Vroege herinneringen moessQn Het was lang na de oorlog dat ik een keer met mijn moeder zat te praten over tempo doeloe: Ik vertelde haar dat ik mij goed herinnerde dat Jetty (mijn oudste zus) en ik in een tandoe zaten en dat Wim op een paardje naast ons reed. Ik had geslapen en werd wakker omdat iemand zei: 'We zijn er!' Voor mij zag ik de witte huisjes van een kampong en het was goed heet. Voor zover ik mij kon herinneren, reden vader en moeder allebei ook op paarden, maar dat wist ik niet meer zeker. Stom verbaasd had moeder mijn relaas aangehoord. 'Dat kun jij je helemaal niet herinneren!' reageerde ze. 'Waarom niet?' was mijn wedervraag. 'loh, dat was toen wij in 1925 op Bandoeroto aankwamen en toen was jij net twee jaar.' 'la maar, lieve moeder, ik zie het zo duide lijk voor me dat ik het wel uit kan tekenen.' Ik kon mij niet helemaal herinneren wat er vervolgens gebeurde. De combinatie van plotseling wakker worden en het bij zondere dat we op de plaats van bestem ming aan kwamen, maakte dat die situatie zo scherp in mijn geheugen was blijven zitten. Dat die gebeurtenis het begin zou worden van precies tien jaar onverge telijke jeugd wist ik toen uiteraard niet. De eerste jaren brachten we door in de sienderan. Vader was eerste employé. De toenmalige administrateur was de heer Hügenholtz. Voorzover ik mij kan herinneren, hadden hij en zijn vrouw geen kinderen. Mijn neef Bauke Alkema (twee jaar ouder dan ik) die met zijn ouders en broertje Piet bij ons logeerde bracht op eigen houtje een bezoek aan mevrouw Hügenholtz. Die had kennelijk schik in het parmantige kereltje en dacht hem een groot plezier te kunnen doen. 'Kom jij eens even met mij mee, dan heb ik wat moois voor je.' Dat was niet tegen dovemansoren gezegd. Dus Bauke nieuws gierig achter haar aan, naar een grote, deftige kast. De deur ging open en na even zoeken haalde mevrouw er een sta peltje ansichtkaarten uit. 'lij mag een hele mooie kaart uitzoeken.' Bauke, met de handen op de rug, bekeek ze vluchtig. Met een afkeurende blik in zijn ogen was zijn reactie: 'Nee dank u, ik heb thuis rommel genoeg!' Oei, en dat bij de vrouw van de baas van je oom! Geluk kig heeft dit voorval geen nadelige gevol gen gehad voor de carrière van mijn vader, maar een beetje pijnlijk was het wel. 1 loe mevrouw Hügenholtz er op gerea geerd heeft, is mij niet bekend. Wat ik nog wel heel goed weet is het mis bruik dat ik heb gemaakt van een prachtig Sinterklaascadeau. Het moet op of vlak na het feest van de Goedheiligman zijn ge weest, dat mijn zus iets deed wat mij niet aanstond. Misschien dacht ze wel haar kleine broertje tot de orde te moeten roe pen of zoiets. In ieder geval stond het dat kleine 'lieve' knulletje niet aan. Die pakte zijn pas ver kregen houten stokpaard, haalde er flink mee uit en raakte zijn toegewijde zus met de kop tegen haar hoofd. Jetty brullen! Het stokpaard voortijdig onthoofd en ik...? Ik heb nooit meer een stokpaard be zeten. Gelukkig heeft mijn zus me mijn misdaad intussen vergeven. Ik meen te mogen stellen dat wij nadien over het algemeen zelfs best met elkaar overweg konden. Jetty is, naar moeder me eens vertelde, op een haartje na aan een ramp ontsnapt. Het was in de sienderan dat zij op een vroege morgen wakker genoeg was om haar bedje uit te komen en op inspectie uit te gaan. Vader en moeder lagen nog in bed toen zij hun dochtertje vanuit de eet kamer enthousiast 'kodok, kodok' hoor den roepen. Wat? Een kikker in de eetka mer? Dat kon toch niet? Zij het bed uit om te kijken wat Jetty voor een kikker aanzag. Ze schrokken zich een hoedje toen zij ontdekten dat onder de kast een levende cobra lag verscholen. Terwijl Jetty 'kodok, kodok' roepend naar de kast liep, kwam het dier overeind met zijn kraag opgezet in aanvalshouding. Met een snelle greep wist moeder Jetty te redden, waarna vader met het ondier afre kende. Geen wonder dat moeder zo'n af keer van slangen had. Ze dacht ze zelfs te voelen als er een in de buurt was. Mijn moeder vertelde eens over een nare ervaring, waarvan ik mijzelf gelukkig niets kan herinneren. Zo jong als ik was, zocht ik het al hogerop, niet figuurlijk maar let terlijk. 24 "i v". i >f;*. ':ï-*a&<XA

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1998 | | pagina 24