Ook geen duidend gulden voor trouwe dienst If .vamerad®'1 Tekst: Max de Wilde de Ligny de beurt was om mijn soldij op te halen, ben ik niet op komen dagen. Ik hoorde mijn naam verscheidene malen omroe pen, maar ik hield me schuil. De volgen de dag moest ik bij de kapitein op rapport komen en werd mij uitdrukkelijk bevolen om mijn soldij alsnog in ont vangst te nemen. Enfin, het zou niet bij deze ene keer blijven dat ik met de mili- Ilet verraste me zeer om een foto van mezelf in Moesson van april tegen te komen, daterende uit mijn eerste diensttijd gedurende de vakantiemaanden juni-juli IQ41. Iksti ideerde toen aan de II1 te Bandoeng. Onze legerplaats was in Schietbivak Soemowono. Zoals te zien is, heb ik dezelfde serie foto's uit die tijd, waar we een kwartje per dag als soldij kregen voor onze dien sten voor vorst en vaderland. Er moest voor de ontvangst van het wekelijks soldij een hele ceremonie worden opgevoerd. Toen ik voor de eerste keer aan de beurt was, moest ik weer rechtsomkeert maken en als laatste terugkomen, omdat ik vol gens hen voor het geld gesalueerd had in plaats voor de sergeant die het geld moest uitbetalen. Ik was toen zo kwaad over dat stomme gedoe, dat ik besloot om die 1 gulden 75 niet meer in ont vangst te nemen. Ik had voldoende geld van mijn ouders meegekregen om die twee maanden goed door te komen. Toen ik die middag als laatste weer aan het eiland Shikoku in een kamp terecht kwamen. Na ruim drie jaar als krijgsgevangene zwaar lichamelijke arbeid te hebben ver richt, kwam eindelijk de bevrijding op 15 augustus 1945. We werden door de Amerikanen naar Manilla getranspor teerd, waar we door goede voeding weer op krachten begonnen te komen. .We kre gen toen van de Amerikanen wat zakgeld. Ongeveer twee maanden later werden wij naar Balikpapan getransporteerd en kwa men weer onder commando van het KNIL. Dus geen soldij. Na drie maanden werden wij via Makassar en Ambon in een tentenkamp Schietbivak soemowono taire regels in botsing kwam. Benadeeld Ik voel mij door de Nederlandse regering bijzonder benadeeld, niet alleen geduren de de oorlogsjaren, maar ook in de jaren daarna. Hieronder volgt een kort relaas van mijn ervaringen in deze. In september, oktober en november 1941, kon ik weer mijn studie aan de TH voortzetten. Maar in december moest ik weer de dienst in vanwege de algehele mobilisatie. Ik werd toen als hospik inge deeld in het 11de bataljon infanterie te Meester Cornelis. We werden op diverse kustplaatsen in West-Java ingezet om met een handjevol soldaten een paar duizend Japanners tegen te houden. Toen het KNIL voor de Japanners capituleerde, werden wij via diverse krijgsgevangen kampen (Soekaboemi, Tjimahi, Glodok, Changi-camp in Singapore) naar Japan geffansporteerd waar wij in Niihama op te Piroe op het eiland Ceram gedeta cheerd. Op het schiereiland lagen toen nog twintig duizend Japanners. In onge veer vier maanden tijd, moesten wij de evacuatie van de Japanners bewerkstelli gen, die door de Amerikanen met Liberty-schepen naar Japan werden teruggebracht. moessQn !n de slaapbarak M»jn "bedstede" In dé slaapbarak 36

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2000 | | pagina 36