Berlijnse Weihnachten door Nellie Haberland 41 Eigenlijk is in Duitsland Heiligabend het allerbelang rijkst, de avond van 24 december. Iedere familie heeft er zijn eigen traditie: bij ons worden om zes uur de kaarsen in de boom, die ook tot het plafond moet reiken, aangestoken en werden er vroeger cadeautjes uitge deeld. Nu de kinderen allang het huis uit zijn doen we niet meer aan 'Pescherung', alleen mag ik ze nog een beetje verwen nen met boeken, want boeken zijn echt het enige waar je nooit genoeg van kunt hebben! Tot nog toe waren de kinderen met hun vriendinnen altijd bij ons, maar dit jaar zouden ze bij de schoonfamilies zijn, onze oudste was echter van plan later op de avond met zijn vriendin en haar dochter nog te komen om gezamen lijk naar de 'Christmette', 's avonds om elf uur te gaan. Al enige jaren nodigen we een oude buur vrouw uit, die werkelijk niemand heeft en waar ik me een beetje om bekommer. Deze vrouw, Frau Frölich, was vroeger soliste bij het Rias-Kamerkoor en kent in het Berlijnse muziek- en theaterleven jan en alleman. Nog steeds gaat ze, hoewel ze na een heupoperatie nauwelijks kan lopen, met het openbaar vervoer naar alle concerten van de Berliner Philharmoniker en elk jaar naar de Festspiele in Salzburg. Intussen is ze vijfentachtig jaar! Dit jaar nu had ze eigenlijk ons willen uit nodigen, maar we vonden een compro mis: op haar kosten zouden we bij een partyservice eten bestellen en dat bij ons opdienen. Sinds twee jaar woont mijn schoonmama in een bejaardentehuis in Berlijn en van zelfsprekend zou ze ook bij ons zijn gedu rende de feestdagen. Nu was Oma, zoals ik haar gemakshalve maar zal noemen, nooit erg gelukkig met deze buurvrouw; ze praat zoveel en alleen maar over muziek, vond ze. Ik denk dat ze meer bedoelde, dat ze aandacht tekort kwam met Frau Fröhlich erbij. Oma is negentig! Ik haalde eerst Oma af en nadat we haar voor de boom hadden geïnstalleerd, ging ik Frau Fröhlich afhalen. Toen we aan kwamen was het Weihnachtsoratorium op de radio net begonnen en Frau Fröhlich zette dadelijk in 'Jauchzet, frohlocket'; ze kent bijna alles uit het hoofd. Ondanks haar hoge leeftijd heeft ze nog steeds een volle, goedklinkende stem, die alleen zo nu en dan afbreekt en dunnetjes wordt. Ik kon aan Oma's gezicht zien dat ze zich ergerde. Gelukkig kon Frau Fröhlich tijdens het eten moeilijk meezin gen met volle mond en was er zelfs een gezellig gesprek mogelijk, waarbij Oma uit haar schulp kroop. Na het eten, we zaten weer bij kaarslicht aan de boom, kwam onze oudste zoon met aanhang. Het was voor het eerst dat we de dochter van zijn vriendin ontmoet ten, een beeld van een meisje, met een heel zachte en verlegen stem sprekend, kennelijk met een buitenlandse inslag. Even voor half elf opperde ik dat we moesten opstappen om naar de kerk te gaan. De jongelui vertrokken dadelijk, daar ze met de fiets waren, wij met Frau Fröhlich - die vroeg of ze mee mocht en dan kun je geen 'nee' zeggen - en Oma, met de auto. We hadden bijna tien minuten nodig om Oma te bemantelen, te bemutsen en te belaarzen en weer bijna tien minuten eer we Frau Fröhlich, die zich werkelijk alleen maar in een slakkentempo voortbeweegt, de oprit af naar onze auto hadden gebracht. Helaas waren we niet snugger genoeg die beide tien minuten te laten samenvallen! Oma zat al op haar plaats in de auto, rechts voor, toen ik eindelijk met Frau Fröhlich aankwam die we in de auto moesten manoeuvreren, niet echt eenvoudig bij een vierdeurs! We moesten haar praktisch ruggelings op de achter bank leggen en haar benen opvouwen, waarna zij zich weer enigszins oprichtte en scheef in de riemen hing. Ik hoorde Oma mopperen, toen we eindelijk met onze hondervijfenzeventig jaren extra last wegreden. Ik had links van Frau Fröhlich nog een piepklein plekje gevonden! Mijn man reed tot vlak voor de kerktrap en het uitladen van Frau Fröhlich was niet minder moeilijk. Terwijl ik met haar bezig was, begeleidde hij zijn moeder alvast naar boven om daarna terug te komen en mij met Frau Fröhlich te helpen. Ik kon nadat zij in de kerk was snel naar boven rennen en me bij het koor voegen, waarin ik meezing. Mijn man had helaas Frau Fröhlich naast Oma geplaatst, daarna moest hij nog de auto wegzetten en vond verder achterin naast de kinderen, die intussen ook waren aangekomen, een plaats. 'Moest Christoph nu uitgerekend Frau Fröhlich naast mij neerzetten', mop perde Oma later tegen mij, 'het was vre selijk, ze heeft zo hard gezongen, ik kon het niet meer verdragen!' Nu is Christmette minder een godsdienst dan wel een lofdienst, waarbij veel wordt gezongen en Frau Fröhlich had natuurlijk deze gelegenheid niet aan zich voorbij laten gaan, ze zong uit volle borst mee! Man en zoon konden zien hoe Oma steeds verder met haar hoofd naar opzij ging, weg van Frau Fröhlich, zodat ze bijna bij haar buurman op schoot lag. Nu moet ik er eerlijkheidshalve aan toe voegen dat Oma zelf nóóit zingt, ten eer ste omdat ze niet kan zingen, ten tweede omdat ze zelfs als ze alleen maar praat een krakende trompetachtige stem heeft (niets tegen trompetten, ik vindt het prachtig als ze goed bespeeld worden, maar die kunst heeft Oma echt nooit beheerst), laat staan als ze ermee zou gaan zingen! Enfin, zo hadden we Heiligabend toch tot een goed einde gebracht. Frau Fröhlich werd door mij naar huis gebracht, terwijl mijn man dadelijk doorreed om Oma naar huis te brengen. De volgende dag, eerste Kerstdag, dat is bij ons ook allang een traditie, gingen we uit eten, samen met de kinderen. Dit keer lieten onze jongste zoon en zijn vriendin verstek gaan, maar de oudste met vriendin en dochter die ook bij ons waren blijven overnachten, kwamen mee en Oma natuurlijk en dit keer ook Gudrun. Gudrun komt uit hetzelfde dorp als mijn man en was vroeger kind aan huis bij hen. Nu woont ze in Gelsenkirchen en is sinds een jaar weduwe. Kerst en Oud en-Nieuw wilde ze in Berlijn vieren daar ze, zoals ze zei, haar zoons met hun families niet tot last wilde zijn. Heiligabend hadden we haar niet mogen uitnodigen van Oma. Dat is ook weer een verhaal: Gudrun is een ontroerend lieve en hartelijke vrouw met een paar enorme platvoeten, figuurlijk gesproken, waar mee ze zonder het te merken op lange of korte tenen kan trappen en Oma hééft lange tenen, soms met eksterogen erop (letterlijk en figuurlijk). Nu had Gudrun ooit, een tien jaar geleden, op die tenen flink getrapt en dat had Oma haar nooit vergeven. Wat er precies is voorgevallen

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1995 | | pagina 41