en
dracht
ht
maaRt mac
ht
Poerworedjt
I
PQIRRIE'S
PEBIKBLEU
Hoe je het oolz bekijkt: mannen en vrouwen zijn totaal verschillende wezens. Ze kunnen
wc! eens een eenheid vormenmaar dan is het die van het Zwaard en het Schild. De één geeft de mep
pen en de ander vangt ze op. Het moeilijkst binnen zo n niet echt natuurlijke eenheid is de handhaving
van een eerlijke fifty-fifty verdeling van taken, verantwoordelijkheden, noodzakelijkheden en allerlei
andere leuke en niet leuke dingen. Bovendien moet het met de gezagsverhoudingen ook helemaal snor
zitten, anders wordt het oorlog. En daar zit 'm juist de k neep.
Het begint eigenlijk al heel vroeg bij
broers en zusters in een gezin. Alras
blijkt dat er één de baas is en de andere
de klos, hoe er ook in romans en soaps
over de broeder-zuster-eenheid wordt
gezwijmeld. In de meeste gevallen is het
de oudste die de heerschappij tot zich
trekt en lean de jongste niets anders doen
dan zich eindeloos laten ringeloren, of
kiezen voor ondergronds verzet, sabotage
en achterklap. Wij kunnen het goed met
elkaar vinden, maar in de kleutertijd was
het mijn zus Gon die de baas was. Ik had
gewoon helemaal niks in te brengen.
Rebellie
In dat heerlijke grote huis aan de
Matramanweg in Meester Cornelis werd
echt niet elke dag geknokt, daar zorgden
pa en ma voor. Maar ik kan me wel her
inneren dat het water me eens tot aan de
lippen was gestegen en ik in een uitbars
ting van verongelijktheid tot rebellie
kwam. Ik pikte de overheersing niet meer
en koos voor de strijd. Wat ik mijn zuster
toen naar het hoofd heb gegooid, weet ik
niet meer, maar het was in ieder geval
groot en hard genoeg om een woeste
wraakactie te ontketenen. Daar ik nog
erg klein was en totaal overdonderd raak
te door de commotie die ik zelf veroor
zaakt had, nam ik de benen. Gon achter
mij aan, om de rechthoekige eettafel
heen. Eigenlijk was het een ongelijke
(wed) strijd, want zij is drie jaar ouder
dan ik, en in de kleutertijd maken drie
jaar een wereld van verschil uit. Omdat
ik met mijn nog korte beentjes wend
baarder was, kon ik de bochten ook
korter insnijden dan mijn zus en slaagde
ik er in haar een paar ronden voor te
blijven. Maar toen was het ook afgelo
pen. Volkomen uitgeput door de grote
krachtsinspanning, verloor ik mijn even
wicht en vloog uit de bocht. Alles had
nog met een sisser kunnen aflopen als we
niet van die met water gevulde bakjes
tegen kakkerlakken en mieren onder de met m'n mond op de rand van zo'n
poten van de etenskast hadden gehad. In bakje. Een heleboel gekrijs en een klein
een laatste vertwijfelde noodsprong om
aan mijn zusters wrekende handen te
driehoekje uit de middelste twee voortan
den. Gealarmeerd door het lawaai kwa-
ontkomen sloeg ik over de kop en knalde men pa en ma toegesneld en bevolen ter
eze foto is
genomen op de
huwelijksdag
van Frans Poortman met
Wies Giezenberg,
in maart 1942, toen Japan
de landing op Java al min of
meer had ingezet.
Een week na het huwelijk
vertrok Frans naar het front
en na de bevrijding kwam
pas de hereniging.
Geheel rechts op de foto
staat mijn vrouw, destijds
nog mijn verloofde.
Reacties graag aan: J.H. Rath,
Leliestraat 31, 5014 AE Tilburg,
tel. 013 - 542 12 06.
moessQn
8