Het vergeten verhaal
van één van de
Schmidt-arrestanten
(slot)
K.:'
door Geert Onno Prins
Op 23 september 1954 begon in
Indonesië het proces tegen Henry
Schmidt. Schmidt was, volgens de
Indonesische krant Merdeka, handlanger
van Westerling en had zich sinds de mis
lukte APRA-coup, ruim vier jaar eerder in
de bergen schuil gehouden om er de lei
ding te nemen over een nieuwe guerrilla
organisatie, de NIGO. Twee weken later,
op 6 oktober, verscheen in Nederland het
bericht in de krant dat de Schmidt-arres
tanten werden mishandeld.
De Nederlandse regering had het tot dan
toe verzwegen in de hoop beter te kun
nen onderhandelen. De verontwaardiging
was groot en de sfeer tussen Nederland
en Indonesië verslechterde met de dag.
De twee partijen kwamen steeds meer
tegenover elkaar te staan. Vandaar ook
dat iemand als Van Bylandt geen voet
aan de grond kreeg bij de Indonesische
regering. Hij kon weinig voor de gevan
genen doen. Gematigden in Indonesië
hielden liever hun mond, ook al wisten ze
dat er van alles niet in de haak was. De
sfeer was volledig verziekt. De processen
vormden een nieuw dieptepunt in de rela
ties tussen Indonesië en Nederland.
Bogor, januari 1955. J.H. Rath, één van
de vele, voornamelijk Indo-Europese,
Schmidt-arrestanten, zit inmiddels een
jaar vast zonder enig idee wat er verder
met hem gaat gebeuren. Het is overigens
opvallend dat de meeste arrestanten
Indo-Europees zijn. Misschien hoopte de
politie daar meer anti-Nederlandse
gevoelens bij aan te treffen. Die indruk
krijg je in elk geval als je hoort hoe de
politie ze tot 'bekentenissen' probeert
over te halen.
Rond de tijd dat het proces tegen
Jungschlager begint - dat was op 13
januari - vertrekt Rath's vrouw met de
kinderen naar Nederland. Het gaat niet
goed met de Indo-Europeanen in
Indonesië. Ze voelen zich niet veilig
meer. De armoede onder hen is groot en
één op de zes krijgt financiële hulp van
het Hoge Commissariaat. En dat zijn dan
alleen die mensen die als Nederlander
erkend worden. De warga negara's
bevinden zich in een nog moeilijkere
positie. Rath zat, tot vlak voor zijn arres
tatie, niet voor niets in een commissie die
aan lagerwal geraakte Indische
Nederlanders moest helpen. Net als ove
rigens twee andere arrestanten, De Mey
van Gerwen en Duysings, ze zijn al eens
genoemd.
Halverwege februari 1955 wordt Rath
met een blikvergiftiging in het ziekenhuis
van Bogor opgenomen. De omstandighe
den in de Palang Merah Indonesia
(P.M.I.), het Indonesische Rode Kruis,
zijn erbarmelijk. In het ziekenhuis komt
Rath op een goed moment in gesprek
met een Indonesische arrestant die al
bijna vier jaar in de gevangenis zit. Hij
zegt dat hij ervan wordt verdacht de
Darul Islam te steunen, maar dat hij nog
nooit is verhoord. Dat hij niet de enige is,
dat er veel andere Indonesische arres
tanten zijn. Ook hij is naar Bandung
gebracht om Nederlanders te herkennen
die hij nog nooit heeft gezien. Ze sloegen
en schopten hem toen hij volhield de ver
dachten niet te kennen. En ook hij kreeg
daarbij telkens te horen dat hij geholpen
zou worden als hij maar wilde mee-wer-
ken. Na een week in de P.M.I. moet Rath
terug naar Kedung Halang in Bogor.
Daar blijft hij tot aan zijn vrijlating, maar
dat zal nog even duren.
J.H. Rath
In de tussentijd wist het kabinet nog altijd
niet of het de internationale pers moest
inlichten over de schending van de men
senrechten in Indonesië. Luns dacht dat
het niets zou uithalen en dat alleen maar
zou blijken hoe zeer Nederland op zich
zelf stond, hoe machteloos het was, dat
het de verhoudingen alleen maar zou
verslechteren. Het zelfvertrouwen van
Indonesië zou er beter op worden en het
land zou dan nog minder bereid zijn tot
concessies. Het zelfvertrouwen van
Indonesië kreeg in april toch al een flinke
stimulans dankzij de succesvolle
Bandung-conferentie. Daarbij werden
nog weer eens de schijnwerpers gezet
op de Nieuw-Guinea-kwestie en die
maakte Nederland er niet populairder op
in de rest van de wereld.
Tot dan toe had de buitenlandse pers
nog weinig aandacht voor de processen
gehad. Van Bylandt ging voor de tweede
keer met Sastroamidjojo praten. En
inderdaad, ook nu toonde de
Indonesische premier geen enkele nei
ging tot medewerking. Ook nu ontkende
hij alle beschuldigingen van mishandeling
en hij verweet Nederland met twee
maten te meten, doelend op de APRA-
affaire. Achteraf gezien heeft Nederland
eigenlijk voortdurend achter de feiten aan
gelopen, geen grip op de ontwikkelingen
kunnen krijgen.
De advocaat Bouman ging inmiddels
doortastend te werk in zijn verdediging
van Schmidt en Jungschlager. Hij toonde
aan dat de getuigen logen en zette daar
mee zijn tegenstanders voor schut. Het
duurde dan ook niet lang of hij werd
beschuldigd van omkoping van getuigen
en gearresteerd. Bouman vluchtte. Op 9
mei 1955 vertrok hij onder de valse naam
Bosman naar Nederland. De beklaagden,
Schmidt en Jungschlager, zaten zonder
advocaat. Indonesië wilde het proces zo
snel mogelijk afronden. Liefst zonder
advocaat.
Ondanks zware tegenwerking van
Indonesische kant wist Nederland een
nieuwe advocaat te vinden: de vrouw van
Bouman. Mieke Bouman, die klassieke
talen had gestudeerd en helemaal geen
advocate was, werd de verdediger. Zij
had haar man geholpen tijdens de pro
cessen en zat dus in elk geval goed in de
materie. In de komende maanden ontwik
kelde zij zich tot scherpe en standvastige
advocate.
In diezelfde tijd heeft Rath een gesprek
met een lotgenoot die vertelt dat hij twee
Nederlanders moest herkennen; de ene
moet kapitein Schmidt geweest zijn, van
de andere weet hij de naam niet meer.
De al eerder genoemde Enduh was heel
boos geworden toen hij verklaarde geen
van beiden ooit te hebben gezien: 'Je
weet dat we je zullen vrijlaten als je die
Nederlander als kapitein Schmidt her
kent. Trouwens, je bent Indonesiër en het
is dus je plicht om de politie en de rege
ring te helpen. Ik weet datje naar je
vrouw verlangt, ik garandeer je dat je
naar haar terug kunt als je ons helpt. Als
je het niet doet, ben je een Andjing
Belanda.' Maar de arrestant bleef bij zijn
verklaring; hij kende de twee Nederlan
ders niet. 'Ik wil voor de rechter gebracht
worden. Ik zit nu al drieënhalf jaar
onschuldig vast', zei hij tegen Enduh. Hij
is destijds opgepakt in verband met de
Westerlingactie. Dezelfde arrestant ver
telt van weer anderen te hebben gehoord
33