Brisbane calling Outinggp Te koop gevraagd Tel. 0182-393 492 Fa. Johs. Ouwejan Zn. "Op eigen houtje naar Indonesië int FORTUNA deze reis was Imogiri, ongeveer zeven tien kilometer ten zuidoosten van Yogyakarta. Ik had Jan erover verteld en hij wilde graag mee. Imogiri is een begraafplaats van vorstelij ke personen. Hier ligt onder andere Sultan Agung (1613-1646) begraven. Hij was het ook die deze begraafplaats liet aanleggen op de heuvels van de Nevel- berg oftewel Imogiri. Verder voegde hij de Javaans-islamitische kalender in. Elk jaar worden er op dinsdag of vrijdag Kliwon van Suro, de eerste maand van de Javaanse kalender, drie rituelen gehouden. De laatste van deze drie is het leeggieten, schoonmaken en opnieuw vullen van de wijwatervaten - vier, op elke hoek van het plein één. Het plein dat je bereikt na het beklimmen van de driehonderdvijfenveertig treden! Bij deze gelegenheid zijn er veel mensen aanwezig die hopen iets van het heilige water of wat bloemblaadjes op te van gen. Imogiri is een plaats van voorouder verering geworden. Er is ook altijd een hofbeambte van Yogya of Solo aanwe zig. Op verzoek van een bezoeker brandt hij de meegebrachte wierook en strooit de bloemblaadjes uit, zeven soorten, waaronder rozenblaadjes, melati, daun pandan. En brengt de bede over van de bezoeker. Maar voor het zover is moet je eerst die driehonderdvijfenveertig treden beklim men! Oude treden, een beetje bemost, met links en rechts de graven van de vor sten van Solo en Yogyakarta. Tijdens de klim kom je af en toe op een plateau, dan moet je eerst door een hoge poort en daarna klim je verder. Op een bepaald punt moet je je omkleden in Javaanse klederdracht die je daar kunt huren. Anders mag je de rest van de klim niet maken. Tijdens die klim naar boven concentreerde ik me op wat ik wilde vra gen aan de imam. Wierook en bloem blaadjes had ik beneden gekocht en droeg ze bij me, in een pisangblad ver pakt. Dit ging Jan toch wat te ver en hij bleef buiten wachten. Ik bracht de imam mijn verzoek over en gaf hem het pakje. Hij stak de wierook aan en begon te bid den. Het was héél stil. En ik voelde een rust in mij. Ik volgde de rook van de wie rook met mijn ogen, opstijgend met de gebeden naar...? Waar het wordt gehoord en misschien vérhoord? Heel sterk voelde ik op dat moment dat ik een kind van twee culturen ben en dat ik er rijk mee ben. Daarna kleedden Jan en ik ons om in Javaanse klederdracht en klommen ver der. Nog één poortje door en daar was het! Er werd nog slechts fluisterend gesproken. De hoogste grafkamer was van Sultan Agung. Ook herkenbaar omdat er witte gordijnen langs de muren hangen. Er hing een sterke geur van wie rook. Je moest je helemaal bukken om naar binnen te kunnen gaan. De ruimte werd verlicht door kaarsen. Er zaten weer priesters met hagelwitte jasjes aan. Voorzichtig ging ik zitten, sélok, met beide benen naar één kant. Er gaat zoveel door je hoofd. Maar er was iets wat zich het meest aan mij op drong: why worry. Zoveel rondom deze plek is veranderd en dit blijft haast onver anderd. Na een poos - hoe lang? - gaan we weg, na eerst nog wat geld in een rieten mandje te hebben gestopt. In onze eigen kleren zijn we beneden weer toerist. 'Wilt u pisang goreng?' Maar het gevoel in mij blijft. Imogiri. Ik ga er vast nog een keer heen. door verzamelaar schilderijen uit Ned.-lndië van o.a. G.P. Adolfs, Frits Ohl, P.A.J. Moojen, W. v.d. Does, Jan Frank, H. van Velthuysen, A. Breetvelt en anderen. "INGET MATI" "AD PATRES" Begrafenis- en Crematie- Onderneming Opgericht 1924 ROUWKAMERS EN ONTVANGKAMERS AIRCONDITIONED Kantoren: Frederik Hendriklaan 7 - Den Haag tel. 070 - 355 64 27 (drie lijnen) Uitgebreide gegevens betr. adressen. Bemidd. bij reserv.: verblijf, auto, vlieg tickets. 040 - 242 52 07 (09.00 - 15.00 uur) We zijn op weg naar Emee Creek aan de voet van een enorme heuvel. Onderweg stopt Joe de car, stapt haastig uit en dan kijk ik mijn ogen uit. In zijn handen heeft hij een rond, zwart beestje, vol stekels. Het kopje zit diep verborgen en er zijn vier pootjes met kleine klauwtjes. Het is een zeer merkwaardig diertje, een porcupine, een typisch Australisch beestje. Als het zijn kopje en pootjes uitrekt, is het een levende, zwarte stekelige bal. Wat is de natuur toch merk waardig, want waartoe zou dit beestje nu dienen! Als we verder rijden, stopt Joe meermalen om prickly cucum bers ie plukken, die verborgen tussen het pluimgras groeien. Groene vlekken op de schil en heerlijk fris om te eten. Ook is er een grote struik, waarvan je de bladeren moet wrijven om schuim te krijgen, waarmee je je handen kunt wassen. We houden stil aan een klein water, omzoomd door treurwilgen. Daar zie ik een reusachtige, grijsbruine schildpad uit het water opduiken. Het is heel eenzaam om ons heen. Hoge bomen met een witte stam. Soms hangt in het bladerdak een wilde orchidee met paarse bloemen. Tussen de bomen een vervallen, oud huis. Tot mijn verbazing strompelt een oude man de tuin in. Hij gaat naar een lichtgroene struik en tot mijn grote vreugde komt vanachter het groen een kleine kangoeroe te voorschijn. Met twee sprongen is het diertje bij de oude man, die roerloos blijft staan. Die twee brengen iets levends en heel moois in het roerloze landschap. Tilly Breeman O 12

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1996 | | pagina 12