We waren bevrijd al merkten we er niet veel van B-24 Liberator geringste vond in huis dat verband hield met die vliegtuigen, dat we allemaal de keel zouden worden afgesneden, waarop we ogenschijnlijk gedwee naar onze blote tenen bleven kijken. De Liberator had van dat gebeuren natuurlijk geen notie. We bleven hem dankbaar voor de hoop die zijn komst ons had gegeven en voor de pakketten die we zowat een jaar later in het kamp toebedeeld kregen. Dat vermoedden we tenminste. Geheugen 55 jaar later lijkt het soms alsof je geheu gen je parten heeft gespeeld. Had je nou werkelijk die Liberators pakketten zien uitwerpen of was het maar je verbeel ding geweest? Je had nooit meer zo'n vliegtuig gezien na die ene middag, maar het bestond toch echt wel? Het hele gebeuren staat je scherp voor de geest aan de ene kant, aan de andere kant zijn er zoveel jaren voorbij gegaan en je tast je herinnering af naar hoe het vliegtuig dat zo'n indruk op je maakte er precies uitzag. En toen bezochten we een klein vlieg veld in Polk City, Florida, waar een hele rijke meneer oude vliegtuigen heeft staan in loodsen en op het veld zelf. We maak ten de toer en kwamen eerst terecht in het interieur van een DC-6, compleet met het geluid van ronkende motoren, net als toen we werden geëvacueerd naar Semarang in een Dakota (DC-3). Er was onder andere een mooie opge knapte Spitfire en ik zat me af te vragen of misschien een klein deel ervan bestond uit ma's aluminium pannen, weggegeven toen voor het goede doel. Ook klom ik in een B-17, het Vliegend Fort, weet je nog? Als hij 's nachts bij luchtalarm kwam overvliegen, zag je soms zijn schaduw op de wolken als het helder genoeg was. Verderop in een aparte afdeling, heel eenzaampjes, lag een Japanse Zero, een vliegtuig dat ik me herinner van mitrail- leurvuur dicht bij de AMS in de bergen- buurt. Waar het ding op schoot mag de hemel weten. Alleen, deze Zero ligt daar neergeschoten in de jungle alsof zijn kamikaze piloot er een speciaal plekje voor had uitgezocht. De rode bollen zijn duidelijk zichtbaar. Stil Het was zo vreemd om al die machines er zo heel stil te zien staan, dat ik er zelf wat stil van werd. We liepen het zonnige veld op waar ook nog wat vliegtuigen stonden en ik zag er één die onmiddellijk al mijn aandacht had. Was het mogelijk? Bestond het? Vergiste ik me? Kon ik mijn geheugen vertrouwen? Gauw gevraagd aan de gids. Ik: 'What kind of a plane is that?' Hij: 'That is a B-24.' Gutte, dacht ik teleurgesteld, hoe kan dat? Die stompe neus, die dubbele staart, die vier motoren... Zegt de gids: 'It is a B-24 Liberator.' Aha! Zie je nou wel! Daar stond onze Bevrijder, hij was gekocht van de Indiase luchtmacht waar hij het laatst vertoefde! Hij kwam uit ons gedeelte van de wereld! Kregen we het verhaal te horen dat de B-17 en dit vliegtuig de voor naamste lange-afstand bommenwerpers waren toen. Was ik blij dat vliegtuig van zo dichtbij te zien, mijn geheugen had me niet voor de gek gehouden, hier was de werkelijkheid! O ja, die dubbele staart - leerde ik van mijn echtgenoot - is geen staart maar een rudder, een richtingsnoer (heb dat woord in het Hollands nog nooit gehoord, maar ik heb het gauw opgezocht in het woordenboek!). Wally nodigde me uit om naar een vlieg tuigmuseum te gaan op een prachtige zonnige dag en ik ging mee, niet veel verstand hebbend van vliegtuigen, met een nou-ja-soedah-misschien-leer-ik-er- nog-wat-van houding. Ik werd rijkelijk beloond. Niet alleen was het een uiterst plezierige trip, maar ik was ook even terug geweest op het Rampalveld in Malang op die zonnige middag toen de Liberator low and slow met zijn goede gaven kwam overvliegen. B-24 Liberator moessQn 20

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2000 | | pagina 20