De Tartan van Indonesië Pantjoro Soedioto Tekst: Ed Brodie k zelf hou meer van boksen dan van judo. Maar ja, als tiener in de jaren zestig in Soerabaja werd je gewoon meegesleept door je vrienden naar wed strijden waar je eigenlijk geen behoefte aan had. Zwemwedstrijden in Brantas bijvoorbeeld, of volleybalwedstrijden op de Djokodolok (plein tegenover Simpang school) of motorraces in Perak... allemaal geen bal aan! Maar toch ging je. En weet je waarom? Gewoon gezellig! Er werd zoveel over judo gesproken en vooral over de djago Pantjoro, dat je er toch naar toe ging- Ngfobrollen Kijk, bij judo moet je zwaar zijn, want als je te licht bent dan is het voor de tegenstander gemakkelijker om je te ban ting op de grond... pajah dus! En omdat ik licht ben van gewicht, hou ik niet van judo, maar wel van boksen. Gampang... snel slaan en goed dekken. Maar goed, Pantjoro is een grote, forse, gespierde, Indische jongen uit Soerabaja. Zoon van dr. Soedioto (arts) en Soerami (Mieke) Soemar Joedo (dochter van dr. Soemar Joedo en Fransisca Kremer). In oktober 1995, tijdens de Grand Soerabaja Reunion in hotel Mirama in Surabaya (georganiseerd door onze stichting Adinda, waar zo'n vierhonderd schoolvrienden en -vriendinnen zich verzamelden om gezellig te ngobrollen over vroeger en te dansen en uiteraard te eten), zag ik boven al die mensen een wat grijzend hoofd uitsteken. Meteen dacht ik aan de judokampioen Pantjoro. Ik liep samen met mijn vriend Frank Ong uit Zoetermeer naar hem toe en gaf hem een hand. 'Hallo Pantjoro, apa kabar?' Hij keek ons aan, wist niet wie we waren, maar besefte dat wij tweetjes de organisatoren waren uit Holland. 'Baik,' zei hij, 'ik ben blij dat jullie dit heb ben gedaan. Waar zitten jullie allemaal?' Van nature is hij een zwijgzaam type. Hij stelde zijn vrouw voor, Siti Roemonda Ildrem, SH, een Indisch meisje dat perfect Nederlands spreekt. Dochter van prof. dr. Moh. Ildrem Siregar en Wilhelmina Johanna Brink. Ik was nog voor het einde van de reü nie-avond bij hem komen zitten en uiteraard hebben we ge-ngobrold over die mooie tijd in Soerabaja... Tawoerans In februari 1999 gingen Inge en ik naar Bali om lekker uit te rusten van al het harde werken en gejaag in Holland. Maar toch maakte ik van de gelegenheid gebruik om 's weer contact op te nemen met de ex-judokampioen van Indonesië. Via vrienden in Bali kreeg ik het telefoonnummer van de familie Pantjoro Soedioto. Natuurlijk belde ik dezelfde avond en kreeg mevrouw Pantjoro aan de lijn. 'Ja hallo, dengan Boetet (roepnaam, betekent 'meisje' in het Bataks)Pantjoro'. 'Ja hallo, hier met Ed Brodie uit Holland maar nu in Bali.' Hee... Ed Brodie waar zit je en waarom bel je? Leuk, je verhalen in Moesson. Moet je mijn man hebben?' 'Nou, niet gelijk, ik wil eerst met jou praten en daarna met de kampioen.' Ik vertelde haar dat ik graag haar man wilde interviewen voor Moesson. Na een leuk, kort gesprek kreeg ik Pantjoro aan de lijn. 'Natuurlijk wil ik er aan mee doen, Ed, maar als je kan wachten dan ben ik volgende week in Bali voor een bespreking. Ik ben nog actief in de Indonesische Judo Bond, dus het komt goed uit. En weet je, Ed, nu is mijn zoon Indonesisch judokampioen, leuk ja...' Enfin, we namen afscheid en hij zou me bellen als hij in Bali zat. En ja hoor, ik kreeg een message van de receptie dat pak Pantjoro dinsdag naar het hotel zou komen. 'Ingin bertemoe dengan pak Eddie.' Dinsdagavond wachtte ik hem op in de lobby van Hotel Bali Rani en precies om acht uur stopte een taxi met Pantjoro Soedioto voor het hotel. Ik liep naar hem toe, gaf hem een stevige hand en plaats nemend op de bamboebank vroeg ik hem wat hij wilde drinken. Weer begonnen we - uiteraard - over doeloe te praten, over de feestjes en wedstrijden in Soerabaja en niet te vergeten de tawoerans. Iedere rechtgeaarde Soerabajaan van de jaren zestig weet van moessQn Ze noemden hem de Tartan van Indonesië. Ilij genoot van de aandacht van zijn vrouwelijke fans en werd op han den gedragen door de jeugd. Kon ook niet anders: hij was de judokam pioen! Hij is gehoren m Palemhang op 2 december '37 en zijn volle naam is Pantjoro Soedioto, een rustige man van inmiddels 02 jaar. 30

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 30