Bericht uit de Molukken
O
Let op(
Waterproblemen en bomvissen
Momenteel, januari, is het de droge tijd
op Haruku. Dat wil zeggen dat er regel
matig grote wolkenpartijen over komen
drijven, maar dat die ergens anders hun
regen laten vallen. De desa's op Haruku
zijn stoffig en vies, vooral als er veel wind
is. Dit weer is nu al een paar maanden zo
en dat brengt problemen met zich mee.
Door het koken op houtvuren hebben
veel vrouwen geïrriteerde ogen en door
het stof wordt het allemaal erger. Zelfs
mannen en kinderen lopen met ontstoken
ogen. Men zegt dat dit pas overgaat als
de regen komt. Een ander probleem is
door Kees Heij
onze vuile was mee naar Ambon, omdat
daar voldoende water is en onze hulp,
doordat we veel weg zijn, tijd genoeg
heeft om de zaak te wassen.
Als we onszelf wassen gaan we eerst in
zee zwemmen en spoelen ons daarna af
met enkele emmers zilt water. Dit is iede
re keer weer een verademing. We heb
ben het geluk dat we dat stuk niet hoeven
te lopen. We pakken de projectmotor voor
dit werk. We zijn niet de enigen, want
onze motorfiets wordt gebruikt voor het
halen van water, het brengen van onze
gastvrouw naar de wasplaats, het vervoe
ren van spullen en vele andere klusjes.
Project is project en alles is hier van
Foto: C.J. Heij
Pak Din met een deel van zijn buit.
het wassen. De waterputten en regenbak
ken zijn leeg. Er is nog een gemeen
schappelijke waterput, waaruit men dage
lijks emmers drinkwater haalt. Dat is een
heel gesjouw voor de bewoners van een
kampong met zo'n 2500 inwoners. Voor
het wassen van kleding en het baden in
zee is men op een zilte bron enkele
kilometers verderop aangewezen.
Vrouwen en jonge meisjes vertrekken al
voor het licht is met grote wasbakken met
wasgoed op hun hoofd en lopen enkele
kilometers naar de wasplaats aan zee.
Hier mengt zich een bron met zeewater.
Kailolo ligt helaas niet bij een rivier.
Tegen de avond komen de vrouwen terug
met de schone was op het hoofd. Het
drogen is geen probleem. Wij nemen
iedereen!
Tijdens zo'n wasbeurt hoorden we plotse
ling een harde knal. Dit gebeurt dagelijks,
maar nu was het wel erg dichtbij. Er is
weer met een zelfgemaakte bom op het
koraal gevist. Het is een makkelijke
manier om snel aan veel vis te komen.
Bovendien brengen de kruidnagels en
nootmuskaat dit jaar weinig op, zodat
men geen geld heeft om vis te kopen. En
vis is het dagelijks dieet hier.
Men maakt van kunstmest en luciferskop
pen een bom in een fles en laat die op
het koraal ontploffen. Alle vissen in de
buurt zijn dood of verdoofd. Zo gauw men
zo'n knal hoort rent iedereen er naar toe
om een maaltje vis te verzamelen. Op
deze manier worden tientallen kilo's vis
verzameld. Het ergste is dat men het
koraal waar de vis op leeft volkomen ver
woest. Hele streken zijn op deze manier
verwoest. Het bomvissen is niet alleen
verboden vanwege de vernielingen aan
het koraal, maar ook omdat het gevaarlijk
is.
Vorige maand ging een bom te snel af en
raakte een twintigjarige jongen zijn arm
en een gedeelte van zijn dijbeen kwijt. Op
Ambon kennen we een jonge man die
door het vissen met zo'n zelfgemaakte
bom een arm, een been en het licht uit
zijn ogen kwijtgeraakt is. In ons geval was
het goed gegaan. Veel vis, maar ook een
motoragent, die op het geluid afkwam,
ledereen vluchtte de heuvels in. De agent
vond het waarschijnlijk te warm om er
achter aan te gaan. Misschien kwam hij
alleen maar zijn maaltje vis opeisen,
ledereen spreekt schande over het bom
vissen, maar iedereen eet ervan mee. Ik
heb de indruk dat wij hier ook drie keer
per dag bomvissen eten. Dikwijls zijn de
vissen opvallend krom doordat de rug
door de luchtdruk gebroken is. Men weet
dat het niet goed voor het koraal is en dat
de vissen het koraal nodig hebben om
voedsel te zoeken en er hun eieren en
jongen te verzorgen. Men spreekt er
schande van, maar ondanks het feit dat
vijf mannen uit Kailolo acht maanden
gevangenisstraf gekregen hebben, wordt
er steeds meer op deze manier gevist, zo
heb ik de indruk. Dit volk dat afstamt van
vrijgevochten piraten en Buginezen, laat
zich niet dwingen. De rekening komt later
en daar maakt men zich nu niet druk om.
Bovendien zorgt Allah voor ons allen.
Dit is het eerste verhaaltje uit een serie
over de Molukken geschreven door de
bioloog dr. C.J. Heij (Rotterdam 1940),
die van 1988 tot 1992 en van 1994 tot
1995, op de Molukken verbleef, onder
meer voor onderzoek naar het met uit
sterven bedreigde Wallace Grootpoot-
hoen.
De enige echte Indische saucijzen van
H. v. Olphen zijn op de Haverkamp
(Mariahoeve) alleen verkrijgbaar bij de
GROENTEMAN
H. VAN OLPHEN.
Tevens BABAT - PAROE - LIMPA,
OETAK en GEZOUTEN VLEES.
Tel. 070 - 383 96 99
31