Siegfried Superman Verhalen van een reisleider I moessOn wie die kleine bacteriën, nicht wahr Renate?' Renate at niet mee, maar genoot uit de tweede hand van dit verdachte feestmaal. Superregen Niets kon de geestdrift van dit stel voor het Verre Oos ten temperen. Wanneer een hevige tropische plensbui iedereen van de wijs bracht, riep Siegfried, terwijl hij zijn video-camera vanuit een plastic laundry-bag hanteerde: 'Ja maar das gehort doch dazu, das ist doch echt super so ein regen, nicht wahr Renate?' En dan zijn kooplust. Zoals zijn maag voortdurend hongerde naar het culinai re experiment, zo hongerden zijn ogen naar oosterse kunst. Op Java werd zijn koffer langzaam maar zeker Nooit, nee nooit zal tourleider Bert hen vergeten: Siegfried Superman en zijn Renate. Pracht stel. Zij, 1.60 meter kort, tenger, blond, geraffineerd kindvrouwtje. Hij, 1.90 meter in het vierkant, kalend, altijd etend en gek op oosterse kunst. Ze kwamen oorspronkelijk uit München, maar woonden al jaren in Wassenaar. Hij was iets hoogs bij Siemens of zo. Zij adoreerde hem zo als een meisje van twaalf haar grote herdershond; trots als een nauwelijks uitgesproken bevel werd uitgevoerd. Hij adoreerde haar nog meer en vond alles super of excellent, maar vooral super gebruikte hij graag. De reis was voor dit echtpaar één aaneenschakeling van genietingen. Hij genoot van Bangkok en zette zijn waardering om in een prachtige ring met een knots van een robijn in oosterse zetting, die hij bij de gems-factory voor Renate kocht. Zij genoot van hem en van de ring die de rest van de reis aan haar smalle hand fonkelde. Bert had al voorzichtig geopperd het sieraad maar in de hotelkluis te laten. Tevergeefs. Siegfried vond het best zo. Ook hij deed riskante dingen. Eens trof Bert hem aan in een onduidelijk straat restaurantje achter een bord vol Thaise heerlijkheden. De strenge toespraak van Bert over de kans op vreselijke darmkwalen werd luchtig weggewuifd door een hand waar in de eetlepel als een dirigeerstokje fungeerde. 'Man moet doch alles probiert haben, und mein lichaam ist doch viel sterker volgepropt met wayang- poppen uit Bandung, zilver uit Yogya en batik uit Solo. Bert die de zaken uit de hand zag lopen en grote problemen bij de douane vreesde, probeerde soms via Renate haar man tot matiging aan te zetten. Niets hielp. Hij kocht, hij at en zij genoot mee. Op Bali werden houtsnijwerk en schil derijen ingeslagen, genoeg voor een compleet museum. Bert wilde nog voorzichtig tussenbeide komen, toen hij Siegfried vol verrukking een levens groot Rangda-masker omhoog zag houden, maar te laat. De koop was gesloten en ook dat omvangrijke ding verdween in de steeds meer uitpuilen de bagage van Superman. Supervrouw vond alles best. Het afscheid van Bali verliep vlekke loos. Hoewel er zeker overgewicht was, werd alles op Ngurah Rai International Airport gelukkig geaccepteerd. Singapore Nu Singapore nog. Daar geen oosterse kunst, dacht Bert. Alleen maar electro- nica en 'echte' Cartiers en Rolexen voor een paar tientjes. Niets voor Superman. Trouwens, je kunt er zeer gevarieerd tafelen: Chinees, Indiaas en de meng vorm van Maleis en Chinees, die 32 Tekst: R. Binkhuijsen

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 32