Figuur 2: Colocasia esculenta uit Ochse Figuur 1: Amorphophallus paeoniifolius uit Ochse V\ Rif Colocasia esculenta, 4W lil Keladi, WM Tales, Taro (figuur 2). MB Deze van oorsprong |yf vermoedelijk Indonesische MMk soort is door de jlilfvA mens over de hele tropenwereld verbreid. Vooral op de eilanden in de Pacific is het een van de belangrijkste voedingsgewassen. De plant bestaat uit een hoofdknol en vaak enkele zijknollen. Op de hoofd knol zit een grote toef bladeren die ook eetbaar zijn. Bij Pasar Bogor en langs de weg naar de Puncak worden de knollen in bundels bijeen gebonden te koop aangeboden. Ze worden na schillen gekookt of gebak ken gegeten. Ook wordt van de knollen kolak gemaakt of worden ze tot kripik verwerkt. Van de soort zijn enkele variëteiten bekend. Araceae (Aronskelkachtigen) Amorphophallus paeoniifolius (A. campanulatus) Suweg (figuur 1). De knollen van A. paeoniifolius worden in schij ven gesneden en goed uitgewassen om ze voor consumptie geschikt te maken. Ook dan worden de knollen meestal alleen gegeten bij voedsel schaarste. In Sabah zag ik dat de bladstelen op de markt als groente werden verkocht. Terzijde: de bekendste soort van het geslacht is A. titanum uit Sumatra die in kassen en botani sche tuinen duizenden toeschouwers trekt als hij bloeit. Xanthosoma nigrum (X. violacea), \l Keladi hitam, Kimpul (figuur 3) Deze van oorsprong Amerikaanse soort lijkt op de paarse variëteit van de vorige soort. Hier zijn het vooral de zijknollen (uitlopers), die worden gegeten. Ook van deze soort is het blad eetbaar. Andere leden van de familie met eetbare knollen zijn: Alocasia macrorrhizosBira, SentéAmorphophallus variabilis, Kembang bangkê; Cyrtosperma merkusii. Lasia spinosa en Schismatoglottis calyptrata. Figuur 3: Xanthosoma nigrum uit Ochse ler 9 - maart 2003

Moesson Digitaal Tijdschriftenarchief

Moesson | 2003 | | pagina 19