'Misschien hen ik wel Indischer dan ik
denk dat ik hen.
moessQn
mm
Esther Hartsinck:
Ik heb een voorbeeldige jeugd gehad. Dat
vind ik erg knap van mijn ouders. Ik heb
ook het idee dat de moeilijke jeugd die
mijn vader heeft gehad voor hem een
reden was het mij extra naar de zin te
maken. Alle dingen die hij heeft moeten
missen, wilde hij mij geven. In die zin
heb ik veel van mijn ouders gekregen.
Geen materiële dingen, maar vooral veel
aandacht.
Mijn opvoeding is letterlijk gesplitst
geweest. Tot mijn tiende of zo heeft mijn
moeder de dagelijkse zorg over me gehad.
Daarna ging ze werken en kwam ze pas
om zes uur thuis. Vanaf die periode heeft
mijn vader die taak op zich genomen.
Hij vindt het overigens prachtig dat ik dit
interview doe. Graag had hij me vooraf
nog het een en ander willen influisteren,
maar mijn moeder liet dat niet toe.
'Het is haar verhaal', zei ze. En ze heeft
natuurlijk gelijk.
Precies op het tijdstip dat ik de
deurbel verwacht, gaat de tele
foon.
'Met Esther Hartsinclt'. Oh nee,
denk ik. Ze zal toch niet afzeg
gen.
'Ik kom wat later. Is dat goed?'
'Ja hoor', antwoord ik opgelucht.
Een half uur later staat Esther
(1971) voor me. Een lange,
slanke, jonge vrouw. Ze ziet er
goed uit. Haar donkere uiterlijk
verraadt ander bloed, maar niet
direct Indisch. 'Ik kon even niet
weg', verontschuldigt ze zich.
'Een paar rotjocliies uit de buurt
waren met stenen aan het gooien
vanaf de overkant van de vijver.
Wie hebben een kras op het raam.
Mijn vader was zo boos dat ik
het beter vond om even thuis te
blijven'.
De Indische vader van Esther.
De rode draad door haar ver
haal. Als een spraakwaterval
stort ze haar woorden in de
diepte. Nog voor ik koffie heb
ingeschonken, begint Esther te
spuien, in een onnavolgbaar
tempo.
NerveusEen beetje denk ik.
Gesplitste opvoeding
Ik ben Esther Hartsinck. Ik kom uit een
gezin met een Hollandse moeder (uit
Rotterdam), een Indische vader en een
drie jaar oudere broer. Mijn broer woont
reeds geruime tijd samen. Ik heb ook een
tijdje zelfstandig gewoond, maar ben nu
weer bij mijn ouders thuis.
Mijn vader is in Sigli geboren in Atjeh.
In de bersiaptijd is hij samen met zijn
broertjes en mijn opa naar Nederland
vertrokken. Met de boot. I lij was toen
dertien jaar. Mijn Indische oma is daar
achtergebleven met twee halfzusjes en
twee halfbroertjes. Zelfheeft mijn vader
niet in een kamp gezeten. Opa wel. Die
werd beschouwd als een politiek gevange
ne en is gemarteld. Het gezin viel daarom
uit elkaar en is gedwongen en verdeeld
gerepatrieerd.
Ze gingen in Enschede wonen. Mijn vader
heeft vaak verteld dat het een erg moei
lijke tijd was. Ze werden totaal niet geac
cepteerd. Op school kwam hij in een klas
te zitten met kinderen die veel jonger
waren dan hij. Hij voelde zich absoluut
niet Hollands en wilde eigenlijk ook niet
naar Nederland. Die ervaringen zitten
hem nog steeds dwars. Gelukkig praat hij
er wel over. Vooral met mij. Ook is hij
bezig een boek te schrijven. Zijn levens
verhaal.
Doordat mijn beide ouders zich een
bepaalde periode met mijn opvoeding
hebben beziggehouden, heb ik zowel
Hollandse als Indische kenmerken.
Mijn vader is autoritair en heel erg
prestatiegericht. Hij hamerde erop om op
school goed mijn best te doen. Opleiding
is belangrijk. Als ik op school goed
presteerde, kon alles. Dan mocht ik 's
avonds weg en in het weekend uit. Waren
mijn cijfers minder, dan moest ik naar
mijn kamer. Huiswerk maken. In mijn
puberteit is dat vaak genoeg gebeurd.
In vergelijking met de Hollandse vaders
van mijn vriendjes en vriendinnetjes was
hij behoorlijk streng. Ik mocht niet met
een kort rokje de straat op. Of met een
superstrakke broek. Ook niet als ik zwaar
opgemaakt was. Dan commandeerde hij
me naar boven en moest ik iets anders
aan gaan doen. Toch ben ik altijd gek op
hem geweest.
Nu trek ik iets meer naar moeder - ook
een schat van een mens, hoor - maar dat
heeft met mijn leeftijd te maken. Denk ik.
Als ik de sfeer in Hollandse en Indische
gezinnen vergelijk, zie ik best wel ver
schillen. Bij mijn Indische familie ruikt
het anders. Lekkerder, vertrouwder
misschien. Er wordt veel gekookt. Als je
bezoek krijgt is het normaal dat je wat
bijzonders kookt. Dat doe ik ook en
bovendien vind ik het leuk om te doen -
het Indisch koken heb ik trouwens van
mijn vader geleerd. Er is altijd eten in
overvloed, ledereen schept op en neemt
12