Chinese optochten,
een jeugdherinnering
Jaren terug, dat was in februari '89, keek ik eens met plezier
naar een documentaire op de tv over de nieuwjaarsviering in
het huidige China (dat was in het vroegere Nederlands-lndië
Tjap Go Meh). Ik herinnerde mij het geknal en geknetter van
het vuurwerk, de mertjons en de zwaardere rèntèngans of
golongans, het pittige Chinese vuurwerk in rollen.
De taferelen op de tv kwamen me zó vertrouwd voor.
Vlak tegenover mijn ouderlijk
huis op Kramat in Batavia
stond een rijtje Chinese wa
rongs. In februari vierden, hoewel niet
zo uitbundig en lawaaierig als in China
maar wel met veel geknal, onze Chine
se overburen ook hun nieuwjaar.
Als buren en vaste klanten, ook van
onze langganan (vaste leverancier)
Miauw Seng op Salemba, kregen wij
gastvrij specifiek Chinese versnaperin
gen toegestuurd, zoals die platte koe
ken met hartige of zoete bonenvulling,
kwee randjang en tangkwé (geconfijte
meloen).
Ik raakte als kind helemaal opgewon
den als de lampion- en barong-sai-
optochten langs begonnen te komen.
De route ging langs Kramat en Senen
en eindigde in de Chinese wijk Glodok
in de benedenstad van Batavia. Al van
heel ver was het schelle geschetter van
de kleine Chinese trompetjes te horen
(ik las eens dat dat geluid in de Kore
aanse oorlog de Amerikaanse soldaten
de stuipen op het lijf joeg!), het dofhese
tromgeroffel en het doordringende ge
klingel van cymbalen klonken er door
heen. Ik was behoorlijk bang voor de
beweeglijke en vervaarlijk uitziende
leang-leong draken en leeuwenkoppen
die voor de stoet uit dansten en rond
sprongen, alles in veel rood, goud en
glitter.
We mochten opblijven tot de laatste
barong-sai was gepasseerd.
Geregeld kwamen op Kramat ook Chi
nese begrafenisstoeten langs ons huis.
Even luidruchtig maar dan zonder
barong-sai, wel met een schitterend
versierde en van goud glitterende baar
en doodskist, onder een baldakijn, ge
volgd door de muziek en een rij schel
jammerende klaagvrouwen, gehuld in
kain bladjoe gewaden met capuchon.
Mijn fantasie sloeg op hol, ik dacht
nog lang dat de dode wel een heel rijke
en belangrijke Chinees moest zijn ge
weest met zoveel om hem treurende
vrouwen. Raakte even in de war omdat
ik eens had opgevangen dat ergens in
het Oosten (India, Bali) weduwen wer
den mee verbrand. Deze witte, jamme
rende vrouwen dus ook? Tot mij werd
uitgelegd dat ze gehuurde klaagvrouwen
waren om de overledene te zijner meer
dere glorie luidkeels te bewenen.
Hun tranen zouden worden opgewekt
door gesneden uien, werd mij verteld.
Einde van een illusie.
Een paar jaar voor de oorlog gingen een
neef en nicht van me met hun nog
jonge kinderen met Europees verlof
naar Holland. Prinsjesdag leek een
unieke kans om de kinderen te laten
kennismaken met de gouden koets en
onze koningin, zoiets zouden veel Indi
sche kinderen immers nooit meema
ken? Ze genoten volop van het spekta
kel in Den Haag, van de koets met
Willemientje en Juliaantje', voorafge
gaan door bepluimde en prachtig gekle
de huzaren (van Boreel?) op hun grote,
mooie paarden, en de Koninklijke
Militaire Kapel die opwekkende mars
muziek speelde. Toen de optocht voor
bij was, slaakte het jongste meisje vol
daan een diepe zucht: Mooi ja mam,
tjina mati!' Tableau!
Wat waren we bevoorrechte kinderen
die al spelenderwijs kennis maakten
met zo'n mengelmoes van culturen,
tradities en gewoonten zonder daarvoor
over de grens te moeten gaan.
Vertrouwd raken met zowel het Neder
landse Sinterklaas- en Kerstfeest als de
Indische oude jaarsviering, Chinese
Tjap Go Meh, Mohammedaanse
besnijdenis- en bruiloftsfeesten en ritu
elen zoals sedekah's. En ónze kinderen
leerden weer de Papoea's in Nieuw-
Guinea en hün gewoonten kennen.
Ik hoef niet meer op reis, heb al menig
plekje op deze wereldbol verkend en le
ren kennen. Dus maar rustig thuis
blijven en niet elke keer weer te moe
ten opboksen tegen mijn vliegangst
met zenuwuitslag. Kan nu voor reizen
in kleur op de tv terecht terwijl ik lek
ker in mijn eigen bed temidden van
vertrouwde spulletjes mag blijven.
Een moment, even voor mezelf: zoete
herinneringen en belevenissen trekken
in een bonte en kleurrijke optocht aan
mijn geestesoog voorbij. Heerlijk!
State-of-the-art Jamu
Tekst: Tijn Timmermans
(Advertentie)
voor lichamelijk en geestelijk welzijn
èn financiële onafhankelijkheid
Despatis
email: despatis@tip.nl
phone: +3 I (0)36 - 532 93 09^
fax/voicemail: 31 (0)36 - 549 01 70
43ste jaargang - nummer 3 - september I 998