rooster waarover hun auto zou zijn doorgegleden, het volgens hen onbeduidende deukje in het achterwerk van mijn autootje en mijn ergerlijk getreuzel bij de slagboom, raakte ik een beetje de kluts kwijt. Die twee bléven ook op me inpraten en haalden alle grond voor tegensputteren onder me vandaan. Daar kwam nog bij dat ik bij het tevoorschijn halen van mijn porte feuille met papieren door nervositeit bevangen werd en dat ding onderste boven opende. Vielen de vijf guldens er uit die ik er thuis in had gedaan voor de betaalautomaat. Op zo'n moment verto nen vrouwen een benijdenswaardige solidariteit en scheppen ze er een groot genoegen in om gezamenlijk op je in te hakken. Zul je zien dat het toch al niet meer zo stevige bouwsel van je manne lijkheid met de grond gelijk wordt gemaakt. Niet steen voor steen, maar met hele brokken tegelijk, zoals dat gebeurde met de muren van Jericho, toen die 'came tumbling down' onder het gezamenlijk getoeter en getrommel van de belegeraars. Moet je ook meema ken dat je laffe seksegenoten letterlijk en figuurlijk voorbijgaan aan al dat gesloop. Er ook nog een lolbroek is die zijn raam opendraait en je met een sarcastisch 'houdt moed kerel, aan alles komt een eind' nóg verder in de vernieling helpt. Wij mannen zijn onverbeterlijk. In onze arrogantie proberen we ons al eeuwen als individu te handhaven, zo ongeveer als een solitair of alleenloper bij de olifanten. Dat impliceert dat we als soort nooit tot een hechte eenheid kunnen komen. We vragen er dan ook om dat de steeds beter georganiseerde vrouwen iedere keer weer in strak geleide forma ties over ons heen denderen. Annemarie Muntgeld in m'n portefeuille opbergen doe ik anders nooit en meestal heb ik een leesbril in het handschoenenvakje. Waarom ik daar deze keer van was afge weken, weet ik niet. Maar die twee vrou wen maakten in ieder geval dankbaar misbruik van mijn nalatigheid. De moe der keek geamuseerd toe hoe ik gebukt achter de kriskras door de garage rollen de guldens aan ging en riep toen luid: 'Haast u maar niet meneer, we hebben alle tijd, en geld moet je tóch laten rol len. Het gaat ook alleen maar om een deuk in een stuk blik en er zijn geen gewonden. Doe maar kalm aan, Annemarie hier zorgt er wel voor dat alles in kannen en kruiken komt.' Het galmde door de hele garage. Met 'Annemarie hier' bedoelde ze haar doch ter, die inmiddels een schadeformulier aan het invullen was en de schuine ach terruit van mijn auto als schrijftafel ge bruikte. Toen Annemarie me naar het nummer van mijn rijbewijs vroeg, moest ik het antwoord schuldig blijven. Ben je echt in de aap gelogeerd als ze je in een slecht verlichte parkeergarage zo'n vraag stellen, terwijl je je leesbril niet bij je hebt. Dan sta je met je rug tegen de muur en moet je ze met excuses voor je kippigheid en vergeetachtigheid dat document overhandigen. Kunnen ze behalve de vereiste gegevens een paar persoonlijke dingen aan de weet komen waar ze helemaal niks mee te maken hebben. NVSH Wéér was er die geamuseerde blik van de moeder, maar deze keer was het haar dochter die me onderuit haalde. 'Dat is inderdaad niet erg slim', mompelde die al schrijvend. 'Zelfs mijn oma vergeet nooit haar leesbril mee te nemen. Die grapt altijd dat ze graag wil weten wat ze leest, waar ze ook is. Zelfbewust dame tje, die oma van mij. Ze is ook nog hele maal bij de tijd en denk maar niet dat je haar zomaar van de sokken kunt kletsen, want dan moet je van goede huize komen. Maar ja, ze is natuurlijk nog niet zo oud als u, zie ik hier.' En mijn rijbe wijs aan haar moeder tonend: 'Goeie hemel, moet je kijken, moes. Hij is in negentienzesentwintig geboren in Batoe- nog-wat, daarachter. Even rekenen: dan sukkelt dit baasje dus al dik vijfenzeven tig jaar over onze aardkloot. Een echte ouwe taaie, hoor. Die heeft werkend Nederland al een kapitaal aan AOW-uit- kering gekost.' Moes durfde haar doch ter niet eens aan te kijken en leek sprakeloos van emotie. Ze begon tenminste te trekkebekken en liep hele maal paars aan. Maar na een keer diep adem te hebben gehaald, gooide ze het er uit, triomfantelijk: 'Ik wist 't toen ik hem zag uitstappen. Hij is een échte old timer, net als dat gedeukte brikje van hem.' Vlogen die twee elkaar spontaan om de hals en braken in een hysterisch lachen uit. De tranen stroomden ze over de wangen. Sta je als kerel helemaal in je hemd en zou je wel kunnen huilen van onmacht. Het liefst in je dooie eentje en midden op de stille heide, waar in wijde omtrek geen vrouw te bekennen is. Maar ook daar komt natuurlijk geen bliksem van terecht, want mag je van je vrouw daarheen, dan zul je zien dat plots een hele sleep touringbussen de heide op komt rijden. Zitten die barstensvol zingende leden van de Nederlandse Vereniging van Strijdbare Huisvrouwen (NVSH) 'Sluit de Gelede ren' regio Zuid-Oost Veluwe. Moeten die juist op die dag en daar hun zoveel ste lustrum vieren met een picknick. Sta je wéér in je hemd. Kripoet Bijna vergeten: de hond in die Volvo was eigenlijk te miezerig om op terug te komen. Het was zo'n nerveus mini- hondje. Dat haarballetje had net zo'n kripoet voorkomen als de oma. Was (g)één gezicht, die twee: allebei even lelijk. Alleen had het hondje een nuffig roze strikje op haar getoupeerde kopje en de oma een trendy bril met door Wildlife geboycot schildpadmontuur op haar gebleekte hoofd. Dit is de naakte waarheid. Het drama heeft zich afge speeld op maandag 19 november 2001 en begon om 10.35 uur. Dat staat ook op Annemarie's schadeformulier, waar ik een duplicaat van heb. Maar om nóg meer narigheid te voorkomen toch maar mijn oprechte verontschuldigingen aan alle misschien een beetje boos geworden maar wél erg aardige en beslist nog steeds heel mooie andere oma's, met of zonder ldeurspoeling en mini-hondje. De oma in die Volvo was echt een uitzonderingsgeval, ik bedoel er verder niks mee. Zou niet durven. P.S. Annemarie heeft dezelfde avond nog gebeld om te vertellen dat het goed zat met de verzekering. Ze zei ook dat haar oma erg benieuwd was of ik wel alle guldens had teruggevonden, want dat had ze niet kunnen zien vanuit de auto. Ik heb toen de hoorn op de haak gegooid vanwege het domme gegiechel op de achtergrond. 46 ste jaargang - nummer 12 - juni 2002 13

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2002 | | pagina 13