I <2 rug in de tijd was iktoen ik de foto 's van Bandoeng in het oktoh ernummer hekeek op pagi na 22. Ieritg in augustus 1QQ3, toen ik met mijn moeder en echtgenoot een reis door Java maakte op zoek naar de h ui zen en plekken van weleer. We arri veerden in Handling, de stad waar ik geboren ben en op een avond ontdekten wij het huis dat in het artikel links bovenaan geportretteerd staat. In mijn reisverslag staat de ontdekking van deze villa als volgt omschre ven. 'Bandung, woensdag 25 augustus 1993. Een avond in een hooggelegen villawijk in Bandung, ergens achter de Jalan Sangkuriang. We lopen nog een eindje om, langs mooie woningen, die in Aerdenhout of Wassenaar zeker niet misstaan. Dan ineens een schildwacht in uniform, geposteerd voor een parkachti ge oprijlaan die toegang verleent tot een villa van meer dan normale proporties. Er schijn licht door fraaie glas-in-lood ramen. Wat is dit? De volgende middag zijn we weer op dezelfde plek. Alles lijkt anders, doch niet minder intrigerend. Aan wie behoort dit buiten, wanneer is het huis gebouwd en wie gaf daar opdracht toe? Een andere militair dan gisteravond geeft toestemming het park te betreden. Fotograferen is verboden, want het betreft hier een militair object. Tot onze grote verbazing worden we ineens uitgenodigd om binnen te komen. Een militair leidt ons rond. We kijken in kamers met meubels in art déco-stijl, zien prachtige glas-in-lood ramen met voornamelijk florale motie ven en komen tenslotte aan de achterzij de van het huis. De tuin loopt hier terrasgewijs naar beneden. Geheel onderaan, als afsluiting van het park zijn in een halve cirkel, kleine woninkjes gebouwd. Ook is er een tennisbaan en een zwembad te zien. Op onze vraag van wie deze villa geweest is, moet onze gids het antwoord schuldig blijven. De wacht loopt vervolgens met ons terug naar de uitgang. 'Name house,' zegt hij en wijst op de stenen zuilen die aan weerszijden van het toegangshek staan. Op de ene zuil staat 'Verboden toegang' en op de ande re 'han...' - de rest is niet meer te lezen. We leggen de wachter uit wat het eerste woord betekent. De volgende morgen lopen we nog even naar het huis om er, vanaf het hek foto's van te nemen. En terwijl Leo bezig is met zijn camera, ontdek ik aan een paal van het hek een keramieken bord met daarop de tekst: N. V. Algemeen N.I. Architecten en Ingenieurskantoor Brinkman en Voorhoeve Bandoeng Wie weet hebben voorouders van onze politici hier in Indië samengewerkt, iets wat hun nazaten thans, in 1993, minder goed afgaat.' Eenmaal terug in Nederland begint het speurwerk. Een boek over vooroorlogs Bandoeng brengt meer duidelijkheid over wie het huis indertijd bewoonde en wie de eigenaar was: een rijke Chinese koopman. En dan plotseling, of het zo moet zijn, bekijkt Leo het boek Backcloth van de filmacteur en schrijver Dirk Bogarde. Hierin staan pentekeningen van het huis van de hand van de schrijver. In het boek beschrijft Bogarde hoe hij na de oorlog als Aide de Camp van generaal Hawthorne tijdens diens verblijf in Bandoeng een onderkomen, een inkwartieringsruimte, moest zoeken en toen op deze villa stuitte. Een enkele zin uit het boek luidt: 'Eens moet het wit zijn geweest, stralend wit, scherp afstekend tegen het diepe blauw van de hemel, een verblindend samen spel van neo-Bauhaus en Chinese ele menten...' Nu, bijna vijftig jaar na dato, ziet de villa, zoals de foto laat zien, er weer stralend wit uit. moessQn Dirk Bogarde 34 RHP!

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2000 | | pagina 34