Ik wil het liefst Indisch werk maken de jaar, voor mijn stage, ben ik mijn moe der achterna gereisd naar Indonesië. Ik ben heel blank, zoals je ziet, en mijn moeder is erg donker. Het was mijn bedoeling om later thuis een serie por tretten te maken van mij en mijn moeder. In februari ben ik nog met haar naar Indonesië geweest en in juni was het ongeluk. Die serie portretten heb ik dus nooit kunnen doen. Dat heeft mij heel erg gefrustreerd. Maar het is altijd interessant als je kunste naar bent om dingen te doen die dicht bij je staan. Als je dingen meemaakt, lom je daar beter iets mee doen. Toen ben ik dus werk gaan maken dat dicht bij mezelf lag, niet dat ik constant alleen daarmee bezig ben, hoor. 1 I Indische portretten Een project waar ik mee bezig ben geweest is een jurk die mijn verleden uit beeldt. Als je op straat loopt, gewoon als persoon, dan zie je niet wat iemands afkomst is. Ik ben bijvoorbeeld heel licht, Indische mensen zien mijn Indisch bloed wel, maar Nederlandse mensen kijken niet echt goed naar het gezicht. Dus toen heb ik een jurk gemaakt van het verleden, van mijn geschiedenis. Ik wilde die geschiedenis visueel maken, met foto's van mijn grootouders, mijn moeder, de begrafenisstoet, m'n studententijd. Het is mijn jurk, mijn leven. Daarom wil ik hem niet verkopen, ook al is ernaar geïnfor meerd. Ook heb ik dia's in Indonesië gemaakt en die in Nederland geprojecteerd in de sneeuw. Dan krijg je hele warme beelden en daar heb ik dan weer foto's van gemaakt. Ik ben heel erg bezig met die tegenstelling Nederland-Indonesië. Ik wil het liefst Indisch werk maken, een boek met Indische portretten. Maar daar heb je tijd en geld voor nodig. Ik wil geen uitkering en het liefst toch beeldend bezig Mijn moeder toen ze ongeveer 25 jaar oud was. Ik, in het midden, met mijn broer Raymond en mijn zusje Tineke, omstreeks 1974. blijven. Op het moment doe ik dus com mercieel werk en probeer ik één dag in de week vrij te maken voor het Indische werk. Op commercieel gebied heb ik bijvoor beeld voor een PABO een kunstopdracht gedaan. Die school was vroeger een katholieke meisjesschool en toen heb ik voor het plafond een foto van tweeënhalf bij drieënhalve meter gemaakt met non nen, die op je neer lijken te kijken. Zo verweef je toch weer een stukje geschie denis met het heden. Dat vind ik erg belangrijk. Als ik vroeger tegen mijn moeder aanlag, toen ik klein was, zei ik: 'Mam, je moet altijd bij me blijven en dan zei ze: 'Tuurlijk, ik blijf altijd bij je, ook als mama er niet meer is, ben ik altijd bij je.' En dat is ook zo. Je begint altijd in je moeder en dat voel ik nu ook zo. Mijn kind begint in mij. Dus het is logisch dat je bepaalde dingen van je moeder over neemt. Ik voel me daar heel rijk door, dat ik tussen twee culturen ben opgegroeid: een Indisch gezin in een Hollandse samenleving. Het maakt je heel flexibel, ook in de omgang met mensen. Dat je weet wat je wel en niet moet doen, die nuances. Tentoonstellingen: Brussel: Aeroplastics Contemporary/Damasquine 2, tot en met zaterdag 18 december. Parijs: Art Concept, tot en met 23 december. New York: Stefan Stux Gallery, van 4 maart tot en met 1 april 2000. Inlichtingen: Torch Gallery, tel. 020 - 626 02 84. moessQn

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 1999 | | pagina 24