Those were the ays Gel ezen Dempo en Baloeran, de mooiste schepen van het Oosten, een waardevol boek voor zowel stuurlieden als walslurpen Tekst: kapt. Lucas Lindeboomalias Pohon Linde elf heb ik bijna veertig jaar geva ren waarvan 36 jaar als Schipper naast God, maar ik heb nooit ook maar enige ambitie gehad om op een passagiersschip het commando te mogen voeren. Dat neemt echter niet weg dat dit qua vorm van de romp en opbouw, bepaald schitterende schepen waren met vooral voor de eersteklas pas sagiers bijzondere comfortabele verblij ven, die een nostalgische en gezellige luxe uitstraalden. Prachtige, oude zwart-wit foto's bevesti gen: 'Those were the days'. Het lian dlood De auteur gaat met betrekking tot deze schepen op talrijke aspecten in en nam tal van interessante citaten op. Te veel om hier op te noemen, maar niet te veel om kennis van te nemen. Integendeel! Na een kort 'ten geleide' en een korte 'proloog', wordt in deel I 'De bouw' beschreven. De zeven hoofdstukken gaan over: een beknopt historisch kader, het ontwerp, de bouw, het interieur, de installaties, de scheepsdiensten en de passagiersaccommodatie. Een enkele keer kwam ik ook weer in dit boek het woord 'stuurlui' tegen, geef zelf echter de voorkeur aan het veel wellui- dender 'stuurlieden', maar een kniesoor die daar op let. In hoofdstuk 6 komen de installaties aan bod en worden verschillende nou veautés, zoals nieuwe navigatie-instru- menten en de radiozendinstallaties n.v. ROTTERDAMSCHE LLOYD INSCHEPINGSBEWIJS boord, is in wezen helemaal niet onbe trouwbaar, vooral indien 'met de hand gelooid' wordt bij gestopt liggend schip of bij een geringe vaart over de voorste ven. Hoe dieper het water, des te kleiner diende tijdens het loden de vaart over de voorsteven te zijn. Het 'looien met het handje' was, tenminste als het goed gedaan werd, het perfecte samenspel tussen een wijze gezagvoerder op de brug die op de juiste wijze zijn telegraaf bespeelde en een bekwame bootsman, baas-timmerman of kabelgast op het loodbordes. Er wordt in dit hoofdstuk ook uitleg gegeven omtrent de verouderde metho de van het meten van de vaart van een schip door het water, met het handlog. De 'walslurp', zoals een landrot aan boord genoemd wordt, komt er nu ach- omschreven. In dit hoofdstuk vergelijkt de auteur het onbetrouwbare handlood met het moderne echolood waarmede deze schepen waren uitgerust. Het handlood, nog steeds verplicht aan ter waar het woord 'knoop' in dit ver band vandaan komt. Een knoop is inderdaad een vaart door het water van één mijl per uur en derhalve bestaan per definitie, knopen per uur niet. Maar een kniesoor die daar op let. In hoofdstuk 7 worden de 'Scheepsdiensten' onder de loupe geno men en krijgt men een indruk hoe zo'n ingewikkelde leefgemeenschap op zee, perfect en bijna foutloos kon blijven draaien. Dan volgen in deel II de details en de beschrijving van de 'Passage', iets wat oud-kolonialen bepaald zal aanspreken. Ook hier weer geïllustreerd met een schat aan fraaie foto's. In Deel III komt het oorlogsverleden van deze schepen aan de beurt; een triest onderwerp voor shiplovers, want beide mooie schepen gingen ten onder. Uit historisch oogpunt evenwel, interes sant voor hen die hier belangstelling voor hebben. Résumerend: Dempo en Baloerande mooiste schepen van het Oosten is een prachtig en waardevol boek waar we Guns dankbaar voor moeten zijn en dat in geen enkele boekenkast van de mari tieme historicus, de indoloog en de oud koloniaal zou mogen ontbreken. Dempo en Baloeran De mooiste schepen van het Oosten door Nico Guns Van Soeren Co: 478 pag. (gebon den) prijs f 95,00 44 ste jaargang - nummer 2 - augustus 1999 35 d Onlangs verscheen het 475 pagina's tellende boehwerk Dempo en Baloeran, de mooiste schepen van het Oosten, van de hand van dr. Nico Guns. Een werkelijk schitterend boek, rijkelijk geïllustreerd met authentieke foto's en teke ningen betreffende de bouw, de tewaterlating, de afbouw en van het interieur. 20 19 18 17 16 15 21 22 23 24 25 26 27 28 HUT: PERSONEN met het aantal colli HUT- bagage dat door perforatie in deze kaart aangegeven is. 14 13 12 11 10 9 8 Knopen

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 35