met een inlichtingenofficier van de
Republiek, die zij later identificeerde als
een zekere Hoegeng. Samen met een
van de medevertalers van Opstand in het
paradijs, Peter van Wiechem, heb ik in
1994 Hoegeng Iman Santoso op zijn
woonadres in Menteng geïnterviewd.
Hoegeng, van wie we hadden gehoord
dat hij het gerespecteerde hoofd van de
staatspolitie was geweest, bevestigde het
verhaal van Ketoet Tantri en toonde ons
ook correspondentie met de
Amerikaanse schrijfster, die toen in
Sydney woonde.
Is het een waar verhaal? Ik heb het
beschreven zoals de schrijfster het heeft
weergegeven en zoals Hoegeng het heeft
bevestigd. Voorzichtigheidshalve heb ik
erbij gezegd dat in het Nefis-dossier van
Soekarno, dat in het archief van
Buitenlandse Zaken berust, geen spoor
van de 'Jokja-connection' te vinden is. Ik
vond dat de al dan niet vermeende aan
slag op het leven van president Soekarno
een goede illustratie vormde van de haat
die in Nederlandse kring destijds jegens
zijn persoon heerste, van welke haar zijn
Nefisdossier ampel getuigenis aflegt. Ik
heb de affaire ook beschreven, omdat zij
een aanwijzing geeft van waartoe gehei
me diensten in staat zijn. (In de jaren
vijftig zou de CIA moordaanslagen bera
men op Lumumba, op Fidel Castro en
ook op Soekarno.)
Pengfangfsaan Oost
Het grootste deel van Herings recensie
van mijn boek is gewijd aan de slordig
heden die hij daarin heeft aangetroffen,
verkeerd gespelde namen vooral. Hij
heeft wederom gelijk; ook anderen heb
ben me op talrijke fouten en foutjes
gewezen. Ik kan mij echter niet goed
voorstellen dat de lezer niet weet over
wie of wat ik het heb, wanneer ik
iemand 33 jaar oud laat zijn die in feite
30 was, sultan Hamengkoeboewono IX
een oe te weinig geef of het Gedoeng
Permoefakatan Indonesia met zijn huidi
ge naam Gedoeng Nasional aanduid.
Daar komt bij dat de ene bron soms een
andere schrijfwijze geeft dan de andere.
Zo vond ik voor de naam van de lerares
die Soekarno na zijn overgang van de
IHS naar de ELS Nederlandse bijles gaf
in Regeeringsalmanak voor Nederlands
Indië: Maria Paulina van de Rivière; en
niet de, inderdaad voor de hand liggen
de schrijfwijze, de la Rivière, waar
Hering bij zweert.
Een ander voorbeeld is Hector C.
Byswater, die op op gezag van Soekarno
in diens beroemde verdedigingsrede
'Indonesië klaagt aan!' Bywater heb
genoemd - zo treft de filippica van de
professor uit Stein over mijn arme hoofd
ook nog bung Karno zelf! Intussen
beloof ik dat ik, dankbaar gebruik
makend van het correctiewerk van de
professor, in een eventuele toekomstige
herziene druk Guruh in Guru,
Pengansaan Oost in Pengangsaan Oost
en Mangoewo in Magoewo zal verande
ren.
Leesboek
Aan het eind van zijn tirade kwalificeert
Hering deel I van mijn Soekarno-biogra-
fie als 'populair wetenschappelijk'. Ik
begrijp dat dit niet als een compliment is
bedoeld. Toch ben ik niet ongelukkig
met Herings kwalificatie. Mijn opzet was
inderdaad om niet een leerboek, maar
een leesboek te schrijven, een boek dat je
leest in de luie stoel. Ik huldig namelijk
de stelling (ik dacht van W.F. Hermans):
zoals een roman een gefantaseerde bio
grafie is, zo is een biografie een gedocu
menteerde roman. En ik ben het met
Mulish eens, die zegt dat niet de schrij
ver maar de lezer de roman voltooid.
De laatste opmerking geeft me gelegen
heid de tweede reden te noemen waar
om ik graag de kans aangrijp die de
redactie mij biedt om op Herings recen
sie te reageren. Ik zou het erg jammer
vinden als Herings onwelwillende kritiek
lezers van Moesson ervan zou weerhou
den mijn boek te lezen; zij zijn bovenal
lezers die ik met mijn Soekarno-biogra-
fie hoop te bereiken.
In het voorwoord van mijn boek heb ik
iets verteld over de strekking van mijn
boek, waarop Hering helaas niet is inge
gaan. Ik heb daar geschreven dat een
biograaf van Soekarno in feite een dub
belbiografie heeft te schrijven. Want het
levensverhaal van Soekarno is tegelijker
tijd het verhaal van het ontstaan en de
opkomst van Indonesië. Ik weet dat tal
rijke lezers van Moesson hun wortels
hebben in een Indië dat Indonesië werd.
Ik denk dat juist zij belang stellen in de
biografie van de man, die zo'n doorslag
gevende rol heeft gespeeld in dit veran
deringsproces - van Indië naar Indonesië
- en die daarom voor hun leven, het
leven van hun ouders of het leven van
hun grootouders van zo grote betekenis
is geweest.
Sarong en kabaja
Toen ik bezig was met deel I van de
Soekarno-biografie heb ik in Moesson
een advertentie geplaatst waarin ik lezers
vroeg mij herinneringen aan Soekarno te
vertellen. Ik heb daarop enkele aardige
en ook belangwekkende reacties ontvan
gen, die in mijn boek zijn terug te vin
den. Zo vertelde mij de dochter van de
in Indische kring niet onbekende
Vrijburg dat haar vader een studiege
noot van Soekarno was geweest op de
TH Bandoeng en dat hij de enkele jaren
oudere Soekarno bijles wiskunde had
gegeven. Mijnheer Mulder uit
Amstelveen schreef mij interessante bij
zonderheden over de Normaalschool in
Blitar, waar Soekarno's vader leraar was
en Mulders vader directeur. Een telefo
nische mededeling van een mevrouw,
wier naam ik helaas niet heb verstaan,
leerde me dat tijdens de Japanse bezet
ting vóór het museum aan het
Koningsplein (toen Ikadaplein) van tijd
tot tijd sprekers optraden die de Indo's
voor de Indonesische zaak wilden win
nen; zij vertelde te hebben meegemaakt
dat Soekarno daar eens sprak en tot haar
verontwaardiging Indische meisjes en
vrouwen opriep om in plaats van blouse
en rok sarong en kebaja te dragen.
Ik hoop dat lezers en lezeressen van
Soekarno - Nederlands onderdaan 1901 -
1950 mij aardige en/of interessante aan
vullingen zullen geven op mijn boek of
dat ze mij zullen kapittelen wanneer ze
er fouten in ontdekken.
Mijn hoop strekt nog verder. Ik ben op
dit moment druk bezig met deel II:
Soekarno - President 1950 - 1970. Er
moeten talrijke lezers en lezeressen van
Moesson zijn die uit die periode saillante
bijzonderheden weten over Soekarno,
waarvan zelfs professor Hering geen
weet heeft. Ik onderteken daarom deze
bijdrage niet alleen met mijn naam,
maar geef ook aan hoe u mij bereiken
kunt.
Dr. Lambert J. Giebels, Brederostraat 1
4819 HG Breda,
e-mail: l.giebels@wxs.nl
ADVERTENTIE
Taman Griya k
Nusa Dua Pk
Bali B?
U wilt overwinteren op BALI of op
vakantie in een 4-persoonsbungalow?
44 ste jaargang - nummer 6 - december 1999
Dat kan in Taman Griya, een klein dorpje op ca. 5 km van Kuta en
Nusa Dua en op ca. 3 km van hel prachtige, rustige strand van
Jimbaran in hel zuiden van Bali. Huur 900,- p.m. of 300,-
p.w., ind. transfer v/n het vliegveld. Warm/koud stromend water
aanwezig. Mogelijkheid lot gebruik van airco, tv, radio, telefoon,
fax en internet. Particuliere auto met chauffeur tegen geringe
vergoeding. Er is altijd personeel aanwezig.
Folder met uitvoerige informatie op verzoek.
Jacques van der Maale, tel. 0183-623932.
E-mail: J.vandermoale@inter.nl.net