r
FAIRWIND
f
Uw specialist naar
IndonesiëThailand
en Maleisië.
FAIRWfND
Indonesië
Thailand
SCR
,#8 Maleisië
96/97
vraag onze
brochure
'96/'97 aan
Aanbiedingen
Denpasar/Bali alleen vlucht fl. 1.450,-
Vertrek in de maanden september t/m november.
Bangkok rechtstreeks
alleen vlucht fl. 1.295,-
Vertrek voor 13 december.
Bel 070-3468950/51
of Fax:070-3630552
FAIRWIND REIZEN BV
INTERNATIONAL TOUROPERATOR
Wist u dat
met nieuwe reserveringen die u maakt,
u van Fairwind gratis een SIR
Dinercheque t.w.v. fl. 25,- p.p.
ontvangt Uw vakantie begint dus al
in één van de SIR restaurants van uw
keuze, (vraag naar de voorwaarden)
Wist u dat
wij ook dit jaar weer met overwinte-
ringsreizen komen voor de bestem
mingen Penang, Bali en Lombok
Geef U alvast op voor de gratis brochure. Laan van Meerdervoort 610 2563 BN Den Haag
ongetwijfeld, toen hij wilde dat zijn werk
door zijn landgenoten serieus werd geno
men, een ander, waardiger pseudoniem
gekozen: Vincent Mahieu.
Het meer ernstige werk van deze veelzij
dige auteur werd echter opnieuw op een
zijspoor gezet, overgebracht naar een
ander soort getto, het getto van de
'Indische' schrijvers in de Nederlandse
literatuur. Om de een of andere reden
horen ze niet bij de hoofdstroom. Ze zit
ten ergens apart op een kluitje. Het is een
handig etiket, en de hemel weet dat men
sen van etiketten houden - die geven het
gevoel dat de wereld geordend is, en dan
hoeven ze er verder geen aandacht aan
te besteden.
Dat is dus de reden waarom Vincent
Mahieu enigszins los staat van de hoofd
stroom van de Nederlandse literatuur.
Toch is hij een groot schrijver, een
bewonderenswaardig schrijver, en dankzij
de oprechtheid en zuiverheid die ik in zijn
werk onderscheid, kan ik hem een schrij
ver voor schrijvers noemen. Misschien zal
hij eerst de wijding van de Oxford
Universiteit Press moeten ondergaan
voordat zijn reputatie het verdiende
niveau bereikt.
Juist aan het feit dat Jan Boon in de
Nederlandse literatuur naar de zijlijn
gedrongen is, aan zijn status als buiten
staander, heeft Vincent Mahieu te danken
dat de Angelsaksische lezerswereld ken
nis met hem heeft kunnen maken. Een
keuze uit zijn verhalen is zojuist onder de
titel The Hunt for the Heart verschenen in
de pocketserie 'Oxford in Asia'. In
Nederland wordt publicatie in het Engels
gezien als groot eerbetoon aan een
Nederlands auteur. Deze serie is echter
opnieuw een soort getto, het getto dat
gereserveerd is voor exotische personen!
Toch heeft deze verzameling verhalen
niets exotisch, afgezien van het feit dat ze
in Indonesië spelen. Het standpunt van
waaruit ze zijn geschreven, is door en
door Europees, en de schrijver is, zo blijkt
uit bewijsmateriaal binnen de teksten zelf,
iemand met een degelijke grondslag in de
Europese literatuur, met name de Franse.
Soms, bijvoorbeeld als je Japanse of
Chinese literatuur leest, is het gevoel van
vervreemding heel sterk. Je merkt dat
zulke mensen niet alleen een andere
materiële cultuur en andere sociale struc
turen hebben, maar dat ze zelfs anders
denken, in andere patronen, dat ze ande
re waarden hebben, reageren met andere
emoties. Dat gevoel krijg je nooit wanneer
je leest wat Vincent over Indonesië heeft
geschreven. Het is een voortreffelijk bun
deltje, de keuze van de verhalen doet
recht aan de vele aspecten van zijn lite
raire vaardigheid. De vertaling uit het
Nederlands door Margaret Alibasah is
subtiel, gevoelig en zorgvuldig, dat zie ik
in een oogopslag. En Mahieu wordt hier
geopenbaard als meester van de literaire
vorm van de short story. De komische
verhalen in het boek herinneren aan Mark
Twain, de serieuze zijn Tsjechov waardig.
'The Brief Flight of a Bureaucrat' is een
van de alleraardigste surrealistische tek
sten die ik ooit heb gelezen; het is een
meesterlijke prestatie als men een droom
kan beschrijven zonder te gaan vervelen.
Nu echter zou ik willen wijzen op een
aspect van Mahieu's werk dat volgens mij
nog door niemand is genoemd. Ik ben
redelijk goed op de hoogte van de bewe
ging die bekend staat als feminisme, en ik
weet heel wat van de bijbehorende theo
rieën en doelstellingen. De doelstellingen
kan ik van ganser harte onderschrijven -
gelijkheid van opleiding, gelijke kansen,
gelijke beloning. De erkenning van de last
van het moederschap en de verlichting
daarvan. Mogelijkheid tot werken voor
hen die willen werken, maar wat nog
belangrijker is: mogelijkheid tot nietsdoen
- de aarde waarin kunst tot bloei kan
komen. Hoewel ik echter best wil toege
ven dat, menselijk gesproken, mannen en
vrouwen gelijk zijn, kan ik er niet mee
instemmen dat ze hetzelfde zijn. Het is
zelfs of ze tot totaal verschillende soorten
behoren, ledereen die kinderen van beide
seksen heeft grootgebracht, of les heeft
gegeven aan een klas met jongens en
meisjes, zal weten wat ik bedoel.
Wat is het wezen van het vrouwzijn? Wat
betekent het om vrouw te zijn? Vrouw
zijn, ik denk dat ik wel weet wat dat is.
Maar wat is dat voor mij onvermijdelijk
mysterieuze, het wezen van het manzijn?
Waardoor is een man anders? En de
belangrijkste vraag: hoe voelt het om man
te zijn?
Een schrijver die bijzonder geïnteres
seerd was in die vraag, was Hemingway
en met een variatie op Shakespeare: die
heer dikt het me iets te veel aan.
Hemingway maakte zo'n ophef van zijn
manzijn dat je je afvraagt of hij daarmee
soms wilde verhullen dat hij niet mans
genoeg was. In het algemeen vatten
mannelijke auteurs hun manzijn op als
iets vanzeldsprekends, het is zelfs iets
waarover niet geschreven hoeft te wor
den, ze schrijven van binnenuit, en wij
lezen hun boeken allemaal zonder verder
nadenken, we accepteren hun standpunt
zonder meer, als de mannelijke stem die
in de literatuur meestal de overheersende
stem is geweest.
Bij Vincent Mahieu vind ik iets wat anders
is, de expressie van echt manzijn, van
binnenuit bezien. Met andere woorden:
als ik hem lees, ontdek ik hoe het moet
voelen om een man te zijn.
Hij geniet heel natuurlijk van wat wij zien
als mannelijke bezigheden: vissen, jagen.
In de novelle Tjoek vinden we de vreugde
van de jacht, de verrukte beschrijving van
de verschillende daarbij benodigde
wapens en van het huis waar de jagers
elkaar ontmoeten. 'Er was altijd de sterke
mannelijke geur van aarde, wild gras,
zweet, leder, van kruit en van bloed. De
adem van de strijd met de dood, dus van
het eeuwige leven.'
En we horen wat over een speciaal soort
mannenvriendschap, de onderlinge soli
dariteit van jagers: 'Nochtans waren er
nooit twist en afgunst, want zoals men in
de eerlijke natuur was, zo was men hier
ook in de geest: zonder hypocrisie; zon
der hebzucht. Hier waren geen rijkdom en
armoede. Men gaf met milde hand en
deelde met ruim hart.'
Een echte man, een man die de naam
waardig is, vecht voor zijn vrouw tegen
andere, roofzuchtige mannen die het wel-
32