[iet Dirk Vlasklom ent in Indonesië Leu tie waarheid door te veroordel It instantie heeft Nederland, om het maar even ouderwets uit te drukken, het een en ander aan groots verricht. En dat nu, vijftig jaar later, oprakelen van excessen vind ik niet interessant. Ik vind bijvoorbeeld Van Doorn interes sant met zijn boek De laatste eeuw van Indië. Dat is niet dat gemakzuchtige, politiek-correcte van: wat waren we toch fout, weg met ons. Maar je stelt jezelf een veel interessantere vraag: wat hebben we eigenlijk betekend voor dat land? En die vraag is tot op de dag van vandaag niet goed beantwoord. Ik denk dat de koloniale geschiedschrij ving in Nederland langzamerhand vol wassen begint te worden. Dat die zich heeft ontdaan van een, ik zal maar zeg gen kinderziekte, als je uit alle macht wil len verdedigen. Een andere kinderziekte is je uit alle macht willen distantiëren. Dat zijn twee uitersten, waartussen lange jaren in Nederland met het koloniale ver leden werd geschommeld. Het evenwicht wordt nu langzamerhand een beetje gevonden. Hoe ben je verslaggever geworden in Indonesië? In 1989 heb ik er anderhalve maand doorgebracht, omdat ik er nog nooit geweest was. Dat heeft me bij de keel gegrepen, en ik ben niet de enige die dat is overkomen. Wat me toen echter ook bij de keel greep, was dat er geen Nederlandse cor respondent werkte. Ik vond dat verbijste rend. Omdat ik toen toch al ruim tien jaar in de journalistiek actief was, dacht ik: waarom ga ik niet? Ik zag, om het maar eens banaal en eigentijds uit te drukken, een gat in de markt. Want er zijn ongetwijfeld heel veel Nederlanders die erover willen lezen, niet alleen over hoe het vroeger was, maar vooral over hoe het nu is, zonder dat ze weten wat er in de tussentijd gebeurd is. Ik vond het heel opmerkelijk dat er al jaren lang geen Nederlandse correspon dent in Jakarta zat en ik heb me altijd den die wij als dominees en onderwijzers niet correct vonden. Van de grote pers- bureau's waren er ook altijd correspon denten in Jakarta. Die zijn nooit weggeweest. De enigen die zijn wegge weest, waren wij. Dus de 'incorrectheid' van dat land kon geen argument zijn - voor zover het noodzakelijk is om je over de correctheid van een land een oordeel aan te matigen, maar dat is een andere Nederlandse eigenschap, hè, die predikantenneiging. Afgezien daarvan was het natuurlijk ver weg en duur. Ook een typisch Nederlands argument. In de Baliemvallei. afgevraagd waarom dat zo was. Waarom een land zo lang geen correspondent had in een voormalige kolonie, een kolonie waarmee één op de zeven mensen nog een band heeft? Nederlandse media waren er tot ver in de jaren tachtig van overtuigd dat je in een land als Indonesië geen journalistiek kon bedrijven. Want dat mag niet, dat is een generaalsbewind en als je maar één keer iets fouts schrijft, zit je op het vlieg tuig naar huis... simplistische redenering. We hadden natuurlijk ook corresponden ten in Moskou in 1960 en in tal van lan- In gesprek met Gns Dur. 44 ste jaargang - nummer 4 - oktober 1999 27

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 27