leggen. Zelfs een Hollander als ik, voelt in
die muziek de weemoed en het verlangen
naar Indië. Soms krijg ik daar kippenvel
van. Het is een stuk Indische cultuur.
Daarom vind ik het belangrijk dat de ge
gevens over deze musici worden verza
meld en vastgelegd. Niet alleen voor de
mensen van deze tijd, maar ook voor de
volgende generaties.
Er zijn honderden Indische Hawaiian-
bands geweest. Op de afgelopen Pasar
Malam Besar heb ik - samen met Gerard
Hoffmann, Dries Hess en Henk Braaksma -
een programma gepresenteerd over beken
de en onbekende Hawaiianmuziek van
Indische musici. Tijdens dit programma
mocht het publiek vragen stellen. Daaruit
bleek dat het merendeel slechts bekend is
met een select aantal groepen zoals: The
Royal Hawaiian Minstrels, The Hawaiian
Little Boys, The Hawaiian Big Boys en The
Hawaiian Syncopaters. Daarna houdt het
op. Aanvankelijk was ik daar verbaasd
over. Later heb ik me gerealiseerd dat de
enorme afstanden op de archipel en de
communicatie- en mediatechnieken in die
tijd daar de oorzaak van zijn.
Mijn onderzoek strekt zich uit over de pe
riode van 1930 tot en met begin jaren ze
stig. Van die honderden groepen wil ik er
ongeveer vierhonderd boven tafel krijgen.
Het Pasarpubliek was enthousiast over dit
initiatief. Dat heb ik ook nodig. Instanties
als het ICC en het IWI hebben mij niet
verder kunnen helpen. Daarom doe ik een
beroep op Moesson en haar lezers.'
Gerrit haalt het eerste foto-album tevoor
schijn en is niet meer te stuiten. Prachtige
zwartwit foto's met onderschrift worden
voorgeschoteld. Tientallen exotische na
men met bezettingen, jaartallen en muziek
stukken rollen van zijn tong. Even later
lopen we op de bovenverdieping waar
Gerrit kantoor houdt. Twee levensgrote
poppen kijken me glimlachend aan; com
pleet met pruik, /uda-rokje en bloemen
krans. De bloemenkransen zijn van echte
zijde, kunstwerken van de hand van zijn
vrouw. Platenverzamelingen, nog meer
foto-boeken, video's, affiches... De hang
mappen in de kasten verraden het oude
beroep van Gerrit; archivaris. Alles is syste
matisch gerangschikt en voorzien van eti
ketten. Als we weer beneden zijn, zet
Gerrit een opname van George de Fretes
op ('Mijn lief Java') en serveert zijn vrouw
Lolita zelfgemaakte hapjes.
Lolita de Caluwe komt uit Bandoeng en is
op achttienjarige leeftijd met de Sibajak
naar Nederland vertrokken. Ze dacht met
haar vertrek de Indische Hawaiianmuziek
te hebben achtergelaten. Totdat ze Gerrit
ontmoette.
Met welke gegevens zouden Moesson-lezers
jou kunnen helpen1
'Allerlei informatie in de meest brede zin:
namen van bands en bandleden, foto's,
krantenknipsels, affiches, programma's,
maar ook waar de band speelde en welke
soort muziek: was dat alleen Hawaiian
muziek of speelde men ook country of
krontjong?
Ook zou ik graag adressen willen hebben
van oud-Hawaiianmusici en van mensen
die daar over geschreven hebben, zoals de
heren Victor Tobing (Sweet lava Islan
ders), Bram Titaly (ook wel Bram Atjeh
genoemd, van The Hawaiian Enlargers),
Willy Pesik (The Aloha Players), Charley
Overbeek Bloem, Han de Ceuninck van
Capelle en de heer Zwartjes.
Ik zou de lezers bijzonder dankbaar zijn
als ze reageerden.
Uiteraard ben ik ook geïnteresseerd in
grammofoonplaten en bandopnames.
Als mensen hun platen niet
willen afstaan, kan ik dat
natuurlijk begrijpen.
Maar met een opname op
cassette ben ik ook al ver
guld. De kwaliteit van de
opname is voor mij niet het
belangrijkste. Ik heb zelf 78-
toeren platen die kwalitatief
niet vergelijkbaar zijn met
de technieken van nu.
Maar dat hoort nu eenmaal
bij die tijd. Ik heb meerma
len van oudere Indische
mensen gehoord dat men
vroeger naar Amerikaanse
zenders luisterde om van
Hawaiianmuziek te kunnen
genieten. Men ging ook uit.
Dansen op muziek van In
dische Hawaiianbands.
Iedereen had wel een fami
lielid, vriend of kennis die
in een Indische Hawaiian-
band speelde. Er moet dus
nog een hoop waardevol
materiaal zijn voor mijn onderzoek. Op
die manier hoop ik uiteindelijk al die ge
gevens te kunnen bundelen en - eventueel
in boekvorm - te kunnen uitbrengen.'
Men kan ook donateur worden van de stich
ting. Wat kost dat en wat krijgt men daar
voor i
'Een donateurschap bedraagt momenteel
twintig gulden per jaar. Maar men mag
ook meer bijdragen. Daarvoor krijgt men
elk kwartaal ons magazine Spirit of Aloha,
waarin verslagen staan van evenementen,
artikelen, rubrieken over cd's, cassettes en
tijdschriften, data van dans- en muziek-
voorstellingen, noem maar op. Daarnaast
maken we (voor privé-gebruik) op verzoek
opnames op cassette van muziek die niet
in de handel verkrijgbaar is. Daarvoor
hoeft men alleen de kosten van de cassette
en de verzendkosten te betalen. Als Moes
son-lezers mij om een dergelijke opname
zouden vragen dan verzorg ik dat graag,
ook al zijn ze geen donateur.
Verder houden we jaarlijks een promotie
dag (in 1998 op Tweede Paasdag in Heer-
hugowaard) met veertien bands, vier dans
groepen en een Indische keuken.
Natuurlijk doe ik dit werk niet alleen,
maar samen met de overige bestuursleden.
Dat moet je wel vermelden. We doen het
samen. Het kost ontzettend veel tijd, maar
dat heb ik er graag voor over. Gelukkig dat
Lolita achter mijn werk staat, anders zou
het een onmogelijke opgave zijn.'
Ons gesprek is ten einde. Gerrit zet een
'fijne' (zoals hij dat noemt) opname op
en Lolita schenkt een drankje in. Zijn
werkdag zit er op. Vanmorgen was hij al
om half zes uit de veren om voor de stich
ting op pad te gaan. Morgen zal hij weer
om negen uur achter zijn bureau zitten
om correspondentie te beantwoorden en
te werken aan zijn archief. Een passie die
bewondering verdient.
Riny Boeijen
Het adres van Gerrit Venema luidt:
Wijkerstraatweg 272, 1951 EN
Velsen-Noord, tel. 0251 - 22 85 97
42ste jaargang nummer 7 januari 1998
27