Happy demonstreert de stand van de vingers.
Haar talent bleek al gauw. Na de lagere
school volgde zij de SMKE, een middel
bare opleiding met grote nadruk op dans
en muziek. Daar ontmoet ze haar aan
staande echtgenoot wiens ouders
beroepsdansers zijn. Hoewel dat nauwe
lijks nodig is, vormt dit een extra stimu
lans voor Happy.
Uitstralingf
Opmerkelijk is haar voorliefde voor
mannelijke dansrollen. Ik kan me dat
niet voorstellen. Niets masculiens in
haar gezicht. Ook haar een meter zestig
op hoge hakken en haar frêle postuur lij
ken mij het tegendeel van manlijkheid.
Ik zie haar nog geen martiale figuur
voorstellen. Als ze mijn twijfel merkt,
springt ze op en demonstreert een man.
Ineens is ze een soldaat. Haar ogen
groot en fel, de wenkbrauwen gefronst,
haar hele houding agressie, is ze, zelfs
zonder schmink en kostuum een Hijger.
Direct daarop, als om het contrast te
tonen is ze een Dewi Shinta, die met een
paar dribbelpasjes op de vlucht is voor
Rahwana, haar gezicht angstig, haar
gebaar in afweer. Ik snap het. Maar
vooral begrijp ik dat voor haar het dan
sen meer is dan houding en beweging.
Het is uitstraling van een karakter in een
bepaalde gemoedsstemming. En dat
benadrukt zij ook voortdurend: 'Ik zoek
bij mijn leerlingen diegenen uit die
begrijpen wat ze dansen en welke figuur
ze uitbeelden. Dat is essentieel, dat is
talent. De rest is techniek en vaak aan te
leren.'
Natuurlijk laat zij zich, na de middelbare
dansschool inschrijven op de STSI, de
hogeschool voor kunst, in Denpasar.
Daar volgt zij naast dans en muziek ook
colleges literatuur. Een grondige kennis
van de Hindoe-boeken Mahabharata en
Ramayana in de mythologie is onont
beerlijk voor een beroepsdanser. Steeds
nog worden nieuwe dansen geschreven
op episoden uit de klassieke verhalen.
Ook de dansen uit de andere culturen
van dit enorme land worden er bestu
deerd.
/weten
Op mijn vraag hoe ze die beoordeelt
reageert zij ontwijkend. Alleen over de
Javaanse dans wil ze nog wel loslaten,
dat die haar veel te statisch zijn. 'Bij de
Javaanse dansen hoef je nauwelijks te
zweten', zegt ze, 'bij de Balinese ben je
na tien minuten al drijfnat.'
Ze strekt haar arm zijwaarts met de
hand haaks omhoog, de vingers gestrekt
bij elkaar. 'Kijk maar: zo is de Javaanse
dans, zo de Balinese.' Prompt komt er
een andere knik in de elleboog, de hand
kromt zich naar achteren en de vingers
gaan in trilling. Bij dit alles ondergaat
haar gezicht ook een duidelijke verande
ring. De blik van de Javaan is zedig
neergeslagen tot een paar meter voor
zich op de grond gericht. De Balinees
heft de oogleden, de ogen kijken rond en
spreken een eigen taal. Het hoofd
beweegt in een horizontaal vlak op een
soepele hals. 'Hiervan ga je zweten.'
Ook maskerdansen hebben niet haar
voorkeur. 'Het gelaat is zo belangrijk om
gevoelens uit te drukken. Daar gaat het
om, en dat moet je niet aan een masker
overlaten.'
Examen
Het leukste aan lesgeven is voor haar
dan ook te ontdekken bij welke kinderen
dit vermogen aanwezig is. De meeste
kinderen die verder komen ontwikkelen
alleen een goede techniek; een enkeling
gaat echt dansen. Die krijgt advies om
door te gaan. Lesgeven deed ze al voor
ze zelf afgestudeerd was. Zo kon ze haar
eigen studie betalen. In 1997, zesentwin
tig jaar oud, behaalde ze haar titel: SSn,
dat betekent Sarjana Seni of doctoran
dus in de kunst. Ze was inmiddels
getrouwd en in verwachting van haar
eerste kind. Voor haar afstudeer-examen
moest zij een eigen dans creëren. Ze
koos een episode uit de mythologie
waarin de mannelijke held met zijn
kameraden in een boot aan zijn belagers
ontsnapt. Dat ze anders is dan haar
vrouwelijke medestudenten blijkt. Velen
vonden haar keuze en het tijdstip van
haar examen riskant. In verwachting zijn
èn een manlijke hoofdrol. Ook de exa
mencommissie ondervroeg haar op dit
punt diepgaand. Haar afwijkende kos
tuum met twee losse stroken van voor
verdoezelde haar zwangere buik, maar
was tevens functioneel bij het uitbeelden
van het vaartuig. Haar toestand belette
haar niet ook technisch haar eigen cho
reografie correct uit te voeren. Ze slaag
de met maximale punten en was de
volgende dag moeder van een gezonde
dochter: 'Dansen helpt voor een gemak
kelijke bevalling', zegt ze met een grijns,
'ik kan het iedereen aanbevelen!'
Kosten
Ook haar beide dochters, de jongste is
drie jaar, vertonen aanleg. Ze huppelen
al aardig mee als moeder les geeft. Kan
het anders met twee zulke ouders? Ik
vraag haar of de interesse voor Balische
dansen niet terugloopt onder invloed
van de bij de jeugd populaire reggae en
pop Bali en de in aantal toenemende
disco's.
'Allerminst', antwoordt Happy, 'ik geef
op zes scholen les en heb tientallen leer
lingen, die allen trouw komen.'
Anderhalf jaar geleden begon ze met de
lessen in Pondok Pekak. De kinderen
krijgen drie maal per weck een les van
twee uur. Dat kost vijfduizend rupiah
per maand, wat neerkomt op ongeveer
één gulden vijftig. Een schijntje, want
ook de kostuums hoeven ze zelf niet te
kopen. Die krijgen ze in bruikleen. Maar
bij uitvoeringen is er alleen een versna
pering en worden ze niet betaald. Uit de
inkomsten daarvan wordt een en ander
bekostigd. Het streven van Pondok
Pekak is dat geld geen beletsel mag zijn
om educatie te stimuleren en talent te
ontwikkelen. De kinderen hebben er
allemaal plezier in. Niemand wordt door
thuis gedwongen. Niet één vindt hun
lerares te streng, want dansen is een
serieuze zaak; en ze onderwerpen zich
graag aan het regiem van: 'Satu, dua,
tiga, kanan, kiri.J'
moessQn
20