e Knollen
L
door Max van Balgooy
Dr. Max van Balgooy (Poerbalingga, 1932)
is de grootste kenner ter wereld van plan
ten uit het hele gebied van Indonesië,
Maleisië, de Filippijnen, Brunei en
Singapore. Omdat zijn serie over kruiden
en vruchten in Moesson vorig jaar zo'n
succes was, nu een vervolg daarop.
Dit keer zijn de knollen aan de beurt.
K. Heyne: De nuttige Planten van Indonesië.
dl. 1+2, Bandoeng: W. van Hoeve, 1950.
J.J. Ochse R.C. Bakhuizen van den Brink:
Vegetables of the Dutch East Indies
Amsterdam: Asher, 1980.
Setyati Sastrapradja (e.a.): Root and Tuber crops,
Rome: I.B.P.G.R., 1981.
Is vervolg op mijn serie over vruchten en over
kruiden, nu een serie over eetbare knollen.
Dit zijn, meest onderaardse, zetmeel houden
de delen van planten. Ze worden rauw, gekookt,
gestoomd, gepoft of gebakken genuttigd.
Evenals in de twee vorige series is de behandeling
alfabetisch per familie. De belangrijkste knol produ
cerende soorten worden geïllustreerd en worden uit
voeriger behandeld dan soorten die slechts incidenteel
worden gegeten.
Namen, ook wetenschappelijke, zijn onderhevig aan
veranderingen. Het is dus best mogelijk dat u dezelf
de soort in verschillende publicaties onder verschil
lende namen aantreft. Ik geef de meest recente en van
de locale namen alleen de meest gangbare.
Voor wie meer over het onderwerp wil lezen, volgt
hierbij de belangrijkste literatuur:
M. Flach F. Rumawas (ed.):
Plants yielding non-seed carbohydrates, PROSEA 9,
Leiden: Backhuys Publishers, 1996.
Alismataceae
(Waterweegbree
familie)
Sagittaria sagittifolia, Pijlkruid
Moerasplant uit Azië,
produceert knollen die vooral
in China en Japan worden
gegeten.
In Indonesië is de soort met
zijn typisch pijlvormige
bladeren vooral bekend
als sierplant.