'Hoe kan het dat er spannin
Nieuwe roman van Hella Haasse
Hella Haasse (Batavia,
1918) is een van de meest
gelezen schrijfsters van
Nederland. Geboren en
getogen in Nederlands-
Indië is zij als schrijfster
echter nooit volledig geac
cepteerd door de Indische
gemeenschap.
Honderdduizenden exem
plaren zijn er van Oeroeg en
Heren van de thee verkocht
en toch heeft Hella Haasse
er nooit echt bijgehoord.
Volgende week verschijnt
haar nieuwe roman,
Sleuteloog.
door Geert Onno Prins
Het verhaal is inmiddels
bekend. Hella Haasse's pro
zadebuut Oeroeg was bij ver
schijning in 1948 een onmiddellijk
succes. Alleen in het tijdschrift
Oriëntatie plaatste Tjalie Robinson
een, voor zijn doen, ongebruikelijk
felle reactie: 'Het boek is fout', roept
hij uit, 'De opzet is ondoordacht
gekozen, de intrige daardoor ver
keerd uitgesponnen en het eind is
zelfs politiek gevaarlijk.' Hij zou later
zelden of nooit meer zo naar iemand
uithalen.
Dertig jaar later, in 1978, kiest Rob
Nieuwenhuys in zijn Oost-Indische
Spiegel nog altijd de zijde van Tjalie
Robinson. Nieuwenhuys keurt de
novelle eerst en vooral om literaire
redenen af. Hella Haasse, een blank
meisje, opgegroeid in een Hollandse
omgeving, kan onmogelijk een goed
boek over de Indische samenleving
schrijven, vindt hij.
Bijna een halve eeuw later, begin
jaren negentig - Hella Haasse heeft
inmiddels een indrukwekkend oeuvre
opgebouwd, de Constantijn
Huygensprijs, de Annie Romein-prijs
en de RC. Hooftprijs ontvangen -
wordt zij onderwerp van discussie
tussen Siem Boon van de Pasarkrant
en Rudy Kousbroek. Rudy
Kousbroek vindt de kritiek van Tjalie
Robinson volstrekt onterecht. Hella
Haasse is gewoon een Indisch meisje,
stelt hij, en door haar buiten te sluiten
wordt haar voor de tweede maal haar
geboortegrond ontnomen.
Siem Boon voelt zich nog altijd nauw
betrokken bij wat haar grootvader
Tjalie Robinson schrijft: 'Tjalies
emotie trof me. Een gevoel van wan
hoop, verlatenheid, ontzetting. Hij
wist dat hij zijn land aan het verliezen
was, en hij beschouwde Oeroeg als
tekenend voor het probleem. Terwijl
men in Nederland hoofdschuddend
en/of ontroerd een literair debuut las,
was een compleet volk bezig zijn
geboorteland te verliezen,' vertelt
Siem Boon in Tjalie Robinson, de stem
van Indisch Nederland.
De discussie rond Oeroeg staat aan
het begin van de naoorlogse tegen
stelling tussen Indo's en totoks. Maar
beschuldigen beide partijen elkaar tot
op zekere hoogte niet van hetzelfde?
'Totok-schrijvers' wordt al dan niet
hardop verweten dat zij vanuit hun
beperkte, elitaire positie een wereld
beschrijven die Indische mensen niet
herkennen. Dat schrijvers als Adriaan
van Dis en E Springer daar succes
mee hebben, maakt het natuurlijk
alleen maar erger. Maar hen wordt
op hun beurt de mogelijkheid ontno
men om te schrijven over een wereld
zoals zij zich die herinneren. Hoe het
ook zij, het is verbazingwekkend hoe
weinig er openlijk over deze kwestie
gesproken wordt. Is de behoefte om
te praten er eenvoudig niet? 'Totoks'
zijn zich vaak niet bewust van wat het
probleem nu eigenlijk is en 'Indo's'
zeggen nu eenmaal niet zo snel wat zij
denken. Het kolonialisme is in Indisch
Nederland nog altijd aanwezig.
moessQn
26