Ted en Yvonne Abbink uit Fallbrook, Californië moessQn Het leven na Indië: In het juli/augustusnummer verscheen het eerste verhaal uit de reeks 'Het leven na Indië', een serie waarin u ons vertelt over hoe het u vergaan is na het vertrek uit Indonesië. Want hoewel het leven in Indië boeiend blijft, ook voor diegenen die het niet zelf hebben meegemaakt, is het leven dat u hier in Nederland of elders in de wereld heeft opgebouwd, net zo interessant. Was het vorige keer een Indische Oma in Groningen, nu is het woord aan een Indische Opa in Californië. Teddy Abbink is terug gegaan naar Indonesië, om nog eenmaal het paradijs waar hij geboren en getogen is, waar hij veertig jaar lang leefde en woonde te zien en al die onvergetelijke plekjes op te zoeken. Maar ook om de sfeer van Indië te delen met zijn echtgenote, die wel veel over Indië had gehoord en gelezen, maar er nog nooit was geweest. Romantische grammofoonmuziek Ik bezocht de Lagere School 1B aan de Schoolweg in Bandoeng. Het riviertje stroomt er nog net als voorheen en de karet-boom, waarvan we de getah op een blad lieten drogen om er daarna een rubber bal van te maken, pronkt er nog net zo als toen. Ik liep langs de palen aan de galerij waar ik meer dan eens voor straf moest zitten: ze staan er nog net zo, alsof de tijd heeft stilgestaan. Zelfs de school banken met een groot gat voor de inktpot stonden er nog! Ik heb ook de vakantieplekjes opgezocht, hoog in het Tengergebergte in Oost-lava, lava Hills Drive, geflankeerd door kleurrijke bougainvilles en cypressen. ten noorden van Lawang, het dorpje heel Nongkodjadjar, waar we jaren achter elkaar als kind met onze getrouwde broers en zusters op vakantie waren. De waterval len opgezocht, die er nog net zo stroom den als toen. Langs hetzelfde paadje gelopen dat leidt naar de bodem van het ravijn, waar een beekje stroomde en waar we voorheen onder de ijskoude pantjoran in ons nakie baadden. Ik heb bij dezelfde waterval gezeten waar ik ooit eens met een meisje was. Bij die speciale gelegen heid had ik een His Master's Voice hand grammofoon meegenomen om met lieve grammofoonmuziek het romantische nog meer op te voeren. Helaas liepen mijn plannen op niets uit, omdat het vallende water alle grammofoonmuziek volkomen overstemde. Ik heb over dezelfde kampongweg van toen gelopen naar een grote waringin, waaronder we vroeger bij avond tussen de graven - en gifslangen - lagen, wachtende op neerstrijkende kalongs. Die werden dan met behulp van een zoeklicht uit de hoge boom geschoten, waarvan onze moeder heerlijke peniki maakte. Lliteraard heb ik de plek opgezocht waar mijn vader heel plotseling na een beroerte overleed. Verder de laatste rustplaatsen bezocht van familieleden, die geplunderd waren, maar nu weer zijn gerestaureerd. Kortom, mijn leven in dat paradijs, dat toen Indië heette, van de wieg tot aan het vertrek in 1957, heb ik opnieuw beleefd! Vorig jaar konden mijn vrouw en ik gratis naar Indonesië vliegen, maar iets hield me tegen. Na een lange overweging zei ik tot mezelf: Ach, het hoeft niet meer. Ik hoef al die mooie plekjes niet nog eens te zien. Niet opnieuw heimwee lijden. Het is en het blijft voorbij, dat mooie verleden. Afgelopen! We moeten verder en niet stil staan. 26

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1996 | | pagina 28