Progressie in Holland Tekst: Jim Hilgers ID at is goed voor je algemene ontwikkelingzei ma. Geen mens die daar ooit in publiek luidruchtig een opmerking maakte over mijn bruine huid. Behalve een klein kind, bij de bezichtiging van het panorama van Waterloo: 'Maman, un peau rouge.' Indiaan dacht ik, boleh, Zilverbuks. Maar in Den Haag aangekomen en lopende over de Groot Hertoginnelaan riepen straatjongens: 'Pindachinees!' Aardrijkskunde nul, dacht ik, weten niet eens het verschil tussen China en Indië. Meer dan zestig jaar en een wereldoorlog later bezocht ik een familielid in Den Haag. Ze had een zoontje van zes jaar. Hij was in Nederland geboren en bezocht de kleuterschool. De beste school van de stad, werd me verzekerd, maar dat hij daar méér leerde dan blokjes stapelen merkte ik naderhand. Het knaapje moest kennis maken met de nieuwe, bruine oom. Gaf een handje, keek angstig en achterdochtig. Holde daarna de tuin in om het ravotten met zijn speelvriendinnetje te hervatten. We namen afscheid. Ik zag dat de kleintjes de koppen bij elkaar staken en toen we het tuinhek uitliepen, riepen ze in koor: 'Poepchinees!' Zou dat na zestig jaar vooruitgang zijn? Stadhouderslaan 2, 2517 HW Den Haag, tel. 070 - 365 09 09, fax 070 - 365 01 93. 44 ste jaargang - nummer 2 - augustus 1999 15 Koos men Je route over JanJ Jan stapte je in Genua over op Je trein richting HollanJ. Derhalve maakten we een stop in de grote steden Parijs en Brussel. Waterval bij Pasoeroean, Oost-Java (1920). Foto: J. van Harreveld. Stichting Indisch Familie Archief,

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 15