Carry van
Brugfgfen (1881 -1937)
OOENONG
DJATTI
'N BADREISJE
IN DE TROPEN
Bloei
33
stond, kreeg Carry snel twee eigen
rubrieken. Op woensdag schreef ze
als 'May' een traditionele vrouwenru
briek getiteld 'Iets voor onze dames',
later 'Brieven van May' genoemd.
Op zaterdag publiceerde ze onder
het initiaal 'M.' boekrecensies.
Schrijven moet haar een geestelijk
houvast hebben geboden, want
gelukkig was zij nauwelijks in Medan.
Terwijl haar echtgenoot - net als zij
een onafhankelijk geest - zich door
allerlei conflicten over de krant door
vocht, had ook Carry aanpassings
problemen. Of beter gezegd, de
Europese samenleving in Medan had
die met haar. Carry droeg in haar
rubrieken tamelijk eigenzinnige opi
nies uit, droeg reformkleding die wel
iswaar gemakkelijk zat maar toch niet
geheel bon ton was en publiceerde
artikelen als het geciteerde
'Aankomst in Indië', die getuigden
van een negatieve blik op het nieuwe
land van verblijf. Een felle ruzie met
journalist Karei Wijbrands bracht
haar bovendien het laatste jaar tot
zwijgen. Pas in Nederland zou ze
weer publiceren.
Teleurstelli ngen
In 1907 kwamen Carry en haar man
terug in Nederland, waar ze haar
Indische romans schreef. In 1909
verschenen de romans Goenong-
DOOR CARRY VAN BRUGGEN
Boekomslag 'n Badreisje naar de tropen.
Een onooglijke eerste druk:
grauw, goedkoop, slecht papier
(Amsterdam, H.J.W Becht, 1909)
Boekomslag Goenong-Djatti.
In 1987 herdrukt, uitgeverij Conserve
Goenong-Djatti in de Indische
Letterenreeks
Djatti en de verhalenbundel 'n
Badreisje in de tropen. Later, in 1921
kwam daar de novelle Een Indisch
huwelijk bij. Alledrie de titels zijn in
de tropen gesitueerd en bevatten
eenzame personages, vol teleurstel
ling over het leven. Toch zijn het
geen boeken vol haat en weerzin,
zoals Bas Veths Het leven in
Nederlands-Indië (1900) indertijd
was, maar eerder indringende verha
len over Hollanders die in Indië geen
thuis kunnen vinden. Door onvermo
gen, door tegenslag, door karakter
zwakte, ach, door alles eigenlijk wel.
Dat laat Carry van Bruggen scherp
zien in haar bundel 'n Badreisje in de
tropen. In Uit 't gevaar is de
Hollandse mevrouw Bleeker daarvan
het prototype: 'Het was een zwak,
tenger vrouwtje met bange, blauwe
oogen en dun haar van een onbe
stemde tint. Ze was nog een echte
baar: pas een goed jaar in Indië,
vooraf in Holland met den hand
schoen getrouwd. Ze had zich van
haar huwelijk en van het leven-in-de-
tropen wonderveel voorgesteld en nu
was alles haar tegengevallen. Haar
veel oudere man - naar Indië vetrok
ken haast onmiddellijk na hun enga-
Met haar latere werk verwierf Carry
van Bruggen haar grootste bekend
heid. Titels als Een coquette vrouw
(1915) Prometheus (1919),
Hedendaagsch fetischisme (1925) en
Eva (1927) zijn nog steeds verkrijg
baar. Was Indië dan slechts een epi
sode in haar rijke leven? Misschien,
maar dan zeker een belangrijke: daar
immers begon haar literaire carrière
en beleefde zij haar eerste huwelijks
jaren. Na Indië was Carry van
Bruggens productievermogen het
grootste. In Nederland schreef zij
romans, columns, journalistieke arti
kelen, filosofisch werk en kritieken.
Daarnaast onderhield zij intense
vriendschappen, zoals met Frans
Coenen, en vond na haar scheiding
nieuw geluk bij de kunsthistoricus
Aart Pit. Iemand met zo veel talent,
geestkracht en gevoeligheid ontkwam
niet aan de schaduwzijde van het
genie. In 1928 werd zij depressief.
Verpleging was noodzakelijk, opname
in instellingen ook. In een van haar
laatste brieven schreef ze: 'Geloof
maar dat ik heel erg lijd - elke dag
opnieuw is lijden -, het is een onon
derbroken lijdensweg.' Pas vier jaar
later hield het op.
Damescompartiment Online
Meer lezen over Carry van Bruggen
en andere schrijfsters over Indië?
Bezoek dan het Damescompartiment
Online op
www. damescompartiment, nl
Wilt u Vilan schrijven, dan kan dat
ook: postbus 11082, 2301 EB
Leiden.
47 ste Jaargang - nummer 3 - september 2002
arry van Druggen
gement, zij was toen 'n meisje van
achttien - was in de zes jaren, dat ze
elkaar niet gezien hadden, van den
lachenden, blonden jongen, in wien
ze haar steun en haar meerdere had
gezien, een dikke luie Indischman
geworden, veeleischend en verwend,
al z'n belangstelling voor goed eten
en een goed glas wijn en lekker-
senang-zitten in slaapbroek en
kabaaj.' Nieuwe desillusies volgen
dan. Nee, Carry heeft nooit van
Indië gehouden.