn leven werd verwoest.
Zo kan je zien dat we iets aan die
Indische mensen verschuldigd zijn. Dat
we er iets aan moeten doen. Want ieder
een heeft destijds te horen gekregen:
'Nou niet even zeuren.'
'Je lot zit natuurlijk ook nog in je genen,
maar even goed waren het de omstandig
heden die Lowietje tot slachtoffer vorm
den. Je kunt je als slachtoffer ook verzet
ten. Als zijn ellende eerder was onder
kend dan was het allemaal anders gelo
pen.'
Yvonne Keuls kent haar personages tot
op het bot. Ze weet van elke zenuw en
elke pees. 'Jij moet schrijver worden' zei
Yvonne Keuis
Foto: Pan Sok
Marie Boudrie tegen haar zoon. Dit zei ze
al bij de eerste zin die Lowietje op papier
zette. Dan kon hij voor alle eeuwigheid
vastleggen welk onrecht haar was aange
daan. Marie's kakement werd door de
Jap tot moes geslagen, waardoor ze suk
kelde met een nooit passend kunstgebit.
Ze had altijd aangezichtspijn. 'Als je
alleen maar vertelt over dat pak ransel
dat ik heb gekregen van de Jap dan heb
je al een boek vol en dat verkoopt. Ik zeg
toch al je moet gewoon beginnen; jij hebt
veel meer meegemaakt dan die hele
Adriaan van Dis.'
Marie Boudrie aanbad Adriaan van Dis.
Maar Lowietje was een lummel, alles mis
lukte hem; zijn studie psychologie, zijn
colporteurschap, zijn kleine onaanzienlij
ke baantjes. Het 'keree' (buig) dat hij voor
de mishandeling van zijn moeder voor
zijn vierjarige ogen had gezien kroop
door zijn leven als een listige slang waar
van het gif hem verlamde, verziekte, ver
vormde. 'Ze wou een schrijver van hem
maken' zegt Yvonne 'om haar eigen leed
vast te leggen en Adriaan van Dis was
nou eenmaal de ideale zoon. Ziet er goed
uit, keurige vent, geslaagd mens'. Ik heb
geen zin haar met een vraag te onderbre
ken, want ze is zo lekker op dreef. Door
de glazen tuindeuren zie je de overdadi
ge bloei van veelsoortige bloemen, niet
gehinderd door pad of afrastering. Ze bui
gen zich kleurig als dooreengestrengeld
gewas over een stenen binnenplaats
onder hoog geboomte dat beschuttend
de takken mag strekken. We zitten bin
nen in rotan stoelen, gegroepeerd om
een lange tafel in de serre. Op de ach
tergrond antiek en aan de wanden por
tretten, eindeloze rijen foto's, tekeningen,
schilderijen, een afbeelding van Yvonne
Keuls' grootmoeder, een duidelijke njonja
besar van hoge Indische geboorte. Ze
heeft de glimlach om de lippen, de ik zo
goed ken van mijn eigen familieleden: 'ik
70