Het zwaard
Verbinding
ORIENT TRAVEL
w
Bondowoso, maart 1941. De regentijd was
afgelopen, de spelletjes werden opgebor
gen en we konden weer buiten gaan spe
len. De riddertijd brak aan.
We speelden middeleeuwse belegeringen
en episoden uit de kruistochten zoals we
in de geschiedenisles hadden geleerd.
Van karton en touwtjes knutselden we
harnassen en schilden waar we met water
verf kruisen, Franse lelies of leeuwen op
schilderden. De zwaarden maakten we van
kistjeshout of bamboe, 's Middags na het
verplichte middagdutje begon het spel
met een verkleedpartij. Eerst naar de rom-
melgoedang. Helaas, die was op slot.
Wie zou de sleutel hebben, de djongos
misschien? Deze was binnen aan het ve
gen. 'Djongos mana koenci dari goedang?
(Djongos waar is de sleutel van de schuur.)
'Boeat apa njo?' (waarvoor jongens) wilde
hij weten. 'Ah, main main saja.' (Alleen
om te spelen.) Hij gaf ons de sleutel.
De goedang was een ware schatkamer.
Er lagen oude kleren, gordijnen, koffers,
kostuums van een bal costumé en nog
veel meer. Mijn oog viel op een groot wit
gordijn waar een bloemmotief in zat.
'Hé Johnny, moet je zien, een mantel voor
een kruisridder. Als je het doormidden
scheurt genoeg voor ons tweeën. Heb je
ergens rode verf, dan schilderen we er een
kruis op.'
'Ja, mijn vader heeft nog een pot menie!'
'Ajoh, halen!'
Ondertussen hadden de meisjes een wit-
met-gouden avondjurk gevonden en een
rode rok met witte blouse. Ze trokken ze
meteen aan al waren ze veel te groot.
De rokken sleepten over de grond. Maar
dat was juist net echt, ze moesten toch
jonkvrouwen voorstellen! Aangestoken
door ons enthousiasme waren de andere
jongens ook gordijnen gaan zoeken.
Ze vonden een donkerblauw exemplaar.
Ze wilden het al terugleggen toen Henk
ineens zei: 'Hé, dat is goed voor de zwarte
ridders. We kunnen er lelie's op schilde
ren. Na een half uurtje waren we klaar.
De meisjes hadden de rokken met een
centuur om hun middel gebonden en een
hoed opgezet. De jongens hun mantels
met een touw om de hals bevestigd, zodat
het, net echt, over hun kartonnen harnas
sen heen golfde. We schreden met ons
gevolg aan jonkvrouwen over de emper
waar we kokki tegenkwamen. 'Ah tobat,
ini anak nakal betoel!' (Hemeltje, wat zijn
die kinderen stout.) Maar ze glimlachte
erbij, zodat we van die kant geen gevaar
liepen voor klikken. De groep splitste zich
en de zwarte ridders sommeerden ons
kruisridders op hoge toon dat wij voor
hen opzij moesten gaan. Dat was onze eer
te na. We trokken onze zwaarden en on
der luid krijgsgeschreeuw: 'Van Bouillon!,
Leeuwenhart!' mepten we op elkaar in.
Zwaarden kletsten op schilden, stukken
karton vlogen in het rond! De meisjes
dropen na korte tijd af, dat vechten von
den ze toch niks an!
Ik had de sopir (chauffeur van mijn vader)
gevraagd of hij niet een mooi zwaard voor
mij kon maken. Hij had al meer dingen
uit hout voor mij gesneden en mijn ver
trouwen in zijn kunnen was onbegrensd!
Ik liet hem allerlei afbeeldingen van
ridders en zwaarden zien. Hij knikte dat
hij het begrepen had. De volgende dag
vroeg ik meteen of het al klaar was.
'Nee nog niet,' was het antwoord. 'Besok'
(morgen). Een dag wachten, weer de
vraag. 'Ah beloen sinjo, koerang tempo!'
(Nog niet jongen, geen tijd.) Dag na dag
verstreek, nog steeds geen zwaard en de
riddertijd begon te verlopen. En toen...
eindelijk... met een trots gebaar overhan
digde hij mij zijn werkstuk... een krom
zwaard, schitterend gesneden uit één stuk
hout. Het zwaard van de Saracenen, de
vijand... helemaal geen ridderzwaard!
Ik voelde mij diep teleurgesteld, daar had
ik nu zo lang op gewacht en mij wonder
baarlijke voorstellingen van gemaakt!
En toch... het was mooi, erg mooi. Ik keek
op naar de sopir... over zijn anders zo
onbewogen gezicht speelde een glimlach.
Ik nam het aan... één hand aan het gevest,
de andere aan het lemmet...
'Bagoes, bagoes betoel, terima kasih
banjak, sopir!' (Mooi, erg mooi, dank je
wel chauffeur.)
Hans van Heil
Wandelend in het land
van twee culturen
zie ik de regenboog
zijn kleuren verspreiden
grensverleggende boog
voert mij mee
naar ongekende ruimte
ik verander steeds
ik groei met de kleuren mee
naar links
naar rechts
de hoogte in
om te vliegen
op nieuwe ivoorden
vernieuwde gedachten
ik spreek de taal
van binnen en
van buiten
verbind oost naar west
west naar oost
deze twee in mij verweven
componeren
een nieuw lied
Eddy Lie
(Uit de bundel Lijn 26, verschenen bij
uitgeverij Opwenteling)
Te koop gevraagd:
oude Indonesische weefsels,
houtsnijwerken en schilderstuk
ken van goede kwaliteit.
Snelle contante afwikkeling.
B. Driessen, tel. 026 - 4430436/
fax 026 - 4420717.
RETOUR BANGKOK v.a.
RETOUR JAKARTA v.a.
RETOUR BALI v.a.
RETOUR DELHI v.a.
RETOUR AUSTRALIË v.a.
935,-
1356,-
1559,-
1090,-
1299,-
Singel 486 - 1017 AW AMSTERDAM
Tel. 020 - 623 74 84
ANVR
;cr
Laan van Meerdervoort 291 - DEN HAAG
Tel. 070 - 361 50 78
41ste jaargang nummer 5 november 1996
7