Dit moet ik even aan u kwijt! meer of riviertje te porren en dan wande len ze, letterlijk op hoge poten, weg. Ze zijn koudbloedig en dus liggen ze veel in de zon, net een toerist. (Niet het koud bloedige, maar het liggen in de zon.) Of er verdwaalt er eentje je zwembad in, of ze volgen een hondje je keuken in, want ze eten kleine dieren en daar vallen hondjes ook onder. Of ze slepen je zelfs het water in als je per ongeluk op ze trapt in het water! Echt waar. Maar ze vallen je alleen aan als ze zich bedreigd voelen. Wat een geruststelling. Het verbaasd me altijd om te horen dat krokodillen eieren leggen. Niet te geloven gewoon, maar ja, dat zeg gen ze ook van de dinosaurussen, hele maal zoiets onmogelijks. Een alligator legt zo'n 35 eieren in een nest dat gebouwd wordt uit bladeren en takken. Het vrouwtje blijft in de buurt van het nest dat verwarmd wordt door de zon en door het rottende gebladerte waarin de eieren rusten en na ongeveer 60/66 dagen zijn we weer zo veel meer alligatortjes rijk. Men heeft ontdekt dat een warm nest alleen maar mannetjes oplevert. Zelfs dan hebben de baby alligators al van die griezelige ogen, geel-groen met een verti cale pupil en ze worden nog zo'n 40/50 jaar oud ook, als ze niet opgegeten wor den tenminste, want we hebben hier in sommige restaurants alligator-steak en -staart op het menu staan. Deze komen (hopen we) niet van alligators die in het wild leven, maar van die die er speciaal voor gekweekt worden op alligator farms. Er was een tijd dat men dacht dat de alli gator zou verdwijnen, want men schat dat tussen 1870 en 1970 wel 10 miljoen alli gators werden gedood. Er werd handel gedreven in de huiden, er werden tassen, koffers, schoenen en wat al niet meer gemaakt van de tot leer gelooide huid. We zullen het weten, dat werd met de krokodil toen in Indië ook gedaan en we hebben zeker wel eens een tas of een beurs gehad van krokodillen-leer. En ze werden gegeten. Dit kan deze beesten gelukkig niet langer overkomen. Maar al zegt men dat Djeek en zijn familie niet zo gevaarlijk zijn als onze buwayaas in Soerabaja toen vroeger, ik zou ze toch ook weer niet zo maar even willen tegen komen, want ze zijn bliksemsnel vooral als ze honger hebben. Het is altijd maar het beste om respect te tonen vind ik. Djeek weet niet beter of hij hoort thuis in die waterplas waar hij de laatste 43 jaren heeft doorgebracht en waar hij nooit meer hoeft te jagen, want hier krijgt hij z'n voer op tijd. Hij wordt prima verzorgd. Toch, ik vraag me af of hij zijn tropenom- geving nog altijd mist. Wil je wedden? Kassian Djeek. Juul Lentze Afgelopen winter hebben wij met vijf per sonen op eigen gelegenheid een reis gemaakt door een gedeelte van Indonesië. Een reis door Bali, Lombok, Sumbawa en een groot gedeelte van Flores. Wij deden alles per openbaar ver voer en dat ging werkelijk prima en voor weinig geld. Daar mijn man vele jaren reisleider is geweest, speciaal voor Indonesië, dacht hij, dat hij ons alles zou kunnen vertellen over het mooie land. Nu bleek, dat hij toch vele dingen en plekjes niet wist. In verband met zijn gevorderde leeftijd, 79 jaar, werkt hij niet meer als reisleider. Hij is geboren in Semarang en spreekt het oude 'pasar Maleis' nog steeds vloei end. Reuze gemakkelijk voor ons dus. Wat ons vaak op viel was, dat er veel, vooral oudere Indonesiërs, het Nederlands nog spreken. Onze eerste ontmoeting met een Nederlands sprekende man was in Mataram op Lombok. Deze ontmoeting was voor ons een groot voordeel. Het toeval wilde namelijk dat ook hij uit de reiswereld kwam en daardoor hadden de heren dus veel gemeenschappelijke ken nissen en konden ook veel informatie uit wisselen. Waarom, zult u zeggen, was deze ont moeting nou een voordeel? Dat zal ik u uitleggen. Mijn man ging voor de reisorganisatie waarvoor hij werkte, naar goede, lees dure, hotels. De men sen die mee gingen in zo'n groep moeten natuurlijk in een korte tijd veel van het land zien en weten. Zij gaan dus de belangrijkste plaatsen langs. Echter, wan neer je zoals wij nu, meer tijd hebt en met een krappere beurs moet uitkomen, was het ideaal om 'Eddie' te leren kennen. Hij heeft ons adressen van goede, betaalba re hotels gegeven en ons op plekjes gebracht waar de doorsnee toerist met de grote reisorganisaties vermoedelijk niet komt. Zo kregen wij veel informatie van hem, over het huren van auto's met chauffeur, de beste routes, namen van hotels met de namen van de managers, openbaar vervoer, et cetera. Speciaal naar het bin nenland van Sumbawa en Flores gaan nog niet zoveel toeristen. Wij weten nu dus wat men daardoor mist. Het zijn wer kelijk schitterende eilanden met een zeer vriendelijke en behulpzame bevolking. Misschien zou het zelfs jammer zijn wan neer ook deze eilanden overspoeld zou den worden met toeristen. Wanneer u 'toch in de buurt bent', zou het wel jammer zijn deze prachtige plaat sen te missen. Indien u dus op eigen gelegenheid een beetje wilt avonturieren neem dan vooral contact op met 'onze' Eddie, er zal dan een andere wereld voor u opengaan. Eventueel kan hij ook alles voor u rege len. Indien u iets zou willen weten over onze ervaringen op die eilanden, kunt u ons ten alle tijden om informatie vragen: Mw. C. Gout, W. Nakkenstraat 13-h, 1061 SZ Amsterdam, tel. 020 - 6133663. Het adres van Eddie Pantouw is te vin den in een advertentie op pagina 37. Rest mij de hoop uit te spreken dat u net zo'n geweldige reis zult hebben als wij reeds hebben gehad. Slamat djalan zal ik maar zeggen! Mw. C. Gout Tari Kentjak, Bali 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1996 | | pagina 20