Vuurtorenwachter op Onrust moessQn Zo, net het februarinummer van Moesson gelezen. Heerlijk! Daarin het artikel over het eiland Onrust en dat heeft helemaal mijn interesse. Mijn schoonvader, A.L.W. Brantz, heeft namelijk als vuurtorenwachter onder meer op Onrust gewerkt en heeft daar later gewoond met zijn vrouw. Ik herinner me enkele verhalen die hij uit die tijd vertelde. De vuurtoren moest hij beklimmen en het licht aansteken. Hoe? Ik weet het niet, het is wel negentig jaar geleden! Er stond één stoel in de toren en eens was hij daar net uit opge staan toen de bliksem insloeg en alleen de stoel verbrandde! Verder waren op het eiland zogenaam de kettinggangers, die konden niet weglopen omdat ze een ijzeren ketting waaraan een ijzeren kogel zat, aan een been vast geklonken kregen. Pa had ook toezicht op het werk dat ze moes ten doen. Wat voor werk? Vragen, die Moesson-lezers kunnen beantwoorden? Nog een verhaal van pa en ma uit die periode. Bewoners van Onrust scheur den bladeren van een bepaalde plant in stukken en gooiden die in zee bij vloed. Als het eb werd lag het strand bezaaid met verdoofde vissen. Die werden in manden gedaan en ver kocht aan bewoners van de eilanden er om heen. Ik ben zeer benieuwd naar het leven van toen! Om de drie maanden mocht mijn schoonvader naar huis, werd hij afge lost. Hij trouwde in Bandoeng, meen ik te weten, en ma ging mee naar Onrust. Zij had altijd last van zeeziekte. Hun eerste kind, een jongen, werd in Bandoeng geboren en kreeg een darm stoornis, maar ja, het werk riep! Het kindje is gestorven en pa maakte zelf een kistje om het op het eiland te begraven. Wat een verdriet! Na de geboorte van een dochter kreeg hij een baan op Java, als pandhuis beheerder. en nu met vrouw en kind op de boot. Zo ongelooflijk spannend: ze moesten 's nachts vertrekken, lopend door de bossen. Geflankeerd door Indonesiërs, die flambouwen droegen om de weg te verlichten, gingen ze naar het strand. Daar zou de grote boot op hen wach ten, maar ze moesten met een kleine boot of prauw naar de grote varen, want het water was niet diep genoeg. Het ergste was dat de golven erg hoog gingen. Toen ze binnen gehoorsafstand waren van de bemanning van de grote boot, schreeuwde de kapitein dat ze het kindje naar hen moesten gooien! Op hoop van zegen. Toen de golf ter hoogte van de reling was, riep de kapitein: 'Gooi!' Pa gooide en de kapitein ving het bundeltje baby op! Toen mama nog. Weer op een gelegenheid wachten opdat zij de touwladder kon pakken. In ieder geval, zij hebben het overleefd en nog tien kinderen erbij gekregen. We kunnen niet meer vragen hoe dat allemaal ging en die tijd ligt niet eens zover achter ons Vervolg Peneleh (pagina 28) Het verkrijgen van een nieuw graf op Kembang Kuning was het grootste pro bleem, want ook daar was reeds ruim tegebrek, nog afgezien van de kosten. Mijn vraag aan Verstegen was, of ik als nazaat van mijn overgrootmoeder niet het recht kon laten gelden op een nieuw graf, aangezien het oude mij was ontnomen, omdat er een Chinees graf overheen was gebouwd. Hij zou proberen mij te helpen met de foto's als bewijs, maar kon vanzelfsprekend niets beloven. De vergunningen bij de gemeente Surabaya zou hij eventueel wel kunnen verzorgen en hij gaf mij de verzoelctekst in het Indonesisch (Surat Kuasa) mee. De burgemeester van mijn woonplaats Helmond moest deze eerst ondertekenen. Een tweede rustplaats Ruim twee maanden later zouden op Peneleh de graven van mijn voorouders geopend worden en de stoffelijke resten van hen en de andere familieleden en hekenden in een compleet nieuw graf op Kembang Kuning worden bijgezet. Het was de heer Verstegen gelukt om een nieuw graf toegewezen te krijgen, het verkrijgen van de benodigde ver gunningen was geen probleem. De oorspronkelijke stenen met teksten, van redelijk groot formaat, werden uit de oude graven gebikt en opnieuw in het nieuwe graf ingemetseld. Dankzij de medewerking van de heer en mevrouw Verstegen, thuis in Sura baya en de ambtelijke wereld aldaar, was dit zo snel en netjes mogelijk gemaakt. Dankzij de extreem lage koers van de Rupiah bleken de kosten hiervoor mee te vallen, vooral naar Nederlandse maatstaven. Wie weet zal dit nieuwe graf nog tot ver in de 21ste eeuw blijven bestaan en kan ik ooit nog eens met mijn eigen kinderen het graf bezoeken van hun verre Indische voorouders uit de 19de en 20ste eeuw. Belangstellenden voor Peneleh dienen zich te haasten. De begraafplaats is nu min of meer over geleverd aan wie er nog iets wenst te halen. Ruiming is aangekondigd, voor alsnog is nog niet met de werkzaamhe den begonnen. Peneleh zal de 21ste eeuw nog net halen,- wie had dat 150 jaar geleden gedacht? Diagnostische Handanalyse Ken Uzelf 40 Tekst: A.L. Brantz-Souweine (Advertentie) Hebt u problemen, bent u angstig, neerslachtig, stressgevoelig, twijfelachtig, hebt u een minderwaardigheidscomplex, kortom, zit u niet lekker in uw vel? Neem dan contact op met: C. Bronkhorst, tel. 010 - 458 54 19 of fax 010 - 442 11 19. Consult op afspraak. Door de combinatie van Diagnostische Handlijnkunde (gedachte) met Grafologie (dynamiek/ambitie/heden/verleden/ toekomst) en Kleurdiagnostiek (gevoel), kunnen al deze geheimenissen tot klaarheid komen en krijgt u meer eigenwaarde en een beter zelfbeeld.

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 92