Met e pootjes hangend Tekst: A. Kansen De foto van twee varkens hi] 'Een klein jachtverhaal' van Je heer J.L. Rudelsheim maakte een deurtje in mijn herinnering open. Na Je Japanse tijd waren wij gelegerd in Zuid-Celehes en lagen in kamp ergens tussen Paré-Paré en Watemponé. Van de kampcom mandant kregen wij - een sergeant wiens naam ik kwijt hen en ik - de opdracht om een varkentje te halen uit de hushwant hij was dat vlees uit blik (spam) spuugzat en had zin in weer eens vers vlees. Dus wij met een van de jeeps erop uit. Die sergeant wist wel een gebied waar ze te vinden waren. Hij kon goed schieten tot op honderd a honderd vijftig meter en ik tot op dertig, veertig meter met een Lee Enfield. De jeep geparkeerd achter in de bush en verder lopen, uren lang gezocht maar geen varken te vin den. We gaven het op en gingen terug naar de jeep. We hadden onze geweren al op slot en ik de mijne al geschouderd. Op weg naar de jeep kwamen we langs een grote kei, die half in de grond stak. Mijn maat leunde met zijn voet en de geweerkolf op de zwaar bestofte kei om wat te rusten. Maar toen begon de kei ineens te bewegen, stond op en zette het op een rennen. We keken elkaar stom •verbaasd aan. Hij begon te schreeuwen: 'Loh, varken deze, ajoh schieten.' Hij richtte en trok de haan over, maar vergat in de commotie om de pal om te zetten. Nog een keer richten, maar... varken al weg in de alang-alang. Na nog een uurtje voor niets zoeken, gingen we terug naar het kamp. Wel op vier wielen, maar toch met hangende pootjes. Toen we dit verhaal in het kamp vertelden, werden wij hartelijk uitgelachen. En een paar uur later nog een keer door de twee secties die terug kwamen van patrouille. Het vakantieoord Wendit met zijn meer is mij als Malanger wel hekend. Voor de oorlog was het een kleine gemeenschap, bestaan de uit een hotel en restaurant met zwembad van een Chinees, de huizen van de families Gallert, Burghardt, Kalkoen, van de weduwe Van Veen, die de meeste bootjes bezat, en mijn grootou ders, het ec htp aar Merghart. Het was voor ons altijd leuk om in de weekends van het landgoed van mijn grootouders te genieten: eigen zwembad, boot, vlot en vele vruchtbomen. Het was er altijd gezellig en soms kampeerden er padvinders van het I.E.V. uit Soerabaja of brachten wij onze schoolvrienden mee voor een dagje uit. Wendit was makkelijk te bereiken met de Malang-stoomtram. Eens was er zelfs een tuinfeest gehouden op het meer, met een lange bamboebrug naar beide oevers met vele lichtjes en bloemen. Weduwe Van Veen Dit alles werd verstoord door de komst van de Japanners, die de huizen van de families Burghardt en Merghart opeisten voor vakantieverblijven van hun piloten van het nabijgelegen vliegveld. Dit vlieg veld werd voordien gebruikt door Amerikaanse bommenwerpers en hun bemanningen. In juli 1998, na meer dan 55 jaar, bracht ik een bezoek aan Wendit en informeerde bij de kaartjes-verkoper bij de ingang of er nog mensen leefden uit die tijd. Foto: archief Moesson. Hij vertelde me dat er nog een zekere ibu Moer woonde en dat bleek in het oude huis van de weduwe Van Veen te zijn. Het meer is helemaal veranderd. Met twee dammen hebben ze in het begin van het meer het waterpeil proberen hoog te houden, maar na de laatste dam is het water op sommige plaatsen maar twintig centimeter diep. De kanten volledig begroeid met kankoeng en slada-air planten. Ik huurde een bootje om ibu Moer te ontmoeten, want die woonde aan de overkant en de bootbestuurder was haar kleinzoon. Toen ik bij haar thuis gebracht was, bleken ibu Moer en de weduwe Van Veen een en dezelfde persoon te zijn. Ze was inmiddels 74 jaar en vertelde mij het verhaal van haarzelf en Wendit. Gangenstelsel Zij was inlandse, Europees opgevoed en op school geweest bij de katholieken in Tjilaket. Ze trouwde met de heer Van Veen, maar die overleed na drie jaar. Kinderen had zij niet. In die tijd kwam ze geregeld bij mijn grootouders van het zwembad genieten. Later hertrouwde ze met een Indonesiër, die Joko heette en bij wie ze vele kinderen kreeg. Zij vertelde mij dat in de bersiaptijd de huizen van de Europeanen en die van de Chinees zijn platgebrand. Zijzelf bleef ongedeerd dankzij haar nationaliteit. Nu zijn op Wendit allemaal kampongs gebouwd en je herkent het niet meer terug. De apen en het oude zwembad zijn er nog en er is een kleine Hindoe Candi gebouwd. Volgens haar kleinzoon moet er een gangenstelsel lopen naar de Candi van Singosari en Tumpang, maar dat zal wel niet begaanbaar zijn. Dit was dan mijn laatste ontmoeting met het meer van Wendit. 44 ste jaargang - nummer 7 - januari 2000 9

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2000 | | pagina 9