Holl aiiclse, Indonesische of
Indische spelletjes?
Tekst: Ed Brodie
Jre had bijvoorbeeld het spelletje gatrik
I of patok Iele ge naamd, een spelletje
I met een ronde stok van ongeveer vijf-
en centimeter en een langere ronde stok
van 45 centimeter. De spelregels gaan als
volgt: eerst moet de slagpartij met de gro
tere stok proberen het kleinere stokje,
door het op een gleufje in het zand of op
twee langwerpige stenen te leggen, zo ver
mogelijk van het gleufje te slaan. Als de
tegenstander het stokje vangt, dan moet je
wisselen van beurt. Als de tegenstander
het niet vangt, dan moet hij proberen om
met het kleine stokje de grotere stok te
raken die je horizontaal boven het gleufje
of op de twee stenen plaatst. Als hij het
raakt dan moet je wisselen van beurt, zo
niet, dan moet je het kortere stokje met de
langere stok zo ver mogelijk wegslaan,
door het uit de hand omhoog te gooien.
Ook kun je het kleine stokje schuin, half in
het gleufje stoppen, vervolgens met de
grotere stok op de kleinere stok tikken
zodat hij naar boven vliegt en direct zo
hard mogelijk met de langere stok een
klap geven tegen het buitelende stokje. Nu
met je langere stok meten en punten tellen
van het gleufje tot waar het kleinere stokje
is terecht gekomen.
Dan komt plotseling het knikkerspel potjes
op, compleet met 'bommen gooien', 'kop
en staart' of gewoon 'kom-kom' (met je
gatjoek op de knikker van je tegenstander
mikken).
De meisjes bleven gewoon door bikkelen
of ballen gooien tegen de muur van de
school. In teamverband onder leiding van
de leraar of juffrouw gingen we kastie spe
len, heel spannend altijd. Paksodor( mis
schien afkomstig van 'ga zo door')
speelden we altijd samen met de meisjes.
Na schooltijd gingen we vaak ook het
spelletje pandee of te wel biktor spelen, wel
wat gevaarlijker. Bovendien waren de lera
ren niet aanwezig, dus we hadden vrijspel.
Pandee speel je met stenen: gooien en
raken met je handen, en hinken met een
steen op je tenen, heel moeilijk!
's Middags als we al gebaaid waren, was
het leuk om ruitergevecht te gaan spelen
op het grasveldje voor het huis, terwijl de
Nog eventjes spelen voor Jat Je school
begint...nog even doorgaan... schiet op noude bel
gaat zo! Strakjes verder na schooltijd of zullen we straks verder gaan
hij mij thuis?'
Z,o ging het hij ons op de lagere school in Indië. Meestal ging het net
als hier in Holland: ieder spelletje duurde hoogstens tweesoms drie
maanden lang en dan kwam er weer een ander spelletje opdagen.
-Cö-
meisjes netjes zakdoekje leggen zongen en
speelden. En als we al bosen waren met
ruitergevecht gingen we over naar bokbok
sta vast, ook de meisjes veranderenden
van spelletje met wij zijn arme, arme
Maria en Marion of van je ras ras ras rijdt
de koning door de plas.
Als het wat donkerder begon te worden,
begonnen we aan sepak tè kong. Gewoon
een leeg blikje midden op het pleintje en
de jongen die verloren heeft met hoorn
pief paf of met soeten moet zijn vrienden
zoeken die zich hebben verstopt. Als hij
een vriend heeft gevonden, moet hij direct
terug lopen naar het blikje, terwijl hij de
naam noemt van die vriend. Het kan dus
ook gebeuren dat een vriend stilletjes uit
zijn schuilplaats te voorschijn komt en het
lege blikje een harde trap geeft en meteen
weer terug rent naar zijn schuilplaats. De
zoekende jongen is verplicht eerst het
blikje terug te plaatsen op de zelfde plek,
voordat hij weer begint met zoeken. Het
kan dus uren duren!
Karet-jes tijd
Op blikken lopen met een touwtje tussen
je tenen, kan je dat? Of lopen op stelten
van bamboe gemaakt door de kebon. In
de middaguren als je eigenlijk naar bed
moest, lekker stilletjes de deur uit en maar
katapullen, en samen met je broer
vliegeren tegen je buren, sambitan dus
met gevechtsvliegers, dat zijn dan vliegers
zonder staart en uiteraard met glasdraad.
Of vliegers vangen: met z'n tienen rennen
om één verliezende vlieger te vangen, wat
een lol eigenlijk! En had hij. toch een vlie
ger in handen dan riep hij heel hard:
'roosoo', maar of het hielp, ik heb het nog
nooit meegemaakt hoor!
Wajangplaatjes de lucht in gooien, oemboe-
lan, was ook heel leuk. Als je wajangplaat
je met de blanco kant op de grond
terechtkwam, dus met het plaatje naar je
toe dan had je gewonnen. Karet-jes werd
zowel door meisjes als door jongens
gespeeld, en het ging zo: je moest je mid
delvinger in de cirkel van je elastiekje
plaatsen en proberen te mikken op het
randje van je tegenstanders elastiekje. En
als het lukt dan had je gewonnen en je
tegenstander moest aan jou één of twee
elastiekjes betalen.
Hinken dat deden de meisjes eigenlijk het
hele jaar door. Met de jojo was ik niet zo
handig en klepperen met platte bamboe
stokken tussen je vingers ook niet, maar
mijn broer was daar wel goed in. Bij
koengkoeng kon niemand het winnen van
mijn zus. Koengkoeng is eigenlijk een cent
met een gat er in en daar door slierten van
papier of wol geregen, en je liet dit ketsen
op de binnen zijkant van je voet of je
schoen, en dat kon mijn zus wel tig keer
herhalen.
Het was toch leuk vroeger en onze ouders
hoefden om ons bezig te houden helemaal
geen geld uit te geven. Terwijl nu onze
kinderen zich soms vervelen en niet tevre
den zijn met hun computerspelletjes, of
racebanen, barbiepoppen en nog meer
van dat speelgoed. Waren wij creatief of
zijn onze kinderen zo veel slimmer? En
vaak vraag ik me af: die spelletjes van
vroeger in Indië, waren die weer een men
gelmoes van Hollandse en Indonesische
spelletjes en zijn die uiteindelijk Indische
spelletjes geworden?
Denk maar aan de Indische keuken,
Indische muziek, Indische taal en nu
Indische spelletjes! Geweldig werkelijk die
Indo's. Wanneer gaan we weer gatrik spe
len, luitjes?
44 ste jaargang - nummer 8 - februari 2000
Paksodor
35