Angst voor onrust Met openbaar vervoer van fakarta naar Bali 26 moessOn Eddy, die half Chinees en Indonesisch is, heeft gelukkig geen schade gehad, maar zegt dat zijn paspoort, geld en papieren gereed liggen om snel te kun nen vertrekken bij nieuwe onlusten. Op het laatste moment besloot Eddy om met mij mee te gaan. Hij moest voor zaken per auto toch mijn kant op en vond het gezellig om samen te reizen. Eddy stopte bij een relatie van hem in het stadje Cisarua. Hij stelde mij voor aan een lange man en diens dochter, een heel mooi meisje van 25 jaar oud. Eddy vertelde dat ze mij graag wilde begeleiden op mijn reis naar Bali en terug. Dan hoefde ik niet alleen te zijn. Ik weet niet of Eddy het serieus bedoelde of dat het een van zijn grapjes was, want Indonesiërs en Chinezen hebben soms een manier van doen die voor mij moeilijk de doorgronden blijft. Met zijn tweeën zijn we nog doorgere den naar Garut, Tasikmalaya, Purwo- kerto en Wonosobo. Hier scheidden onze wegen. Eddy ging terug naar huis en ik ging door naar Dieng om te wandelen op grote hoogte. Mijn wandeling daarboven was prach tig en de uit voorzorg meegenomen dikke trui was die dag niet nodig. Daarna, nu geheel alleen, ging ik ver der naar Semarang om foto's te maken van het voormalige weeshuis van de broeders van Don Bosco. Bij Toko Oen hadden ze een lekker koud pilsje; het is een dependance van de bekende zaak in Malang. In Semarang heb ik een stadswande ling gemaakt, want er staan nog veel fraaie, oude handelsgebouwen uit de Hollandse periode. Vervolgens wilde ik Surabaya bezoeken om foto's te maken van enige reliëfs die door W.O.J. Nieuwenkamp zijn ontworpen. Angst Wachtend op het terras op het perron met een colaatje komt een Chinees meisje naar mij toe dat vraagt of ze bij me mag komen zitten. Nou dat kan, maar ze ziet er angstig uit. Ze is bang vanwege de situatie in Indonesië. De Chinezen zijn lastig gevallen en hun zaken zijn verbrand of beschadigd te gaan, ondanks de slechte vooruit zichten. Mijn vrouw Elvire bleef in Nederland achter. De middag van de opening barstte een groot onweer los boven de stad en het werd mij duidelijk dat er niet veel be zoekers zouden kunnen komen. Ik vreesde om er alleen, of samen met het ambassadepersoneel te staan. Op een of andere manier doken er toch nog een dertigtal mensen op. Gelukkig maar, want de tentoonstelling zag er best goed uit. Eddy In Jakarta bezocht ik mijn vriend Eddy en bleef een paar nachten bij hem slapen. Mijn plan was om na de ope ning van mijn tentoonstelling met openbaar vervoer naar Bali te reizen en weer terug. Ik ben nog even in Jakarta gebleven om een paar plekken te be zoeken die ik wilde zien, zoals bijvoor beeld het Wayang Museum. De stad toonde nog duidelijk de sporen van brand en de ingegooide ruiten. Honderden gebouwen waren beschadigd. Augustus 1998. Tijdens mijn bezoek aan Jakarta maak ik een afspraak met David Kort hals Altes om te gaan expose ren in het Erasmushuis, het Culturele Centrum van de Nederlandse Ambassade. Ik voel me erg vereerd om daar te zijn, maar gedurende het laatste jaar heb ik me regelmatig op mijn achter hoofd gekrabd of het wel zin nig is om nu in Indonesië te exposeren. Na de rellen en de daling van de rupiah tot ongeveer twintig procent van de oude koers, kon ik ruime aandacht of hoge ver koopcijfers wel vergeten. Ik besloot om toch Jakarta - Clodok (1999). Tekst: Cary Venselaar

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 26