POIRRIÉ'S Duidend uUelele's PERIKELEN 1 ben je nog zo groot en sterk, ergens heb je wel een zwakke plek die je zo kwetsbaar maakt als een klein kind. En het moet gezegd: helaas hebben wij mannen zóveel zwakke plekken dat we altijd het onderspit delven. Adam ondervond dat toen Eva hem die beruchte appel voorhield en Marcus Antonius had geen enkel verweer toen hij Cleopatra in de ogen keek. Bij allebei kwam het verstand op nul te staan en wat daaruit voortvloeide weten we allemaal. En we weten ook allemaal dat de wereldgeschiedenis vergeven is van de grote geesten die hun idealen en allerlei andere belangrijke zaken op de schroothoop hebben gegooid voor de gunst van een mooie vrouw. Maar anderzijds is het ook zo dat menig vooraanstaande figuur zijn positie in belangrijke mate te danken heeft aan de stuwende kracht van zijn (ambitieuze) vrouw en het onwankelbare vertrouwen dat zij in hem heeft. Het doet pijn om dat te moeten toegeven, maar meestal is de vrouw het lichtbaken waarop de man zich richt om tussen de klippen des levens door te laveren en een veilige haven te vinden. Of fungeert ze als een schild, om hem te beschermen tegen alle mogelijke kwaad. Lopend naar Bronbeek Hillary Clinton is daar misschien het beste voorbeeld van. Hoe vaak en wat Bill in werkelijkheid ook uitgevreten mag hebben, Hillary blijft hem onvoor waardelijk steunen. Dat tekent de trouw en karaktervastheid van die vrouw, en daar moet je als wankelmoedige kerel je petje voor afnemen. Maar niet alle vrouwen kunnen zoiets opbrengen, al zijn ze nog zo toegewijd. Nel zei laatst tenminste: 'als ik ooit te weten kom dat jij ook maar een fractie hebt uitgehaald van wat er over Clinton wordt beweerd, gooi ik al je spulletjes op straat. Kun je ze zelf bij elkaar rapen en naar Bronbeek gaan.' Ze weet namelijk dat ik als oud-Kniller daar liefderijk wordt opgenomen als ik onverhoopt alleen kom te staan. Tot overmaat van ramp voegde ze er aan toe dat ik daarheen moest lopen, want 'de auto krijg je niet, die verkoop ik meteen.' Zal je maar gezegd worden, durf je niet eens meer naar buiten te kijken als er toevallig iets bevalligs langs komt wiegen. 'Lenggang-kangkoeng' noemden ze dat vroeger. Doet me onwillekeurig denken aan Conny, mijn oude vlam in een grijs verleden. Ik weet niet zeker of ik dit al eerder verteld heb. Als het zo is, ma'af, Conny was nu eenmaal iemand die je verstand ook voor langere tijd kon uitschakelen. Hawaiiaanse koningin Eigenlijk was Conny een allemans-vlam, want alle jongens uit de 7de Idas en een paar vroegrijpe sukkels uit de 6de waren verkikkerd op die verblindend mooie verschijning. Ik weet nog goed hoe het er aan toe ging: de mouwen hoog opgestroopt en de gepommadeerde kuif als een trots boegbeeld op de kop, fietsten we keer op keer naar de plek waar Conny en nog een paar minder bedeelde kippen zich plachten op te houden. Zaten ze anstiel achter hun hand te giechelen en elkaar stiekem aan te stoten als we langs kwamen paraderen. Behalve Conny, die zette ons altijd te kakken met de koele ongenaakbaarheid een koningin waardig. Een Hawaiiaanse koningin, want waar Conny opdook, hoorde je duizend ukelele's tokkelen en kon je de maan zien opkomen boven het strand van Waikiki. Raakte je helemaal in trance en vergat je gewoon alles om je heen. Wie daar trouwens veel meer last van had dan ik, was Joop. Als die haar in het vizier kreeg, was hij niet te houden. Mona Lisa's medelijden Dat gebeurde ook toen we weer een keer aan het showfietsen waren en plotseling Conny voor ons uit zagen rijden. Was gewoon een lust voor het oog. Niemand kon zich met zoveel elegance op de fiets voortbewegen als zijJoop raakte meteen over z'n toeren en ging op de pedalen staan. Toen hij naast haar was, minderde hij vaart en knoopte een gesprek met haar aan. Daar moest je lef voor hebben, want als Conny toevallig de bokkenpruik op had, kon je beter uit de buurt blijven. Dan was het net of de klewanghouwen van een 'Meester op alle Wapens' om je heen suisden, zo fel kon ze van zich af bijten. Maar Joop had geluk, Conny was in een goeie bui. Toen het me veilig genoeg leek, volgde ik Joop's voorbeeld en kwam ook langszij. Aan de andere kant. Conny schrok er niet van, ze wendde haar ijselijk mooie hoofd even in mijn richting en schonk moessQn 14

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 14