Dat zovelen zich het lot van Ambon aantrekken, doet ondanks alle verdriet veel deugd Soeharto, ging niet aan Ambon voorbij. Vele Molukkers uit Nederland kregen telefoontjes en brieven van familie leden die vertelden over de moeilijke omstandigheden waarin ze verkeerden. Provocateurs Toen in november van het vorig jaar een aantal Molukse bewakers van een casino in Ketapang in Jakarta op gruwelijke wijze door een menigte werden vermoord, bestond al de angst dat het geweld zou overslaan naar Ambon. Gouverneur Latuconsina riep direct de leiders van de protestantse, katholieke en islamitische gemeen schap bijeen om een gezamenlijke oproep tot kalmte aan de bevolking van de Molukken te doen. Dat leek tot 19 januari te werken. Na de eerste verbijstering kwamen de vragen. Hoe kon een onbeduidend incident tussen een christelijke bus chauffeur en een islamitische passagier zo snel uitgroeien tot massale vecht partijen waarbij ook kerken en mos keeën het doelwit van geweld waren? Had zich hetzelfde niet ook al op andere plaatsen voorgedaan? Het is niet vreemd dat al snel werd gesproken over provocateurs: mensen die naar Ambon waren gestuurd om onrust te veroorzaken om zo in heel Indonesië een toestand van chaos en anarchie tot stand te brengen. Ook de opperbevelhebber van het Indonesische leger, generaal Wiranto, sprak van provocateurs die opgepakt en berecht moesten worden. Naast verbijstering en vragen, over heerst binnen de Molukse gemeenschap in Nederland bezorgdheid over het lot van familie. Nog nooit zal zoveel met Ambon zijn gebeld. Het uitvallen van telefoonverbindingen en berichten dat het vliegveld van Ambon was afgesloten, maakten het er allemaal niet beter op. Dat gold helemaal voor familieleden van de tientallen vakantiegangers die zich op dat moment in de Molukken bevonden. Als gevolg van de sluiting van het vliegveld en de gevechten was evacuatie immers niet mogelijk. Uiteindelijk kon deze evacuatie pas na enkele weken geschieden. Oorlogstaferelen Toen eind januari de eerste televisie beelden uit Ambon beschikbaar kwa men, werd de schaal van de verwoes tingen pas goed duidelijk. Bij ouderen maakte het zien van die beelden de herinnering aan het Ambon van vlak na de oorlog los. Als gevolg van Ameri kaanse bombardementen lagen ook toen hele blokken in puin. De beelden van duizenden ontheemden en met allerlei slag- en steekwapens uitgeruste menigten op straat riepen bij menigeen herinneringen aan de bersiap-tijd op. De geruststellende mededeling van of ficiële zijde dat de situatie na een week van gevechten weer onder controle was, werd dan ook met scepsis ontvangen. De berichten van familie en vrienden uit Ambon spraken immers andere oude kerk van Hila - die in de acht tiende eeuw tijdens het bewind van gouverneur Van Pleuren was gebouwd en de oudste nog bestaande kerk op Ambon was - in vlammen opging. Op andere plaatsen waren juist weer moslims verjaagd en gedood. Daarbij werd pijnlijk duidelijk dat het niet alleen meer ging om een strijd tussen moslims van buiten en Molukse chris tenen. Christelijke en islamitische buurdorpen waren ook slaags geraakt, met alle gevolgen van dien. Het leger De komst van duizenden soldaten op Ambon maakte geen einde aan het geweld, maar leek de situatie op plaat sen zelfs te verslechteren. Half februari vielen op het eiland Haruku doden als gevolg van schoten van het leger, dat door beide partijen werd beschuldigd partijdig te zijn. Uit de vervanging van legeronderdelen en het sturen van nieuwe troepen uit Java kan worden afgeleid dat die beschuldigingen niet helemaal ongegrond zijn. Het geweld in de stad gaat nog steeds door. Regelmatig zijn er bomaanslagen terwijl elke dag ontvoeringen en moor den plaatsvinden. Het openbare leven ligt voor een belangrijk deel stil en scholen zijn vrijwel allemaal nog gesloten. Ook het economische leven taal. Angst en wantrouwen bepaalden de sfeer in de stad, terwijl langzamer hand duidelijk werd dat het geweld ook buiten Ambon had huisgehouden. In Hila was het christelijk deel van het dorp met geweld verjaagd, waarbij de is grotendeels tot stilstand gekomen, zodat er schaarste is aan de eerste levensbehoeften. Onder de duizenden ontheemden beginnen zich de eerste ziekten te openbaren. Er wordt gezegd dat Ambon-stad Centrum van Ambon-stad 43ste jaargang - nummer 9 - maart I 999

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 11