Molukse grootouders Indonesische vruchtenverhalen van Frank Neyndorff Radja Tan ja door Brigitte Ruskin In Radja Tanja reist Lex, de zoon van Sam Tanja, vanuit Leiden naar Jakarta voor de laatste rite in de rouw om zijn vader. Lex wordt opge wacht door zijn neef Wim, die in Bogor woont. Samen ondernemen ze de tocht naar het kleine eiland Sawu. In haar nieuwe boek vertelt Brigitte Raskin een verhaal over saamhorigheid en ont binding, over trots en verne dering, over liefde en afwij zing. Van Halewijck/Balans: 175 pagina's (paperback) prijs 29,50 In Meer dan een verhaal... zijn herinneringen van elf auteurs aan hun Molukse grootouders gebundeld. Grootouders vormen voor de jongere generaties een on misbare schakel tussen Nederland en het leven op de Molukken. 'Voor zover de verhalen zich in Nederland afspelen,' aldus Wim Manuhutu in zijn inlei ding, 'is daar altijd de schaduw van het land van herkomst, de Molukken, die op een of andere wijze een rol speelt.' Meer dan een verhaal... telt 51 pagina's en u leunt de bundel bestel len door 15,00 plus 3,20 verzendkosten over te maken op giro nr. 463548 t.n.v. Wies van Groningen, Utrecht. Er zijn twee redenen waarom Frank Neyndorff schrijft. A. Als hij zich verveelt, schrijft hij. B. Als hij schrijft, verveelt hij zich niet. Deze motivatie hebben toch maar zes boeken in vier jaar tijds opgeleverd. Van moeilijke uitgevers heeft hij geen last, want hij geeft zijn boeken zelf uit en met een aardige drukker - de NDR in Den Haag die hem aanvoelt - is Franks verveling een zinvol tijdverdrijf. Zijn zesde (en voorlopig) laatste boek gaat over Indische vruchten. Niet al te veel biologie (heel verstandig, moeten we echt maar aan dr. Max van Balgooy overlaten), veel hoe en waarom en wat gezellig is voor de Indische en niet- Indische lezers, wat legendes en don- gengans erbij. Waar of niet waar, as maar geef geluid. Zo kwam ik niet meer bij om het op roodkapje en de wolf geïnspireerde sprookje over de doerian. Waar Frank het vandaan heeft gehaald - Joost mag het weten. Intussen heeft hij wel we ken doorgebracht in de Koninklijke Bibliotheek om wat naslagwerk te verrichten. Ik geloof het best, blijft toch de vraag wat en hoe je naslaat of misschien ook misslaat. Belangrijk: schitterende foto's, de meesten van Jan Soullié. Door die foto's alleen al is het boekje de moeite waard. Elke groentenwinkel waar de groentenman af en toe ook een paar losten tropisch fruit inkoopt, zou Franks boekje moeten hebben. Weet wat je koopt en verkoopt. Hoorde eens een dame bij een bak ramboetans zeggen: 'Hoe zou je die in vredesnaam moeten eten?' Ik had willen zeggen: 'Gewoon met uw mond.' Maar dan had ik toch wel moeten voordoen hoe je zo'n ramboetan moet schillen. Weet u waar ik altijd over gepiekerd heb? Floe komt het dat Europese vruchten zo makkelijk met schil en al te eten zijn en de tropische vruchten bijna allemaal onmogelijk ongeschild te verorberen zijn. Meesterlijk bedacht van moeder natuur, hard to get, tastes best. Neem de doerian, de nangka, de salalc. Is dat biologisch te verklaren, mijnheer Van Balgooy? Ben erg benieuwd. Hoe of wat, Frank Neyndorff heeft het weer voor elkaar. Hij loopt stad en land af om zijn boeken te verkopen, maar bij Van Stockum onder andere, kunt u ook terecht. Lilian Ducelle Indonesische vruchtenverhalen door Frank Neyndorff Eigen beheer: 244 pag. (paperback) prijs 37,50 43ste jaargang - nummer 3 - september 1998 47 BRIGITTE RASKI N

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1998 | | pagina 47